TentamenTips bij Hersenen en Gedrag aan de Universiteit Utrecht
TentamenTips en -Tickets bij Hersenen en gedrag
- Tips voor de colleges van Hersenen en gedrag
- Tips voor de werkgroepen van Hersenen en gedrag
- Tips voor het tentamen van Hersenen en gedrag
- Tips voor literatuur zoeken voor je onderzoek bij Hersenen en gedrag
- Tips voor het schrijven van je teksten bij Hersenen en gedrag
- Oefenvragen voor de tentamens van Hersenen en gedrag
- Antwoorden bij de oefenvragen voor de tentamens van Hersenen en gedrag
Tips voor de colleges van Hersenen en gedrag
De hoorcolleges hebben een ondersteunende functie: de stof wordt uitgelegd en verdiept. Bestudeer de stof vooraf, zodat je tijdens het college gerichte vragen kunt stellen.
Maak van je aantekeningen een begrippenlijst. Noteer tijdens of na het college elk begrip bij de bijbehorende uitleg.
Laat begrippen opvallen: gebruik een marker of maak ze vetgedrukt in je tekstverwerkingsprogramma.
Schrijf onbekende (Engelse) of vakinhoudelijke woorden op een apart blaadje. Zoek ze later op — de kans is groot dat ze vaker terugkomen.
Vergelijk je aantekeningen met die van een medestudent. Zo controleer je of je alle definities en feitjes goed hebt.
Bij dit vak is er een responsiecollege, waarin je vragen kunt stellen over de stof.
Tips voor de werkgroepen van Hersenen en gedrag
In de werkgroepen werk je aan schrijfopdrachten en presentaties.
De werkgroepen helpen je de stof toe te passen en geven je een basis in de academische vaardigheden die van een psycholoog worden verwacht. Actieve deelname wordt van je verwacht.
Tips voor het tentamen van Hersenen en gedrag
De tentamens bestaan doorgaans uit meerkeuzevragen en tellen voor 75% mee voor je eindcijfer. De overige 25% wordt bepaald door schrijfopdrachten.
Je geeft daarnaast ook presentaties binnen dit vak.
De tentamens bevatten vooral feitelijke vragen. Besteed extra aandacht aan begrippen, feitjes en definities.
Op het tentamen wordt veel gevraagd naar begrippen uit het boek. Heb je een college gemist, dan kun je het vak alsnog goed maken door de stof grondig uit het boek te leren.
Tips voor literatuur zoeken voor je onderzoek bij Hersenen en gedrag
Wetenschappelijke literatuur omvat artikelen uit tijdschriften, geredigeerde boeken over meerdere onderwerpen (meestal van verschillende auteurs), en boeken die zich richten op één specifiek thema. Er zijn verschillende manieren om geschikte literatuur te vinden.
Vanuit een geschikte basispublicatie: Gebruik een goed boek of artikel als uitgangspunt. Via de referentielijst kun je verder zoeken.
Vanuit zoektermen: Zoek met gerichte termen in databases zoals PsychInfo, OvidSP, ISI Web of Knowledge, PiCarta en Google Scholar.
Wil je meer lezen over het gebruik van studieboeken en wetenschappelijke artikelen, of samenvattingen vinden? Kijk dan bij deze pagina’s:
Tips voor het schrijven van je teksten bij Hersenen en gedrag
Tekstschrijven is een vaardigheid die je je hele leven kunt blijven ontwikkelen.
Gebruik de onderstaande checklist om je teksten te verbeteren en te controleren.
Bron: Samenvatting van Schrijfcodes: Schrijf beter, Corrigeer sneller – van Lohman
Meer lezen: Zelf leren schrijven van van der Molen
Structuur
- Zorg voor een duidelijke driedeling: inleiding, middenstuk en slot.
- Verhelder je structuur met signaalwoorden en een overzichtelijke lay-out.
- Deel je tekst op in duidelijke alinea’s, en geef de verbanden ertussen aan.
- Gebruik bij lange teksten paragrafen en heldere kopjes.
