Rechtseconomie week 4 werkgroep uitwerkingen.
Probleem 1. Wat is een eenzijdig ongeval? En wat is een bilateraal ongeval? Geef voorbeelden.
Probleem 2: wat is de essentie van de risicoaansprakelijkheidsregel? Geeft het optimale prikkels om optimale zorg te betrachten?
Probleem 3: wat is de essentie van schuldaansprakelijkheid? Geeft het prikkels om optimale zorg te betrachten?
Probleem 4: werkgevers hebben de plicht om te zorgen voor een veilige en gezonde werkomgeving voor hun werknemers. In bepaalde landen kunnen medewerkers schadevergoeding eisen voor schade veroorzaakt door iets op de werkplek. Leg uit, van een rechtseconomisch perspectief, welk soort aansprakelijkheidsregel moet worden toegepast voor dergelijke problemen. Overweeg het type ongeval en welke alternatieve aansprakelijkheidsregel kunnen gebruikt worden?
Probleem 5: leg uit waarom het activiteitenniveau van een belangrijk aandachtspunt is voor de wetgever en hoe dit kan worden gewaarborgd.
Probleem 6: in de aardbevingszaak heeft de rechtbank schadevergoeding voor economische schade toegekend en daardoor een andere conclusie getrokken dan wat de rechtseconomische theorie voorspelt. Leg dit uit.
Probleem 7: Stel dat we een spel hebben met twee spelers: Oma (O) en een beleggingsadviseur (B). Oma wil € 100.000 in aandelen beleggen voor een jaar, maar heeft geen idee hoe dit moet gebeuren tot dat er een beleggingsadviseur verschijnt. Hij beweert dat hij in dat jaar een rendement op die investering kan opleveren 5%, dus € 5.000. De twee partijen zijn het erover eens dat deze € 5.000 aan winst gelijkelijk worden verdeeld, d.w.z. € 2.500 voor Oma en € 2.500 voor de beleggingsadviseur. Gebruik de speltheorie en laat zien dat we contractrecht (inclusief een systeem van sancties) nodig hebben om ervoor te zorgen dat Oma het geld uit leent aan de beleggingsadviseur. Vergelijk de spellen zonder en met contractrecht, en leg eventuele efficiëntie-effecten (Pareto, Kaldor Hicks) uit. Voor de spel met contractrecht, laat ook zien wat voor soort sancties nodig zijn om ervoor te zorgen dat het geld wordt investeert. (Dit is een soort tentamenvraag).
Probleem 8: Een fabrikant van steps (A) komt met B overeen om 100 steppen te leveren voor een totale prijs van $ 5.000. B verwacht in de nabije toekomst de steppen te verkopen voor $ 7.000. A krijgt dan een aanbod van C om 100 steppen te kopen voor $ 9.000 om dat C de steppen voor 10.500 denkt te kunnen verkopen. A kan niet aan de vraag van C voldoen zonder zijn contract met B te schenden, want hij heeft slechts 100 steppen om te verkopen op dit moment. Wat zou er moeten geburen? Is dit efficiënt?
Antwoord 1: Een eenzijdig ongeval is bijvoorbeeld een auto ongeluk of een vliegtuigcrash. Een botsing tussen fietser en auto is bilateraal want dan kan het slachtoffer ook een mate van eigen schuld hebben. Dus bij bilateraal kijken of er iemand anders in staat was om een ongeval te voorkomen of niet. Had je je als slachtoffer anders kunnen gedragen. Als voetganger moet je bijvoorbeeld goed opletten wat je doet, met mobiel spelen helpt daar natuurlijk niet bij. Altijd afhankelijk van bepaalde situatie of iets eenzijdig is of niet.
Antwoord 2: Bij risicoaansprakelijkheid heb je altijd schuld, je bent altijd aansprakelijk als het geval zich voordoet. Bij risicoaansprakelijkheid ben je dus altijd aansprakelijk als er iets gebeurd, daarom wil je de minste kosten hebben en ga je zorg betrachten. Je gaat echter niet te veel zorg betrachten, dit is namelijk te duur en moeilijk te realiseren. Je gaat niet te weinig zorg betrachten, want dan ben je te snel aansprakelijk. Dit leidt dat je uitkomt tot een efficiënt zorgniveau.
Antwoord 3: schuldaansprakelijkheid geeft geen prikkels om optimale zorg te betrachten. Dit komt doordat men alleen aansprakelijk wordt gesteld bij schuld en daarvoor hoeft men alleen te voldoen aan het wettelijk vastgestelde zorgniveau. Dit zorgniveau hoeft niet perse het optimale te zijn, maar men voldoet vaak aan het wettelijke vastgestelde zorgniveau omdat er dan geen sprake is van schuld.
