Doorenbos/Intercommunicatie - Arrest

Doorenbos/Intercommunicatie (HR 20-03-1970, NJ 1970, 251)

Casus

Naar aanleiding van dit arrest heeft de Hoge Raad de adequatieleer als enige oplossingsmethode voor het vraagstuk van het causaal verband verlaten en de leer van de toerekening naar redelijkheid aangenomen. Deze leer houdt in dat de dader in beginsel voor alle gevolgen van zijn onrechtmatige daad aansprakelijk is, tenzij de vorm van de schade zo uitzonderlijk is of in een zo ver verwijder verband met de gedraging staat, dat die schade naar redelijkheid niet ten laste van die dader zou mogen komen.

Een vrachtwagencombinatie van Doorenbos verongelukt midden in de winter. De vrachtwagen vervoerde dieselolie, en ten gevolge van het ongeluk stroomde een grote hoeveelheid dieselolie uit de tanks op de grond en in de sloten die gelegen waren in het waterwingebied van de Intercommunale Waterleidingmaatschappij. Direct na het ongeluk ging de Waterleidingmaatschappij over tot verwijderen van de olie. De maatschappij vorderde daarna de schoonmaakkosten terug van Doorenbos. De kosten waren zeer hoog, omdat de maatschappij extra maatregelen had genomen omdat de olie was gelekt in een waterwingebied. Diende Doorenbos naast de gewone schoonmaakkosten, ook deze extra kosten te vergoeden?

Rechtsvraag

Komen de extra kosten ook voor rekening van Doorenbos?

Hoge Raad

‘(…) dat de gronden welke het Hof voor het wel aannemen van een zodanig verband heeft aangevoerd, hierop neerkomen, dat in Nederland de grond onder meer fungeert als opslagplaats voor water voor de drinkwatervoorziening, en dat dan ook, in geval van een massaal uitstromen van olie voer de grond door het verongelukken van een vrachtauto-combinatie waarmee olietanks zijn vervoerd, schade ter zake van de waterwinning hier te lande niet een zo uitzonderlijke vorm van schade ten gevolge van een dergelijk ongeluk is, noch in een zo verwijderd verband daarmee staat, dat die schade naar redelijkheid niet – als veroorzaakt door dat ongeluk – ten laste zou mogen worden gebracht van degene, die krachtens de wet de aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeluk draagt’.

De voorzienbaarheid en de redelijkheid zijn sinds dit arrest 2 elementen bij de vaststelling van het causaal verband.