Arresten en jurisprudentie: uittreksels en studiehulp - Thema
- 10202 reads
In deze casus is een verzoek gedaan om A en de verbalisanten B, C, D en E ter terechtzitting als getuigen te horen. Dit verzoek is echter gedaan na de aanvang van de terechtzitting in appel, zodat zich niet een geval voordoet ex art. 414 Sv. Daarom moet hier op grond van art. 315 lid 11 Sv, welke bepaling ook in appel van toepassing is, het criterium worden toegepast of de noodzaak van het verzochte is gebleken, oftewel het noodzakelijkheidscriterium.
Het hof heeft in casu volgens de Hoge Raad de juiste maatstaf aangelegd bij de beoordeling van het verzoek. Echter, het oordeel van het Hof dat het verzoek “te laat ingediend” is, is evenwel hetzij onjuist hetzij bij gebreke van een nadere motivering onbegrijpelijk. Ook het oordeel van het hof dat het verzoek “niet onderbouwd” is, zonder nadere doch ontbrekende motivering, is onbegrijpelijk.
De conclusie die uit dit arrest mag worden getrokken is dat als de behandeling ter terechtzitting is aangevangen een nieuw of herhaald verzoek tot het horen van getuigen slechts dient te worden gehonoreerd als de noodzakelijkheid van dat horen blijkt.
Waarom is de bewezenverklaring volgens de Hoge Raad niet naar de eis der wet met redenen omkleed?
Welke motiveringsplicht van art. 359 Sv is geschonden?
Gaat het hier om een Meer en Vaart-verweer of om een Dakdekkerverweer?
De verdachte heeft betoogd dat niet zij de bestuurster van de auto was, maar de betrokkene, zie r.o. 4.4. Het Hof heeft de juistheid van dit met de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen niet strijdige betoog in het midden gelaten. De met de bewezenverklaring onverenigbare mogelijkheid dat het niet de verdachte is die de onderhavige overtreding heeft begaan is opengebleven. Dit alternatieve scenario is dus niet door bewijsmiddelen weerlegd. Daarom is de bewezenverklaring niet naar de eis der wet met redenen omkleed.
De motiveringsplicht uit artikel 359 lid 2, 2e zin Sv is geschonden. Het verweer van de verdachte bestaat uit de verklaring van verdachte dat betrokkene reed en dat daarom de tenlastelegging niet bewezen kan worden. Dit is een bijzonder bewijsverweer, namelijk een Meer en Vaart-verweer (r.o. 3.2). De gang van zaken is volgens de verdachte namelijk niet strijdig met de bewijsmiddelen, maar wel met de bewezenverklaring. Indien wordt afgeweken van dit verweer dient het vonnis de redenen daartoe te bevatten.
Er is hier sprake van een Meer en Vaart-verweer: Het gaat namelijk om een verweer waarin een beroep wordt gedaan op niet hoogst onwaarschijnlijke feiten en/of omstandigheden die met de inhoud van de door de rechter gebezigde bewijsmiddelen niet in strijd zijn doch die onverenigbaar zijn met de bewezenverklaring. Zie r.o. 3.2.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
562 |
Add new contribution