Antwoord 4: welk voorbeeld ook gebruikt wordt, de beste aansprakelijkheidsregel bij schade veroorzaakt op de werkplek is die van risicoaansprakelijkheid of risicoaansprakelijkheid met de mogelijkheid van beroep op de eigen schuld van het slachtoffer. Dit komt doordat de werkgever altijd moet betalen bij risicoaansprakelijkheid, ongeacht of het zijn schuld is of niet. Dit zie je bijvoorbeeld terug bij mensen die gewerkt hebben met asbest en later ziek geworden zijn. Dat men ziek wordt van de asbest en of de ziekte veroorzaakt is bij de ene werkgever of misschien bij een andere werkgever is lastig vast te stellen. Daarom werkt hier risicoaansprakelijkheid het beste.
Antwoord 5: Wanneer de dader de kosten en opbrengsten kent van elke keer dat een activiteit wordt ontplooid, kiest hij voor dat aantal dat hem het hoogst mogelijke verschil tussen opbrengsten en kosten oplevert. Hoog activiteitsniveau brengt hoger maatschappelijke kosten met zich mee. Men zal gaan voor hoogste netto winst. Dus omdat het aantal activiteiten samenhangt met maatschappelijke kosten zal de wetgever dit een belangrijk punt vinden.
Antwoord 6: Rechtseconomen willen de maatschappelijke kosten van ongelukken verminderen. Voor Rechtseconomen is een aardbeving een bilaterale ongeval situatie, terwijl het hof uitgaat van een unilateraal ongeval. Kosten voor de maatschappij vallen lager uit als de slachtoffer prikkels heeft om ongevallen te voorkomen. Als slachtoffers volledig compenseert worden, gaan mensen in Assen wonen en de kosten van ongevallen voor de maatschappij gaan omhoog. Dit is inefficiënt.
Antwoord 7: Zonder contract zal belegger het geld houden en de winst ook. Oma leent het geld uit, belegger betaalt wel terug dan verdienen ze beide 2500. Belegger betaalt niet terug dan verlies van 100.000 en belegger verdient 105000. We hebben wetgeving nodig, want prikkels die op de marktpartijen werken zijn zodanig dat oma weet dat ze zonder contractrecht geen geld terugkrijgt. Dit betekent dus dat er geen investering plaats vindt en de beleggingsadviseur geen klanten krijgt. Pareto efficientie: optie met contractrecht is het beste, want beide partijen worden er beter van. Bij pareto is vereist dat het goed is om de transactie te doen als de maatschappij erop voor uit gaat en er niemand achteruitgaat. Zonder contractrecht gaat oma er nogal op achteruit. Kaldor hicks criterium: theoretische compensatie mogelijk tussen partijen die erop vooruitgaat en de partij die achteruitgaat. Dit is een mogelijkheid. Er wordt niet vereist dat de compensatie ook echt plaatsvindt.
Deze volgende matrix kan hierbij gemaakt worden:
contractrecht |
|
| belegginsadviseur |
|
|
|
| Samenwerken | Stelen |
| Oma | Investeren | 2.500, 2.500 | 3000, 2000 |
|
| Niet investeren | 0, 0 | 0, 0 |
Zonder contract recht |
|
| belegginsadviseur |
|
|
|
| Samenwerken | Stelen |
| Oma | Investeren | 2.500, 2.500 | -102500, 105000 |
|
| Niet investeren | 0, 0 | 0, 0 |
Antwoord 8: Contractbreuk is hier efficiënt. B heeft in ieder geval dan 2000 euro voor niks doen en A daardoor 7000. Deel van je winst kan worden gebruikt voor het betalen van de schadevergoeding.
Stap 1: contract A en B
A (Seller): +5.000 = 5.000
B (Buyer) : - 5.000 + 7000 = 2.000
C (Concurrent): = 0
Gezamenlijk: = 7.000
Stap 2: contract A en C met compensatie positieve contract belang
A (Seller): +5.000 -5.000 + 9.000(P) - 2.000(S) = 7.000 => 2000*
B (Buyer) : - 5.000 + 5.000 + 2.000(S) = 2.000
C (Concurrent): - 9.000(P) + 10.500(O) = 1.500
Gezamenlijk: = 10.500
* In Stap 2 gaat A(Seller) 2000 vergeleken met stap 1; alle voordeele bij elkaar is de contractbreuk efficient
P= Prijs concurrent, S = compensatie / schadevergoeding,
O= opbrengst voor concurrent
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
1008 |
Add new contribution