TentamenTests bij Statistiek 1A en 1B aan de Rijksuniversiteit Groningen - 2 - Exclusive

Meerkeuzevragen - Vraag 1 t/m 5

MC vraag 1

In SPSS is een regressieanalyse uitgevoerd met de variabelen educatie (aantal jaren onderwijs) en inkomen. Onderstaande tabel is de output van de regressieanalyse in SPSS. Wat zijn hier de a en b in de regressieformule y = a + bx?

Unstandaardized B    Coefficient std. error  Standaard coefficient beta    t          Sig

-1636.364                   2699.962                                                           -0.606 0.561

237.063                      158.575                       0.467                             1.495   0.173           

  1. a = -1636.364 en b = 237.063
  2. a = 237.063 en b = -1636.364
  3. a = -0.606 en b = 1.495
  4. a = -1636.364 en b = -0.606

MC vraag 2

Wat probeert men te minimaliseren in een spreidingsdiagram van de regressie van Y op X?

  1. De kwadratensom van horizontale afstanden van de punten tot de lijn
  2. De kwadratensom van verticale afstanden van de punten tot de lijn
  3. De kwadratensom van de kortste afstanden van de punten tot de lijn
  4. De kwadratensom van horizontale en verticale afstanden van de punten tot de lijn

MC vraag 3

Gegeven is dat de correlatie tussen X en Y gelijk is aan 0.6. Verder is gegeven dat X een gemiddelde heeft van 3 en Y een gemiddelde heeft van 5. De standaarddeviatie van zowel X als Y is 1. Wat zijn a en b in de regressievergelijking  y = a + bx?

  1. a = 0 en b = 0.6
  2. a = 0.6 en b = 0
  3. a = 0.6 en b = 3.2
  4. a = 3.2 en b = 0.6

MC vraag 4

De correlaties tussen vier variabelen zijn berekend en weergegeven in onderstaande tabel. De onderzoeker wil een lineaire regressievergelijking opstellen om het tentamencijfer te voorspellen op basis van één van de andere variabelen. Uitgaande van onderstaande tabel, welke variabele is de beste voorspeller van het tentamencijfer?

  1. Aantal uren gestudeerd
  2. Aantal uren Netflix
  3. Vorige tentamencijfer
  4. Daar valt op basis van correlaties niets over te zeggen

MC vraag 5

Gegeven zijn de scores van 100 proefpersonen. We weten dat de variantie van X gelijk is aan 4 en dat de variantie van Y gelijk is aan 9. De covariantie tussen X en Y is gelijk aan 3. Wat is dan de correlatie tussen X en Y?

  1. 0.08
  2. 0.25
  3. 0.50
  4. 0.75

Antwoorden meerkeuzevragen - Vraag 1 t/m 5

MC vraag 1

A.  a is intercept, b is de slope (helling).

MC vraag 2

B.       

MC vraag 3

D. b = r M NP = 0.6 A dus b = 0.6 a = y – b * x = 5 − 0.6 ∗ 3 = 3.2 dus a = 3.2

MC vraag 4

B. r8= (−0.952)2 = 0.906. Dus het aantal uren Netflix kijken verklaart ongeveer 90% van de variantie op het tentamencijfer.

MC vraag 5

C. rM = RST(H,M) = ,W X = 8WW = W = 0.5

Bron

Deze TentamenTests zijn gebaseerd op:

  • Boektitel: Introduction to the Practice of Statistics
  • Auteurs: van Moore, McCabe & Craig
  • Druk: 9e druk

Meer TentamenTests - Vraag 6 t/m 16 (Exclusief voor wie volledige online toegang heeft)

Exclusive section of this page (for members with extra services and online access)

Image

Access: 
Public

Image

Follow the author: Psychology Supporter
Share this page!
Statistics
2604
Submenu & Search

Search only via club, country, goal, study, topic or sector