Pedagogy and education - Theme
- 12644 reads
De Nederlandse regering ziet sport als middel om verschillende onderwijskundige doelen te bereiken. Echter, er is een gebrek aan onderzoek en beleid met betrekking tot de negatieve of problematische groeps- en socialisatieprocessen in de sport, zoals peer agressie. Coaches krijgen geen training om peer agressie te identificeren en ermee om te gaan.
In deze studie wordt peer agressie als volgt gedefinieerd:
Iemand opzettelijk leed toebrengen.
Een vorm van agressief gedrag, dat herhaaldelijk en over de tijd heen voorkomt.
Er is een onbalans in de sterkte van de relatie of een asymmetrische machtsrelatie tussen dader en slachtoffer.
Deze definitie lijkt erg op de definitie van pesten. Het verschil is echter dat bij pesten het machtsverschil tussen dader en slachtoffer wordt benadrukt, terwijl peer agressie voor kan komen in zowel gelijkwaardige als asymmetrische machtsrelaties. Coaches kunnen er om verschillende redenen moeite mee hebben om peer agressie te herkennen:
Verschillen in de definitie van peer agressie.
Coaches definiëren of identificeren openlijk agressief gedrag mogelijk niet als peer agressie, maar als sociaal aanvaardbaar of assertief gedrag.
Coaches zijn vaak vrijwilligers en niet gecertificeerd, waardoor ze weinig kennis hebben van de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en afwijkende groepsprocessen.
Coaches en kinderen brengen minder tijd met elkaar door dan leerkrachten en leerlingen.
De manier waarop leerkrachten en coaches met peer agressie en victimisatie omgaan, wordt waarschijnlijk beïnvloed door hun attributies en uitkomstverwachtingen (de invloed ervan op slachtoffer en dader). Als de coaches het toeschrijven aan kindfactoren, kan dit mogelijk verklaren waarom de kwestie genegeerd wordt.
Het huidige onderzoek heeft allereerst tot doel om de perspectieven van coaches op peer agressie en victimisatie van 10-13 jaar in sportverenigingen te bestuderen. Hierbij is het volgende onderzocht:
De beschrijvingen door coaches van peer agressie en victimisatie.
In welke mate, in welke vorm en op welke locaties coaches peer agressie en victimisatie waarnemen.
De attributies van de coaches en uitkomstverwachtingen van peer agressie en victimisatie (de invloed ervan op dader en slachtoffer).
Voor het tweede doel van deze studie wordt het volgende onderzocht:
De preventieve en corrigerende praktijken die coaches hanteren om met peer agressie en victimisatie om te gaan, en welke benadering zij hanteren:
Regel-straf benadering: de nadruk ligt op het stellen van regels en het geven van straf in het geval van overtreding van de regels.
Probleemoplossende benadering: een gezamenlijke poging om oplossingen te vinden, de daders bewust maken van de gevoelens van het slachtoffer.
Het waargenomen vermogen van coaches om met deze kwesties om te gaan.
De manier waarop de benadering van peer victimisatie samenhangt met de persoonlijke overtuigingen van coaches over peer agressie en victimisatie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie benaderingen van peer victimisatie:
Assertieve overtuiging: nadruk op het belang dat slachtoffers voor zichzelf leren opkomen.
Normatieve overtuiging: coach is meer passief en minder bereid om bij victimisatie in te grijpen of de dader een straf op te leggen. Gedrag wordt beschouwd als manier om sociale normen te leren.
Vermijdende overtuiging: preventie van de vorming van cliques, het toepassen van pedagogische methoden.
Naast de coaches zijn basisschoolleerkrachten geïnterviewd om de perspectieven van de coaches mee te vergelijken.
Weinig coaches waren in staat om een duidelijke definitie van peer agressie te geven. Zij definieerden het vaak in termen van één van bovengenoemde criteria van peer agressie, meestal het toebrengen van leed. Het kan betwijfeld worden of incidenten die coaches als peer agressie benoemden, daadwerkelijk peer agressie betreffen. Bovendien baseerden de coaches hun definitie van peer agressie niet alleen op de intenties van de dader, maar ook op de perceptie en kwetsbaarheid van het slachtoffer. Daardoor kan het voor coaches en buitenstaanders moeilijk zijn om de ernst en frequentie van peer agressie in te schatten.
De hypothese dat coaches in vergelijking met leerkrachten minder vaak subtiele vormen van relationele en fysieke agressie herkennen, is verworpen. Coaches noemden wel iets minder voorbeelden en vormen van deze vormen van peer agressie, mogelijk omdat peer agressie op school meer heimelijk gebeurt vanwege de grotere mate van toezicht door leerkrachten.
Ervan uitgaand dat de prevalentie van peer agressie en victimisatie op sportverenigingen minstens even groot is als op basisscholen, hebben de onderzoekers de indruk dat coaches een verkeerd beeld hebben van de prevalentie ervan. Bijna alle coaches gaven aan dat zij nooit of zelden zijn geconfronteerd met peer agressie.
