Meerkeuzevragen
MC vraag 1
Waar richt arbeid- en organisatiepsychologie zich vooral op?
- Het toepassen van psychologische theorieën over principes van een onderzoek naar de werksituatie
- De echtheid, oftewel authenticity van een bedrijf
- Het analyseren en organiseren van de industriële tak binnen een bedrijf
- Alle bovengenoemde antwoorden
MC vraag 2
Welk drietal stromingen kent de arbeid- en organisatiepyschologie?
- Arbeidspsychologie, organisatiepsychologie, human engineering
- Arbeidspsychologie, organisatiepsychologie, productiepsychologie
- Personeelspsychologie, organisatiepsychologie, productiepsychologie
- Personeelspsychologie, organisatiepsychologie, human engineering
MC vraag 3
De bekende Hawthorne onderzoeken onderzochten de invloeden op ...
- De tevredenheid van werknemers
- De productiviteit van werknemers
- De verschillende soorten werknemers
- De relatie tussen werkgever en werknemer
MC vraag 4
Hofstede's theorie kent 5 dimensies. De mate van vrouwelijkheid is daar één van. Wat wordt er bedoeld als een land hoog scoort op de 'mate van vrouwelijkheid'?
- Dit land kent een hoog percentage werkende vrouwen
- Dit land kent een cultuur die zich meer richt op interpersoonlijke relaties en communicatie
- Dit land kent een cultuur wat vooral voordelig is voor vrouwen
- Dit land kent veel vrouwelijke banen
MC vraag 5
Wat zijn de vijf cultuurdimensies van Hofstede?
- Machtsafstand, stimulatie/zekerheid, individualisme/collectivisme, mannelijkheid/vrouwelijkheid, korte/lange termijn oriëntatie
- Machtsafstand, stimulatie/zekerheid, individualisme/collectivisme, mannelijkheid/vrouwelijkheid, traditie
- Machtsafstand, onzekerheidsvermijding, individualisme/collectivisme, mannelijkheid/vrouwelijkheid, traditie
- Machtsafstand, onzekerheidsvermijding, individualisme/collectivisme, mannelijkheid/vrouwelijkheid, korte/lange termijn oriëntatie
- Personeelspsychologie, organisatiepsychologie, human engineering
MC vraag 6
De theorie van Triandis (1995) is een variatie op de theorie van Hofstede. In plaats van vijf dimensies, zijn er volgens Triandis slects twee culturele dimensies, namelijk individualisme/collectivisme en horizontaal/verticaal. Welke van onderstaande landen is horizontaal en individualistisch georiënteerd?
- Zweden
- Verenigde Staten
- China
- Griekenland
Antwoorden Meerkeuzevragen
MC vraag 1
A. Het toepassen van psychologische theorieën over principes van een onderzoek naar de werksituatie
MC vraag 2
D. Personeelspsychologie, organisatiepsychologie, human engineering
MC vraag 3
B. De productiviteit van werknemers
MC vraag 4
B. Dit land kent een cultuur die zich meer richt op interpersoonlijke relaties en communicatie
MC vraag 5
D. Machtsafstand, onzekerheidsvermijding, individualisme/collectivisme, mannelijkheid/vrouwelijkheid, korte/lange termijn oriëntatie
MC vraag 6
A. Zweden
Antwoorden
MC vraag 1
Welke van de volgende uitspraken is juist?
- Bij een experimenteel onderzoek is er geen sprake van het willekeurig toewijzen van deelnemers aan verschillende condities
- De arbeids-en organisatiepsychologie kent maar één vorm van onderzoeksdesign
- Bij een quasi-experimenteel onderzoek worden deelnemers wel in verschillende condities verdeeld maar niet op een willekeurige manier
- Experimenteel onderzoek vindt uitsluitend plaats in een laboratorium
MC vraag 2
Data die verkregen wordt met behulp van testschalen, beoordelingsschalen, vragenlijsten zijn...
