Oefententamen 9: Burgerlijk- en Bestuursprocesrecht - UU

Dit oefententamen is gebaseerd op het oude curriculum en omvat het gedeelte Burgerlijk Procesrecht. Inhoudelijk is het oefententamen een prima voorbereiding op het vak Burgerlijk- en Bestuursprocesrecht.

Vragen

Vraag 1 (20 punten)

Het materiële en formele burgerlijke recht zou te ingewikkeld zijn voor de 'gewone' burger. Dit was de rechtvaardiging voor Nederland om de verplichte procesvertegenwoordiging in te voeren.

a. (5 punten)

Bekritiseer deze redengeving.

b. (5 punten)

Benoem één ander bezwaar tegen de verplichte procesvertegenwoordiging.

c. (4 punten)

Wat is het doel van art. 21 Rv?

d. (6 punten) Op welke wijze kan de rechter de sanctie op schending van art 21 Rv (‘de gevolgtrekking maken die hij geraden acht’) nader invullen? Noem twee mogelijkheden.

Vraag 2 (50 punten)

Daan (20 jaar) lacht Philip (19 jaar) uit omdat Philip niet stiekem met de rode BMW van zijn (Philips) vader durft te rijden. Philip, die nog thuis woont, wil zich niet laten kennen, pakt de sleutel van de BMW en scheurt vervolgens, met Daan naast zich, door de straten van Utrecht. Daan blijft Philip onafgebroken aanmoedigen en ophitsen. De rit lijkt wonderbaarlijk goed af te lopen, ware het niet dat de auto – vlak voor het einde - onverwacht tot stilstand komt tegen de zeldzame Mercedes van meneer Dekker, de buurman van Philip. Deze Mercedes staat half op de oprit van Dekker, half op de openbare weg geparkeerd, in een van de duurdere lanen van Utrecht.

Dekker dagvaardt Philip en vordert een verklaring voor recht dat Philip aansprakelijk is voor de schade aan de Mercedes, omdat Philip met 90 km/uur door de straat scheurde. Ook vordert hij betaling van € 200.000, omdat de Mercedes total loss is, onder veroordeling van Philip in de proceskosten.

a. (7 punten)

Welke rechter is (absoluut en relatief) bevoegd om van deze zaak kennis te nemen?

Veronderstel dat Dekker Philip dagvaardt op het adres van zijn ouders, maar dat Philip al geruime tijd op kamers woont in Zeist en dat hij zijn adres ook in de gemeentelijke basisadministratie heeft laten wijzigen. Veronderstel ook dat Philip op de eerste roldag niet in het geding verschijnt.

b. (7 punten)

Zet gemotiveerd uiteen wat de gevolgen zijn van de keuze van meneer Dekker om
Philip op dit verouderde adres te dagvaarden.

Philip verschijnt alsnog in het geding. Hij vindt dat Daan de werkelijke dader is, omdat Daan hem heeft opgehitst. Hij wil daarom ook Daan in deze procedure betrekken.

c. (7 punten)

Heeft Philip daarvoor toestemming van de rechter nodig?

Philip stelt bij conclusie van antwoord dat hij slechts 50 km/uur reed, dat de botsing plaatsvond omdat de Mercedes van meneer Dekker schuin op de weg geparkeerd
stond en dat er nog prima is te rijden met de Mercedes.

d. (12 punten)

Wie draagt de bewijslast ten aanzien van:
– de snelheid waarmee Philip reed;
– de wijze waarop de Mercedes stond geparkeerd;
– de staat waarin de Mercedes na aanrijding verkeert (total loss of niet).

Tijdens de comparitie van partijen is meneer Dekker zo boos op Philip dat zij hem op de gang een forse duw geeft. Philip komt uiterst ongelukkig ten val en breekt
zijn heup. Philip wil deze schade van meneer Dekker vorderen

e. (6 punten)

Kan Philip deze vordering tot schadevergoeding in de lopende procedure tegen
meneer Dekker inbrengen, zo ja, op welke wijze?

Philip heeft niet zo’n goede advocaat. Zilveren Kruis, de aansprakelijkheidsverzekeraar van
Philip, ziet dit met lede ogen aan en vreest dat Philip gaat verliezen van mevrouw
Dekker.

f. (5 punten)

Wat kan Zilveren Kruis daartegen doen, en uiterlijk op welk moment moet Zilveren Kruis daartoe actie ondernemen?
De rechter wijst bij vonnis de twee hoofdvorderingen van meneer Dekker toe.

g. (6 punten)

Kwalificeer dit eindvonnis met betrekking tot de hoofdvorderingen.