Argumentatie
- Onderbouw je uitspraken met logische argumenten.
- Wees consistent en trek onderbouwde conclusies.
- Voeg niet alleen je mening toe, maar presenteer ook feiten.
Duidelijkheid
- Geef je tekst een goede titel, eventueel met ondertitel.
- Maak de hoofdgedachte van je tekst duidelijk.
- Laat je lezer weten wat het doel van de tekst is.
- Gebruik voorbeelden om abstracte inhoud concreet te maken.
- Zorg voor goede samenhang met verwijs- en signaalwoorden.
- Gebruik in publieksgerichte teksten eenvoudige taal en korte zinnen.
- Geef in zakelijke teksten bij grafieken of vaktermen een duidelijke toelichting.
Aantrekkelijkheid
- Gebruik concrete taal en laat zien dat je betrokken bent.
- Schrap wat overbodig is: clichés, holle frasen of modewoorden.
- Zorg voor variatie in zinslengte.
- Schrijf actief en vermijd passieve zinnen waar dat kan.
- Begin met een goede binnenkomer en sluit af met een pakkende uitsmijter.
- Neem bij zakelijke teksten enige afstand tot de feiten.
Gepastheid
- Kies een toon die past bij je doelgroep.
- Controleer of alle informatie relevant is voor je hoofdvraag.
- Gebruik je eigen beleving alleen als het inhoudelijk past.
Correctheid
- Gebruik juiste verwijswoorden.
- Twijfel je? Raadpleeg het woordenboek, groene boekje of rode boekje.
Spelling en interpunctie
- Controleer de spelling van werkwoorden.
- Gebruik een spellingchecker.
- Schrijf Nederlandse samenstellingen aan elkaar.
- Let op juiste interpunctie: punten, komma’s enzovoort.
Verantwoording
Vooral belangrijk bij lange, zakelijke teksten.
- Vermeld alle bronnen die je hebt gebruikt.
- Controleer of je actuele informatie gebruikt.
- Maak een volledige literatuurlijst.
Opmaak
- Gebruik een lay-out die bij je inhoud past.
- Zet op het voorblad je naam en studentnummer.
- Controleer of titels van bijvoorbeeld tijdschriften cursief staan.
- Nummer pagina’s, herhaal koppen in je document, en voeg een inhoudsopgave toe als dat nodig is.
Oefenvragen voor de tentamens van Hersenen en gedrag
Hieronder staan drie voorbeeldvragen die lijken op tentamenvragen.
Meer oefenvragen vind je in de Studiegids voor tentamens halen van Hersenen en gedrag.
Vraag 1: Wat is waar over RNA?
A. RNA is net zoiets als DNA, maar bestaat afzonderlijk
B. RNA is één streng van het DNA
C. De functie van RNA is het afbreken van overbodige eiwitten
Vraag 2: Hoe wordt de productie van nieuwe neuronen in een vroeg stadium van ontwikkeling genoemd?
A. Differentiatie
B. Proliferatie
C. Myelinisatie
D. Migratie
Vraag 3: Welke van de volgende beweringen over vasopressine (oftewel antidiuretisch hormoon) klopt NIET?
A. Vasopressine wordt gesecreteerd (uitgescheiden) door de nieren
B. Vasopressine zorgt voor sterkere re-absorptie van water uit de primaire urine en beperkt daarmee verlies van water uit het lichaam.
C. Vasopressine verhoogt de bloeddruk via vasoconstrictie (bloedvatvernauwing)
Meer oefenvragen en antwoorden via Studiegids voor tentamens halen van Hersenen en Gedrag aan de Universiteit Utrecht
Antwoorden bij de oefenvragen voor de tentamens van Hersenen en gedrag
Vraag 1
B
Vraag 2
B
Vraag 3
A
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Work for JoHo WorldSupporter?
Volunteering: WorldSupporter moderators and Summary Supporters
Volunteering: Share your summaries or study notes
Student jobs: Part-time work as study assistant in Leiden
Search only via club, country, goal, study, topic or sector










Add new contribution