- Kwantitatief
- Kwalitatief
- Observationeel
- Duur
MC vraag 3
Hoe onwaarschijnlijk de nulhypothese is, wordt bepaald aan de hand van
- De p-waarde
- De verkregen literatuur
- De statistische kracht, oftewel power
- De correlatiecoëfficiënt
MC vraag 4
Wanneer je de relatie tussen extraversie en leiderschapsgedrag onderzoekt, wat voor soort variabele is 'leiderschapsgedrag' dan?
- Onafhankelijke variabele
- Afhankelijke variabele
- Predictor variabele
- Controle variabele
MC vraag 5
"In welke mate een test het beoogde domein van kennis, vaardigheden en gedrag dekt.."- Welke vorm van validiteit wordt hier beschreven?
- Inhoudsvaliditeit
- Begripsvaliditeit
- Criteriumvaliditeit
- Concurrente validiteit
MC vraag 6
Welke van de onderstaande statistieken valt onder de inferentiële statistiek?
- Gemiddelde
- Variantie
- Scoreverdeling
- T-toets
MC vraag 7
Welke van onderstaande uitspraken over methoden en constructen zjin waar?
- Er is een beperkt aantal constructen dat gebruikt kan worden om werkprestaties te voorspellen
- Er is een oneindig aantal constructen dat gebruikt kan worden om werkprestaties te voorspellen
- Fysieke capaciteit is een voorbeeld van een methode om werkprestaties te voorspellen
- Een persoonlijkheidsvragenlijst is een voorbeeld van een construct dat werkprestatie kan voorspellen
Antwoorden
MC vraag 1
C. Bij een quasi-experimenteel onderzoek worden deelnemers wel in verschillende condities verdeeld maar niet op een willekeurige manier
MC vraag 2
A. Kwantitatief
MC vraag 3
A. De p-waarde
MC vraag 4
C. Predictor variabele
MC vraag 5
B. Begripsvaliditeit
MC vraag 6
D. T-toets
MC vraag 7
A. Er is een beperkt aantal constructen dat gebruikt kan worden om werkprestaties te voorspellen
Meerkeuzevragen
MC vraag 1
Welke van de volgende uitspraken is juist?
- Bij een experimenteel onderzoek is er geen sprake van het willekeurig toewijzen van deelnemers aan verschillende condities
- De arbeids-en organisatiepsychologie kent maar één vorm van onderzoeksdesign
- Bij een quasi-experimenteel onderzoek worden deelnemers wel in verschillende condities verdeeld maar niet op een willekeurige manier
- Experimenteel onderzoek vindt uitsluitend plaats in een laboratorium
Antwoorden Meerkeuzevragen
MC vraag 1
C. Bij een quasi-experimenteel onderzoek worden deelnemers wel in verschillende condities verdeeld maar niet op een willekeurige manier
Meerkeuzevragen
MC vraag 1
Welke van de volgende uitspraken zijn juist? (1) De Big-Five is crosscultureel toepasbaar, (2) Aan de Big-Five wordt nauwelijks getwijfeld en deze theorie kent weinig kritiek.
- Uitspraak 1 is juist, uitspraak 2 is onjuist
- Uitspraak 1 is onjuist, uitspraak 2 is juist
- Beide uitspraken zijn juist
- Beide uitspraken zijn onjuist
MC vraag 2
Wat verstaan wij onder declaratieve kennis?
- Een gedeelte van iemand zijn kennis dat bestaat uit feiten, begrippen en relaties tussen de begrippen
- Een gedeelte van iemand zijn kennis dat bestaat uit actiegerelateerde en doelgerichte kennis die iemand zichzelf aangeleerd heeft
- Een gedeelte van iemand zijn kennis dat bestaat uit leerprocessen zoals het toepassen van een stappenplan of kaartlezen
- Geen van de bovengenoemde
MC vraag 3
Welke van de bovenstaande onderzoekers heeft de meeste invloed gehad op het idee dat intelligentie een belangrijke voorspeller van werkprestatie is?