Ook gaven zij minder vaak dan leerkrachten aan er moeite mee te hebben om incidenten te herkennen. Dit kan duiden op een onderschatting van de frequentie en ernst van peer agressie en victimisatie. Onderzoek op scholen heeft aangetoond dat er vaak een discrepantie is in de percepties van leerkrachten en leerlingen van de prevalentie van peer agressie. Bovendien gaven de coaches aan dat de meeste peer agressie en victimisatie buiten het zicht van de coaches plaatsvindt, zoals in de kleedkamer. Daarom zouden de prevalentieschattingen van coaches beschouwd moeten worden als subjectief in plaats van feitelijk.
De coaches schrijven daderschap toe aan groepsdynamieken en omgevingsfactoren, terwijl leerkrachten sociale en emotionele incompetentie en stoornissen als mogelijke oorzaken van daderschap noemen. Volgens de coaches is slachtofferschap sterk gerelateerd aan kindfactoren. Zij schrijven agressie eerder toe aan het slachtoffer dan de dader. Dit kan duiden op ontkenning van het relationele aspect van het probleem. Coaches kunnen het gevoel hebben dat zij geen invloed hebben op peer agressie en victimisatie. Over het algemeen weten ze minder goed wat zij aan deze kwestie moeten doen dan leerkrachten. Wel zijn zij in staat om de ernst van de gevolgen voor slachtoffers in te schatten.
Basisschoolleerkrachten gaven aan meer preventieve maatregelen te nemen dan coaches. Hoewel leerkrachten zeiden veel steun te krijgen, gaven coaches aan dat zij geen hulp krijgen in het omgaan met peer agressie en victimisatie en dat er geen protocollen of methoden voor zijn. De meest genoemde corrigerende maatregelen van coaches waren onmiddellijke interventie en het bespreken van het onaanvaardbare gedrag met de betrokken kinderen (waarbij de dader en het slachtoffer meestal afzonderlijk van elkaar worden gesproken). Echter, de tijd die coaches en kinderen samen doorbrengen, is te kort voor coaches om een probleemoplossende benadering te hanteren. Ze richten zich daarom vaak op de dader, waarbij ze de ernst van de situatie bespreken en de dader een waarschuwing geven. Omdat coaches ook de ouders er actief bij betrekken, kan worden gesteld dat zij een hoofdzakelijk vermijdende benadering hanteren.
Leerkrachten gebruiken daarentegen vaak een gecombineerde assertieve en vermijdende benadering. Zij grijpen wat minder vaak direct in dan coaches. Bij het bespreken van het incident richten leerkrachten zich bovendien meer op het slachtoffer en het vergroten van zijn/haar assertiviteit. Ze leggen meer nadruk op het vinden van oplossingen en het vergroten van het bewustzijn van de dader.
Coaches hanteren geen uniforme benadering met betrekking tot peer agressie en victimisatie. Naast preventieve maatregelen en praten met de betrokkenen waren sancties de enige veelgenoemde maatregel. De meest genoemde straf is dat de dader tijdelijk niet mee mag doen met de training of wedstrijd.
Coaches waren van mening dat hun benadering voldoet bij het beïnvloeden van peer agressie. Zij zagen geen noodzaak of voordelen van het volgen van een protocol of methode. Volgens de onderzoekers overschatten coaches hun eigen invloed, controle en effectiviteit met betrekking tot peer agressie en victimisatie. Zoals eerder geconcludeerd, zijn coaches niet in staat om alle incidenten te signaleren. Daarom kan betwijfeld worden in hoeverre coaches de effectiviteit van hun eigen benadering nauwkeurig in kunnen schatten.
Sportverenigingen beschouwen het omgaan met peer agressie en victimisatie niet als prioriteit. Bewustzijn is de eerste stap in een veranderproces, om hier actiever mee om te gaan en meer aandacht te besteden aan de preventie ervan. Coaches moeten vaardigheden ontwikkelen om peer agressie en victimisatie te herkennen en ermee om te gaan. Dit zou onderdeel moeten worden van de voorbereiding van coaches.
Het huidige onderzoek is een kwalitatieve studie naar de frequentie en ernst van peer agressie en victimisatie. De resultaten geven een eerste indruk van de mate waarin coaches zich bewust zijn van dit gedrag en hoe ze ermee omgaan. De prevalentieschattingen variëren aanzienlijk. Aanbevolen wordt om bij vervolgonderzoek een meer gestandaardiseerde vragenlijst te gebruiken. Het systematisch interviewen en observeren van kinderen zal een nauwkeuriger beeld geven van de daadwerkelijke frequentie en ernst van peer agressie en victimisatie en van de effectiviteit van de interventies van coaches.
Coaches hanteren vaak een vermijdende benadering bij het omgaan met peer agressie en victimisatie. In vergelijking met de twee andere benaderingen, die vaak in de onderwijssetting worden gebruikt, is deze benadering het meest effectief. Echter, deze benadering legt de controle in de handen van de coach, terwijl het belangrijk is dat kinderen cognitieve, sociale en emotionele vaardigheden leren. Alleen dat zal ervoor zorgen dat peer agressie niet plaatsvindt in situaties waarin er geen toezicht van volwassenen is.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1832 |
Add new contribution