Vraag 3 (10 punten)

In een dagvaardingsprocedure bij de rechtbank is gedaagde te laat met het indienen van de conclusie van antwoord. Hij krijgt geen verder uitstel. De rechtbank veroordeelt gedaagde conform de eis. Geen wonder, want er is geen verweer gevoerd. Gedaagde gaat in hoger beroep tegen het toewijzend vonnis en voert als grief aan dat hij de conclusie van antwoord wel degelijk op tijd heeft toegestuurd, dus dat deze conclusie klaarblijkelijk ergens in de grote organisatie van de rechtbank is kwijtgeraakt. Leg uit waarom deze grief niet ter zake doet en geef aan welke grief voormalig gedaagde (= appellant) beter kan aanvoeren.

Vraag 4 (20 punten)

William van den Bosch is in 2011 een geldleningovereenkomst aangegaan met de Bank Zeeland (BZ), maar betaalt niets terug. BZ zint op mogelijkheden om het uitgeleende geld van €10.000 alsnog te kunnen incasseren en ontdekt dat Van den Bosch mogelijk geld heeft gestort op een rekening bij de Utrechtse BankUnie (UBU).

a. (6 punten)

Wat zou je BZ adviseren?

De onder a bedoelde maatregel wordt getroffen en Van den Bosch wordt op de hoogte gesteld.

b. (3 punten)

Hoe wordt duidelijk of er inderdaad geld op de bankrekening staat?

c. (6 punten)

Veronderstel dat Van den Bosch de geldleningsovereenkomst ontkent en op korte termijn weer de beschikking over het saldo op zijn bankrekening wil hebben, welke weg moet hij dan bewandelen?

d. (5 punten)

Welke belangrijke vervolgstap zal BZ moeten zetten, gegeven het feit dat Van den Bosch niet alsnog vrijwillig tot betaling van het aan BZ verschuldigde bedrag overgaat?

Antwoordindicatie

Vraag 1

a. Absoluut bevoegd is de sector kanton van de rechtbank (42 RO jo. 93 sub c), Het gaat in dit geval immers om een huurovereenkomst. Relatief bevoegd is uitsluitend de rechter binnen wiens rechtsgebied het gehuurde is gelegen (art. 103 Rv).

(CBP, paragraaf 3.5 e.v.)

b. Wie stelt bewijst. Dat is de hoofdregel van art. 150 Rv. Harry stelt sprake is van een huurovereenkomst voor bepaalde tijd en dat Michelle hem uit dien hoofde €6000 schadevergoeding is verschuldigd. Op hem zal derhalve in beginsel de bewijslast rusten.

(CBP, paragraaf 7.1.5)

c. Op grond van het eerste lid van art. 332 Rv staat tegen dit interlocutoir tussenvonnis hoger beroep open, zij het dat dit hoger beroep op grond van art. 337 lid 2 Rv in beginsel pas tegelijk met het eindvonnis kan worden ingesteld.

(CBP, paragraaf 10.3 e.v.)

d. Op grond van art. 611a Rv (lid 1) kan de rechter op vordering van Harry Michelle veroordelen tot betaling van een dwangsom indien zij door de rechter is veroordeeld tot het verlaten van de woning en daar geen gehoor aan geeft. De hoofdveroordeling betreft in casu niet de betaling van een geldsom, maar een doen (het verlaten van de woning).

(CBP paragraaf 14.1.8 e.v.)

e. Zij kan in hoger beroep bij het hof ex art. 332 Rv. De vordering is van onbepaalde waarde en er bestaan geen duidelijke aanwijzingen dat de vordering een waarde vertegenwoordigd van minder dan € 1750. In afwijking van de gewone appeltermijn van drie maanden geldt in kort geding de kortere termijn van vier weken (339 lid 2 Rv).

(CBP paragraaf 10.2.2)

f. Michelle is gehouden zich overeenkomstig de uitspraak van het kortgedingvonnis te gedragen. Als zij in de bodemprocedure in het gelijk wordt gesteld en dus alsnog komt vast te staan dat sprake is van een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd, komt daarmee de rechtskracht van het vonnis in kort geding op dat moment (zonder terugwerkende kracht) te vervallen.

Daaraan voorafgaand dient Michelle het vonnis in kort geding echter wel degelijk op te volgen, op straffe van de vastgestelde dwangsommen. Eventueel door haar betaalde dwangsommen kan zij niet van Harry terugvorderen op grond van onverschuldigde betaling. Zie HR 16 november 1984, NJ 1985, 547 (Ciba-Geigy/Voorbraak) en HR 22 december 1989, NJ 1990, 434 (Kempkes/Samson)

(CBP paragraaf 12.10)

g. Michelle kan in reconventie afgifte van haar schilderijen vragen. De vordering in reconventie dient bij conclusie van antwoord te geschieden (137 Rv). Ook kan zij in kort geding de afgifte van de schilderijen vorderen. Deze procedure vangt aan met een dagvaarding.