- Mayo
- McGregor
- Cattell
- Wundt
MC vraag 4
Hieronder vindt je enkele algemene stellingen die heersen binnen de arbeid-en organisatiepsychologie. Welke van de onderstaande stellingen is achterhaald?
- De drie richtingen (personeel, organisatie en human factor) kunnen elkaar aanvullen in het begrijpen en voorspellen van werkgedrag
- Het meest relevante niveau van werkgedrag is het individuele niveau, en niet de werkgroep of organisatie of cultuur
- Cognitieve capaciteiten is slechts een van de vele aspecten die een rol spelen in het begrijpen van voorspellen van werkgedrag
- Geen van de bovenstaande stellingen is achterhaald
MC vraag 5
Welke van de onderstaande combinaties van instrumenten voorspellen de meeste variantie in werkprestatie?
- Intelligentietest en integriteitstest
- Intelligentietest en ongestructureerd interview
- Integriteitstest en gestructureerd interview
- Intelligentietest en consciëntieusheidstest
Antwoorden Meerkeuzevragen
MC vraag 1
C. Beide uitspraken zijn juist
MC vraag 2
A. Een gedeelte van iemand zijn kennis dat bestaat uit feiten, begrippen en relaties tussen de begrippen
MC vraag 3
C. Cattell
MC vraag 4
B. Het meest relevante niveau van werkgedrag is het individuele niveau, en niet de werkgroep of organisatie of cultuur
MC vraag 5
A. Intelligentietest en integriteitstest
Meerkeuzevragen
MC vraag 1
Welke van de volgende componenten maken geen deel uit van 'Campbell's 8-componenten' model van prestatie?
- Het behouden van persoonlijke discipline
- Supervisie/leiderschap
- Het vergemakkelijken van eigen prestaties
- Bekwaamheid in schriftelijk en mondeling communiceren
MC vraag 2
Wat is het sterkst gerelateerd aan contraproductief gedrag?
- Persoonlijkheidsfactoren
- Leeftijd
- Werkplek
- Werktevredenheid
MC vraag 3
Onder welke vorm van contraproductief gedrag valt het roddelen over een collega?
- Interpersonal deviance
- Intrapersonal deviance
- Property deviance
- Production deviance
MC vraag 4
De mate waarin een medewerker gedragingen vertoont die slecht zijn voor de organisatie en voor zijn/haar taakprestatie, heet ... prestatie.
- Taak
- Contextuele
- Contra-productieve
- Situationele
Antwoorden Meerkeuzevragen
MC vraag 1
C. Het vergemakkelijken van eigen prestaties
MC vraag 2
A. Persoonlijkheidsfactoren
MC vraag 3
A. Interpersonal deviance
MC vraag 4
C. Contra-productieve
Meerkeuzevragen
MC vraag 1
Wat wordt bedoeld met de 360-graden feedback?
- Een methode waarbij de werknemer van veel verschillende bronnen feedback krijgt
- Een methode waarbij de werknemer op alle mogelijke handelingen feedback krijgt
- Een methode waarbij de werknemer en de werkgever elkaar feedback geven
- Een methode waarbij de werknemer in discussie kan gaan bij het krijgen van de feedback
MC vraag 2
Negatieve feedback die gericht is op persoonlijke eigenschappen en niet op werkgerelateerde dingen wordt ... genoemd.
- Destructieve kritiek
- Beleidsvoering
- Bescheidenheidsbias
- Negatieve bekrachtiging
MC vraag 3
Uit het voetbalonderzoek van Mark van Vugt en Claire Hart blijkt dat:
- Stabiele teams meer gemotiveerd zijn
- Stabiele teams beter presteren
- Stabiele teams meer cohesie hebben
- Stabiele teams meer doelpunten tegen krijgen
Antwoorden Meerkeuzevragen
MC vraag 1
A. Een methode waarbij de werknemer van veel verschillende bronnen feedback krijgt
MC vraag 2
A. Destructieve kritiek
MC vraag 3
B. Stabiele teams beter presteren
Add new contribution