Blok AWV HC3: Introductie wetenschapsfilosofie

HC3: Introductie wetenschapsfilosofie

Algemene informatie

  • Welke onderwerpen worden behandeld in het hoorcollege?
    • Dit college vormt een introductie voor de wetenschapsfilosofie, er worden begrippen zoals inductie, deductie en falsificationisme toegelicht
  • Welke onderwerpen worden besproken die niet worden behandeld in de literatuur?
    • Alle onderwerpen in dit college worden ook behandeld in de literatuur
  • Welke recente ontwikkelingen in het vakgebied worden besproken?
    • Er zijn geen recente ontwikkelingen besproken
  • Welke opmerkingen worden er tijdens het college gedaan door de docent met betrekking tot het tentamen?
    • Er zijn geen opmerkingen over het tentamen gemaakt
  • Welke vragen worden behandeld die gesteld kunnen worden op het tentamen?
    • Er zijn geen mogelijke vragen behandeld

Wetenschapsfilosofie & statistiek

Er zijn enkele contrasten tussen wetenschap en kliniek:

  • Wetenschap
    • Ontwikkelen van theorieën
    • Ontwikkelen van algemene inzichten over populaties
    • Individu → populatie
  • Kliniek
    • Specifieke uitspraken over een individu
      • Het liefst vanuit wetenschappelijk onderzoek → evidence-based
    • Populatie → individu

Inductie en deductie

 Twee begrippen zijn in de wetenschapsfilosofie erg belangrijk:

  • Deductie: het afleiden van specifieke uitspraken uit algemene uitspraken (logica)
    • Bijvoorbeeld: alle mensen zijn sterfelijk (algemeen) → Socrates is een mens → Socrates is sterfelijk (specifiek)
  • Inductie (generaliseren): het afleiden van algemene uitspraken uit specifieke uitspraken
    • Zonder inductie is er geen wetenschap
    • Oma is vergeetachtig en heeft Alzheimer → buurvrouw is vergeetachtig en heeft Alzheimer → oud-oom is vergeetachtig en heeft Alzheimer → alle oude mensen die vergeetachtig zijn hebben Alzheimer
    • Inductie leidt niet altijd tot zekere waarheid

Wetenschap en kliniek:

  • Ontwikkeling van de wetenschap
    • Doel: een theorie ontwikkelen
    • Vanuit: specifieke observaties (empirische data)
    • Nodig: inductief redeneren
  • Ontwikkeling van evidence-based medicine
    • Doel: specifieke uitspraken over individuen
    • Vanuit: wetenschappelijke theorie
    • Nodig: deductief redeneren

Paradox van Hume:

Enkele filosofische vragen zijn:

  • Waarom gebruiken we inductie?
  • Waarom geloven we erin dat de zon elke dag opkomt? → omdat het tot nu toe altijd heeft gewerkt

Dit is dus een inductieve redenering. Hume stelt dat ons vertrouwen in inductie gebaseerd is in inductie. 

Confirmatie:

Confirmatie (het bevestigen van een theorie) speelt in de wetenschapsfilosofie een grote rol.

  • Voorbeeld: alle raven zijn zwart → hoe meer zwarte raven je ziet, hoe meer je gaat geloven dat echt alle raven zwart zijn: het wordt steeds geconfirmeerd
    • Modus Tollens zegt dat “alle raven zijn zwart” hetzelfde is als “alles wat niet zwart is, is geen raaf”

Paradox van Hempel:

  • “Alle raven zijn zwart” wordt bevestigd door het zien van een zwarte raaf
  • “Alles wat zwart is, is geen raaf” wordt bevestigd door het zien van een bruine koe, rood potlood, etc.

In de paradox van Hempel wordt afgevraagd wat dan nog de waarde van confirmatie is.

