Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>

TentamenTests met open vragen bij Geschiedenis van de Psychologie aan de Universiteit Leiden

Open vragen

Vraag 1

Welke kenmerken van het mechanicisme klinken door in Bacon’s wetenschapsideaal? Bent u het eens met zijn opvatting dat politieke en morele problemen zich wetenschappelijk laten oplossen?

Vraag 2

Hoe definieerde Descartes de ziel/geest? Wat betekende deze definitie lange tijd voor de psychologie?

Vraag 3

Hoe komen wij volgens Descartes aan onbetwijfelbare kennis?

Vraag 4

Wat betekenen de begrippen ‘vrijheid’ en ‘vrije wil’ in het werk van Hobbes?

Vraag 5

Bespreek in hoeverre het begrip individualisme een rol speelt in de opvattingen van Descartes en Hobbes.

Vraag 6

Vergelijk de opvattingen van Descartes en Hobbes over lichaam en geest. Laat zien hoe hun denken beïnvloed werd door het mechanicisme.

Vraag 7

Leg het verschil uit tussen de rationalistische filosofie/psychologie van Descartes en de empiristische psychologie van Locke. Licht ook het verband toe met de nature-nurture discussie.

Vraag 8

Wat is de visie van de empiristen op het lichaam-geestprobleem? Hoe verschillen Locke, Berkeley en Hume op dit punt van mening?

Vraag 9

Hoe past Locke’s verwerping van aangeboren eigenschappen in de politieke ideeën van de bourgeoisie? 

Vraag 10

Geef aan waarom de opvattingen van Smith met name bij de opkomende middenklassen in goede aarde vielen.

Vraag 11

Vergelijk de kenmerken van de Verlichting met die van het mechanicisme.

Vraag 12

Wat wordt er met de homo economicus bedoeld en wat is het verband met het utilitarisme?

Vraag 13

Beschrijf de plaats die het pleasure-pain beginsel inneemt in het liberalisme en bespreek daarbij de invloed van (het mensbeeld van) Hobbes en de associatiepsychologie.

Vraag 14

Vergelijk het determinisme van Gall met dat van Hobbes.

Vraag 15

Beschrijf de individualistische en de mechanistische kenmerken van het liberalisme.

Vraag 16

Kant verwerkt realistische, idealistische, empiristische en rationalistische ideeën in zijn kennisleer. Geef aan waar.

Vraag 17

Laat zien dat de wetenschapsfilosofie van het mechanicisme voortgezet wordt in het positivisme.

Vraag 18

Welke positie nemen de associatiepsychologen, de frenologen en Spencer in in het nature-nurture debat?

Vraag 19

Leg uit waarom Mullers leer van de specifieke zenuwkwaliteiten overeenkomst vertoont met Kants kennisleer. In welk opzicht verschillen ze?

Vraag 20

Wat verandert er bij operant conditioneren? In hoeverre is deze conditionering een aanvulling op het klassieke conditioneren?

Vraag 21

Wat hield de Volkerpsychologie van Wundt in?

Vraag 22

Wat probeerden zowel Helmholz met zijn Unbewusster Schluss (onbewuste gevolgtrekking) als de Akt-psychologen met hun Aufgabe-experimenten duidelijk te maken?

Vraag 23

Vergelijk de twee globale richtingen die in de Duitse psychologie kunnen worden onderscheiden. Hoe treden deze naar voren in Wundt’s werk?

Vraag 24

Toon aan dat de Gestaltpsychologen met hun organisatieprincipes van waarneming hun pijlen richtten op de associatiepsychologen.

Vraag 25

Waarom maakte Ebbinghaus in zijn geheugenexperimenten gebruik van betekenisloze lettergrepen?

Vraag 26

Geef aan in welk opzicht James zich keert tegen de opvatting van de associatiepsychologen.

Vraag 27

Je zou kunnen zeggen dat het functionalisme een genuanceerde positie inneemt tussen extreme bewustzijnspsychologie en extreme gedragspsychologie. Beargumenteer deze stelling.

Vraag 28

Wat verandert er bij klassieke conditionering: de stimulus of de respons; en wat is dus de ongeconditioneerde reflex? Vergelijk dit met de negentiende eeuwse definitie (Marshal Hall) van reflex.

Vraag 29

Beargumenteer dat de hersenfysiologie van Flourens nog duidelijk kenmerken vertoont van het Cartesiaans dualisme.

Vraag 30

Laat zien welke invloed de evolutieleer heeft uitgeoefend op het functionalisme. Wat betekent functie in dit verband (m.b.t. bewustzijn en psychologie/maatschappij)?

Vraag 31

Laat zien hoe het Amerikaanse wetenschappelijk ideaal doorwerkte in de toepassing van de psychologie op de terreinen mental tests, opvoeding en onderwijs en mind-cure.

Vraag 32

Laat het verband zien tussen de idee van geconditioneerde reflex en de idee van evolutionaire continuïteit.

Vraag 33

Laat zien dat Watson’s behaviorisme de traditie van empirisme en positivisme voortzet.

Vraag 34

Vergelijk de leertheorie van de Gestaltpsycholoog Kohler en de dierpsycholoog Thorndike.

Vraag 35

Welke belangrijke verandering in methode valt er op te merken in de overgang van bewustzijnspsychologie naar gedragspsychologie?

Vraag 36

Noem van het functionalisme en behaviorisme de volgende kenmerken:

  1. object
  2. methode
  3. mind-body oplossing
  4. verhouding maatschappij/wetenschap

Vraag 37

In welk opzicht verschilt de emotietheorie van James van die van Watson?

Vraag 38

Wat wilde Watson met de experimenten met kleine Albert aantonen?

Antwoordindicaties

  • Log in en lees de antwoordindicaties voor de open vragen
Exclusive section of this page (for members with extra services and online access)

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Study fields and working areas:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org
Submenu: Summaries & Activities
Follow the author: Psychology Supporter
Statistics
Search for summaries and study assistance

Select any filter and click on Apply to see results