| De diagnostische cyclus |
Verheldering | Hoe moet ik verwoorden wat ik ten opzichte van dit kind of mijzelf ervaar? Hoort bij verhelderend onderzoek (VHD). |
Onderkenning | Wat is er met dit kind of met mij aan de hand? Hoort bij onderkennend onderzoek ODK). |
Verklaring | Waarom is dit met dit kind of met mijzelf aan de hand? Hoort bij verklarend onderzoek (VKR). |
Indicatie | Hoe kan dit kind of ik het beste geholpen worden? Hoort bij indicerend onderzoek (IDC). |
Diagnostisch scenario | De geordende sequentie van verschillende typen onderzoek. Dit begint altijd met verheldering van de hulpvraag. Het kan zijn dat verder onderzoek niet nodig is, er is dan een 0-scenario. Het scenario wordt genoemd naar het aantal overgangen dat gemaakt wordt van het ene type naar het andere type onderzoek. |
3-scenario | Het meest volledige scenario dat gebaseerd is op de gedachtegang dat verheldering van de klacht kennis oplevert die bijdraagt tot een goede onderkenning van het probleem. Pas wanneer het probleem onderkend is, kan een verklaring worden gegeven. Voor de indicatie moet men beschikken over informatie uit eerdere onderzoekstypen. |
Klachtanalyse | De diagnosticus verzamelt de klachten en kijkt of de verwoording door de cliënt overeenkomt met wat hij/zij daadwerkelijk bedoelt. Ook wordt er met de cliënt overlegd over een geschikte diagnostische hulpvraag. |
Klachten | Uitspraken die aangeven dat het gedrag van de cliënt, de gevolgen daarvan of de situatie door de cliënt als negatief worden ervaren. |
Verhelderende diagnose | De uitkomst van de klachtanalyse; een ordening van de door de cliënt onderschreven en herkende klachten, waarop de hulpvragen betrekking hebben. |
Problemen | Situaties of gedragingen van de cliënt waarover de diagnosticus (op theoretische of empirische gronden) kan aannemen dat de toestand voor de cliënt ongunstig is. |
Probleemanalyse | De diagnosticus legt een verband tussen klachten en problemen, groepeert en benoemt klachten en taxeert de ernst. |
Onderkennende diagnose | De uitkomst van de probleemanalyse; een benoeming van het probleem in termen die door diagnostici onderschreven worden. |
Verklaringen | Empirisch getoetste uitspraken over afzonderlijke of samenhangende condities die het problemen hebben veroorzaakt of in stand houden. |
Verklaringsanalyse | De diagnosticus genereert hypothesen, leidt daaruit empirische voorspellingen af en formuleert ze, toetst ze en stelt een integratief beeld op. |
Verklarende diagnose | Een samenhangend beeld; met een bepaalde mate van waarschijnlijk gelden één of meer condities als verklaring voor het probleem. |
Indicaties | Theoretisch of empirisch onderbouwde aanbevelingen voor één of meerdere interventies. |
Indicatieanalyse | De diagnosticus formuleert, in overleg met de cliënt een globaal interventiedoel, inventariseert de mogelijke typen interventie, bepaalt het nut daarvan, kijkt op de indicatiecriteria van de verschillende interventies aanwezig zijn, schat de kans van slagen in en formuleert uiteindelijk een aanbeveling. |
Indicerende diagnose | De uitkomst van de indicatieanalyse; een lijst van indicaties bestaand uit aanbevelingen voor mogelijke interventies. |
Causale (actor-observator) attributie | Heuristiek; de handelende persoon verklaart zijn gedrag vaak vanuit externe of situationele omstandigheden. De observator verklaart het handelen van de observator juist vanuit interne of stabiele omstandigheden. |
Gedragsconfirmatie | Heuristiek; informatie die de eigen denkbeelden ondersteunt, wordt uitgelokt door eigen gedrag. |
Beschikbaarheidsheuristiek | Het gemak waarmee men voorbeelden kan bedenken vormt het oordeel over de mate waarin een verschijnsel voorkomt. |
Representativiteitsheuristiek | De mate waarin het te beoordelen verschijnsel overeenkomt met wat daarvoor als typerend wordt gezien, vormt het oordeel over de kans waarmee een verschijnsel optreedt. |
Verankering | Heuristiek; oordelen over de omvang of frequentie van een verschijnsel is sterk verankerd in de aanvangswaarden van de beoordelaar. |
Confirmatorische teststrategie | Heuristiek; informatie opzoeken die aansluit bij de eigen mening. |
Add new contribution