Om te voorkomen dat Harry de schilderijen op korte termijn verkoopt, dient bovendien conservatoir beslag tot afgifte van de schilderijen worden gelegd (730 Rv). Voor dit beslag is verlof vereist van de voorzieningenrechter; het verzoek tot verlof wordt ingediend bij verzoekschrift (700 Rv lid 1). Het beslag wordt gelegd door middel van een deurwaardersexploit (734 jo. 702 jo 440 lid 1 Rv).

(CBP paragraaf 18.3 e.v.)

Vraag 2

Het verzoek tot wraking wordt toegewezen, indien de rechter niet als onpartijdig kan worden aangemerkt (6 EVRM + art. 36 e.v. RV). Ten aanzien van de (on)partijdigheid van de rechter is met name het arrest Hauschildt/Denemarken (EHRM 24 mei 1989, NJ 1990, 627) van belang. In dit arrest wordt onderscheid gemaakt tussen een subjectieve en een objectieve test. Bij de subjectieve test wordt verondersteld dat de rechter onpartijdig is. Verzoeker zal moeten bewijzen dat de rechter daadwerkelijk vooringenomen is. Het is niet aannemelijk dat verzoeker in dat bewijs zal slagen. Een enkel vermoeden van vooringenomenheid is bij deze test niet voldoende. Bij de objectieve test gaat het om omstandigheden die twijfel zouden kunnen wekken aan de onpartijdigheid van de rechter. De schijn van partijdigheid is bij deze test al voldoende om een rechter te wraken. Vervolgens vraagt u zich af of de rechter, gezien de afzonderlijke gronden, de objectieve toets zal kunnen doorstaan:

(CBP paragraaf 2.4 e.v.)

a. Den Tonkelaar is lid van de PKN.

U zou een lidmaatschap van dit kerkgenootschap kunnen vergelijken met een lidmaatschap van een politieke partij en onderscheid kunnen maken tussen een actief en een passief lidmaatschap.

b. Den Tonkelaar is in het verleden lid geweest van een geschillencommissie van een van de kerken die sinds de fusie is opgegaan in de PKN.

U kunt ingaan op de toelaatbaarheid van dergelijke nevenfuncties (bijv. op de vraag of het uitoefenen van een typisch juridische nevenfunctie zijn lidmaatschap tot een actief lidmaatschap heeft gemaakt).(zie casus)

c. Den Tonkelaar heeft in vergelijkbare zaken al drie keer ten gunste van de PKN uitspraak gedaan.Voor de hand ligt dat u een afweging maakt tussen efficiëntie (de inzet van een rechter die reeds kennis van zaken heeft opgedaan in vergelijkbare zaken) en het gevaar van oogkleppen (het niet meer in voldoende mate ontvankelijk zijn voor argumenten die het eerder ingenomen standpunt ondergraven).

(CBP, paragraaf 2.6)

d. Den Tonkelaar wist dat de raadsman van de wederpartij van verzoeker specifiek om hem had gevraagd en dat heeft hem er niet van weerhouden om deze zaak aan te nemen.

Met name bij deze grond lijkt de objectieve test tot partijdigheid te leiden. Den Tonkelaar heeft hier in ieder geval de schijn van partijdigheid gewekt.

(CBP, paragraaf 2.6)

Vraag 3

a. Zie art. 233 Rv: een rechter die een vonnis uitvoer bij voorraad verklaart, voorkomt de schorsende werking als gevolg van het instellen van een gewoon rechtsmiddel (zie voor deze schorsende werking de artt. 145, 350lid 1 en 404 Rv). Het vonnis kan in dat geval toch ten uitvoer worden gelegd.

(CBP, paragraaf 5.9)

b. Gezag van gewijsde is de bindende kracht in een ander geding van een vonnis dat in kracht van gewijsde is gegaan (art. 236 Rv).

(CBP, paragraaf 7.5.5)

c. In een constitutief vonnis wijzigt de rechter de materiële rechtsverhouding tussen partijen.

(CBP, paragraaf 9.2)

d. Sprongcassatie betreft een vonnis in eerste aanleg (op tegenspraak gewezen), waarbij partijen zijn overeengekomen om het hoger beroep over te slaan (398 sub 2 Rv.)

NB. Aangezien deze term niet in Stein/Rueb voor blijkt te komen, is besloten om voor de drie voorafgaande deelvragen een punt meer te geven. Mocht u toch het juiste antwoord hebben gegeven, dan krijgt u voor deze vraag gewoon het weergegeven aantal punten. Vraag 4 levert dus maximaal 18 punten op.

(CBP, paragraaf 10.4 e.v.)

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Activity abroad, study field of working area:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Law Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
2180