Falsificationisme

Eén tegenvoorbeeld is voldoende om een theorie eronderuit te halen:

  • Eén witte raaf bewijst dat niet alle raven zwart zijn
  • Duizenden zwarte raven bewijzen niet dat alle raven zwart zijn

Inductie en confirmatie leiden dus niet tot zekere kennis.

Popper:

Popper heeft hier een aantal uitspraken over gedaan: wetenschap groeit niet door theorieën te bevestigen, maar door ze te verwerpen → er wordt gewerkt met de nulhypothese → moet verworpen worden om een theorie te bevestigen.

  • De taak van de wetenschapper is niet het bevestigen, maar het onderuithalen van een bestaande theorie
  • Wetenschap vernieuwt zichzelf continu via falsificatie van bestaande theorieën
  • Hoe meer theorieën er ontkracht zijn, hoe groter onze kennis

In de praktijk:

Om een theorie te falsificeren moeten via deductie voorspellingen voor de theorie ontlokt worden:

  1. Als theorie A waar is, zou (onder de omstandigheden C) verschijnsel B zichtbaar moeten zijn
  2. Zet een experiment op met omstandigheden C
  3. Als B niet optreedt, wordt A verworpen

Er moeten dus duidelijke voorspellingen gedaan worden, die bevestigd of verworpen kunnen worden.

Tijdelijkheid van kennis:

Aan de hand van deze theorieën kunnen er een aantal uitspraken gedaan worden:

  • Popper: “confirmatie” is zinloos → theorieën worden nooit bevestigd
  • De hoogste status die een theorie kan bereiken is “voorlopig onweerlegd”
  • Wanneer een experiment of theorie immuun is voor falsificatie, is het inhoudelijk niks →niet wetenschappelijk.
  • Denkkader/paradigma: men denkt binnen een bepaald denkkader → pas als er te veel problemen zijn, wordt het denkkader vervangen (Popper)

Kritiek op Popper:

De theorie van Popper wordt heeft een aantal punten die bekritiseerd worden:

  • Thomas Kuhn: falsificationisme is een rigide moraal: wetenschappers zijn terecht huiverig om een geliefde theorie te verwerpen
  1. Wetenschappers werken heel lang binnen een denkkader (paradigma)
  2. Pas als er te veel problemen zijn wordt het denkkader vervangen → wetenschappelijke revolutie
  • Wat te doen na falsificatie?
    • Na falsificatie moet via inductie een nieuwe theorie bedacht worden → dit wordt door Popper niet belicht

Empirische cyclus

Popper belicht dus slechts een deel van de empirische cyclus. In de empirische cyclus volgen inductieve en deductieve fases elkaar op:

  1. Observatie
  2. Hypothese
  3. Predictie
  4. Testen
  5. Evaluatie

Statistiek in de Geneeskunde

In de Geneeskunde is er veel onzekerheid → bijna nooit wordt iets foutloos gemeten. Een theorie gaat nooit 100% op. Daarom zijn er in de Geneeskunde theorieën op basis van kansen en gemiddelden. Omdat deze theorieën niet dwingend zijn, is falsificatie heel lastig. De wereld kent een grote variabiliteit:

  • Geen twee patiënten zijn hetzelfde
  • Geen twee steekproeven zijn hetzelfde

Plato’s kennisleer

Plato maakt dus onderscheid tussen kennis en werkelijkheid:

  • Ideeën: abstractie entiteiten (een perfecte cirkel)
  • De waarneembare werkelijkheid (een getekende cirkel)
    • Plato stelt: “Kennis gaat over ideeën, waarneming is een imperfecte afspiegeling van die ideeën.”

Het gaat dus om het achterliggende idee versus de imperfecte waarneming. In de statistiek komt dit naar boven als het populatiegemiddelde versus het steekproefgemiddelde:

  • Echte kennis: kennis over de populatie
  • Steekproef: imperfecte afspiegeling van de achterliggende populatie

Statistiek is dus Platonisch.

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:
Activity abroad, study field of working area:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: nathalievlangen
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
2347