Zwerver beledigt agent - Arrest

HR 8 mei 2012, LJN BV9188

Casus

In deze zaak gaat het om drie zwervers die in de hal van een winkelcentrum in Enschede staan als de politie naar hen toe stapt en hen verzoekt weg te gaan. Een van de zwervers pakt hier op volgend een geopend bierblikje en probeert het mee te nemen. Een politieagent pakt het dit van hem af, zegt tegen de zwerver dat hij het niet mag meenemen en gooit het blikje direct in de prullenbak. De politieagenten lopen weg en de zwerver roept tegen een van de politieagenten: “Jij bent een mierenneuker”.

Tot aan de Hoge Raad is geprocedeerd over de vraag of deze uiting strafbaar is. In cassatie is de vraag dus of de zin "jij bent een mierenneuker" als belediging in de zin van art. 266 Sr kan worden aangemerkt.

Hoge Raad

Voor strafbare belediging moet er sprake zijn van een opzettelijke belediging. De belediging kan op verschillende wijze zijn gedaan (mondeling, schriftelijk, maar ook een feitelijke handeling) en een uitlating is beledigend als zij de strekking heeft die ander aan te randen in zijn eer en goede naam. Volgens de Van Dale betekent “mierenneuken” “muggenziften” of “pietlut”, dit is dus op zichzelf geen scheldwoord. De Hoge Raad stelt dat een uitlating die in het algemeen niet beledigend is, dat wel kan worden door de context waarin de uitlating is gedaan. Het zijn dan niet zozeer de woorden die kwetsend zijn maar de omstandigheden.

Volgens de Hoge Raad had het Hof niet voldoende gemotiveerd wat de precieze context was en hoe die tot het oordeel had geleid dat “mierenneuker” inderdaad beledigend was. De Hoge Raad vernietigt daarom de uitspraak en verwijst de zaak terug naar het Hof, waarna het Hof zich nogmaals moet buigen over de omstandigheden waaronder de agent door de zwerver “mierenneuker” werd genoemd.

De belangrijkste overwegingen zijn 3.2-3.3