Arresten en jurisprudentie: uittreksels en studiehulp - Thema
- 10200 reads
Onderwerp: het recht op hoger beroep (art. 14 lid 5 IVBPR)
Timmer is bij een vonnis van de politierechter van de rechtbank Arnhem op 10 oktober 2007 veroordeeld voor mishandeling en overtreding van art. 2 van de Wet op de identificatieplicht. Het veroordelend vonnis van de politierechter bevatte echter geen bewijsmiddelen. Tegen deze veroordeling heeft Timmer vervolgens hoger beroep aangetekend. Het ingestelde hoger beroep werd op de voet van art. 410a lid 1 Sv niet behandeld. De voorzitter van het hof was namelijk van mening dat de in de appelschriftuur weergegeven feiten en omstandigheden niet tot een ander oordeel konden leiden dan in het gegeven vonnis, en dat het belang van een goede rechtsbedeling geen hoger beroep eiste. Er staat geen cassatie open tegen een zodanige beslissing. Timmer is van mening dat dit in strijd is met het recht op hoger beroep zoals is neergelegd in art. 14 lid 5 IVBPR (International Covenant on Civil and Political Rights) en dient een klacht in bij het Mensenrechtencomité van de VN.
Is het recht op hoger beroep geschonden?
Het Mensenrechtencomité heeft op 24 juli 2014 geoordeeld dat het recht op hoger beroep uit art. 14 lid 5 IVBPR is geschonden. Een ieder die wegens een strafbaar feit is veroordeeld, heeft het recht de schuldigverklaring en veroordeling opnieuw te doen beoordelen door een hoger rechtscollege overeenkomstig de wet.
Het Mensenrechtencomité overweegt dat Timmer geen effectief gebruik heeft kunnen maken van zijn recht op hoger beroep omdat hij geen beschikking heeft gekregen over een gemotiveerd vonnis van de rechter in eerste aanleg, of andere documenten zoals het proces-verbaal van de terechtzitting om zijn hoger beroep effectief te kunnen voorbereiden. Het Mensenrechtencomité is van mening dat een geldelijke compensatie voor de schending geen ‘effective remedy’ vormt, en dat Nederland zorg moet dragen voor een nieuwe beoordeling van het gewezen vonnis in hoger beroep, dan wel andere maatregelen moet treffen die het geleden nadeel compenseren. Daarbij maant het Mensenrechtencomité Nederland aan haar strafproces in overeenstemming te brengen met de verdragseisen die volgen uit het IVBPR, en het Mensenrechtencomité binnen 180 dagen te informeren over de genomen maatregelen.
De Nederlandse wetgeving verschaft geen effectief rechtsmiddel omtrent de mogelijkheid van herziening van de veroordeling door een hogere rechter, en is derhalve niet in lijn met art. 14 lid 5 IVBPR. Een ieder die wegens een strafbaar feit is veroordeeld, heeft het recht de schuldigverklaring en veroordeling opnieuw te doen beoordelen door een hoger rechtscollege overeenkomstig de wet. Nederland moet daarom haar wetgeving hiermee in overeenstemming brengen en toekomstige schendingen voorkomen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
Main summaries home pages:
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
538 |
Add new contribution