Constitutions compared: An introduction to comparative constitutional law - Heringa - 3e druk - BulletPoints
- Introductie in de vergelijking van constitutioneel recht - Chapter 1
- Constituties vergeleken: de belangrijkste kenmerken en herkomst - Chapter 2
- Federalisme, unitarisme en decentralisatie - Chapter 3
- Parlementen en het maken van wetten - Chapter 4
- Regeringen, hun parlementen en staatshoofden - Chapter 5
- Rechterlijke toetsing en mensenrechten - Chapter 6
Introductie in de vergelijking van constitutioneel recht - Chapter 1
Het vergelijken van internationale grondwettelijke systemen helpt ons om ons eigen systeem beter te begrijpen, om grondwetten uit te bouwen en verder te ontwikkelen en het is cruciaal voor ontwikkeling van internationale organisaties.
Constitutie in formele zin is een centraal geschreven document dat de basisregels weergeeft die van toepassing zijn op de overheid en andere politieke organen, met name staten. Bij constitutie in brede zin gaat het om het geheel van fundamentele regels waar overheid en andere politieke organen zich aan moeten houden, waarbij ook gewoonterecht een rol kan spelen.
Een constitutie geeft macht aan publieke autoriteiten, regelt de fundamentele relaties tussen publieke autoriteiten en regelt de fundamentele relatie tussen de publieke autoriteiten en individuen.
Het constitutionele recht kan worden verdeeld in grondrechten en mensenrechten.
Constituties die moeilijker te veranderen zijn dan normale wetgeving noemt ment ‘rigid constitutions’ of ‘entrenched constitutions’.
Het woord ‘staat’ kan drie betekenissen hebben: dat van publieke autoriteit, soeverein land of een federale entiteit.
Het woord ‘overheid’ kan drie betekenissen hebben: overheid als in staatsorde, overheid als in uitvoerende macht en overheid als in regeringsmeerderheid.
Een staat die zichzelf een republiek noemt heeft een hoofd dat geen monarch is. Een republiek is daarmee het tegenovergestelde van een monarchie.
Een groot voordeel van een democratie gecontroleerd door de wet is systematische stabiliteit en duurzaamheid op de lange termijn. Een zwakke plek van de democratie ligt in de korte termijn, het is kwetsbaar voor verplaatsingen van autoriteiten die de democratie gebruiken om de democratie zelf uit te spelen.
Constituties vergeleken: de belangrijkste kenmerken en herkomst - Chapter 2
Populaire soevereiniteit is de ultieme macht om autoriteit uit te voeren. Hierbij komt de constitutie voort uit een autoriteit die is uitgevaardigd door de bevolking.
Het verschil tussen nationale en populaire soevereiniteit is dat mensen (de populatie) een concrete en echte entiteit zijn: een bestaande populatie op een bepaald moment. De natie daarentegen is meer abstract en filosofisch, het valt niet samen met de huidige populatie.
De Nederlandse constitutie laat zich niet uit over de kwestie soevereiniteit. Dit is om conflicten te voorkomen. De regels die zien op relatie tussen de monarch, het parlement en de overheid worden bijna helemaal bepaald door gewoonterecht in plaats van constitutierecht.
In parlementaire systemen is het hoofd van de uitvoerende macht niet direct gekozen, maar hij heeft de functie omdat hij het vertrouwen of tolerantie geniet van het parlement. Hij kan worden afgezet wanneer dit vertrouwen er niet meer is. Dit is niet hetzelfde als de ‘impeachment’ in de VS. Dit is een strafzaak voor heftige wetsovertredingen waarbij de Senaat handelt als rechtbank.
Frankrijk, Engeland en Nederland zijn unitaire staten. De machten die regio’s, departementen en provincies hebben zijn neergelegd in wetten die in hun oorsprong vinden in nationale wetgeving. De privileges die de staten hebben in de VS en Duitsland zijn neergelegd in een federale constitutie.
De president van de VS is hoofd van staat en hoofd van de uitvoerende macht. Hij is gekozen door directe volkse verkiezing en hij is gekozen door een kiescommissie wiens leden zijn gekozen door de individuele staten.
De Bundestag is het direct gekozen Duitse federale parlement. De federale regering, voorgezeten door de federale kanselier, is verantwoording verschuldigd aan de Bundestag.
Er is geen gekwalificeerde procedure om constitutionele wijzigingen door te voeren in het Verenigd Koninkrijk. Daarom noemt men de constitutie van het VK flexibel.
Frankrijk is een semi-presidentiële democratie. De president is het staatshoofd, maar hij heeft ook toonaangevende uitvoerende functies. De president benoemt de minister-president als hoofd van de regering.
Nederland is een constitutionele monarchie. De minister-president is aangewezen door de koning. Hij is samen met de leden van het kabinet verantwoordelijk voor alle daden van de overheid.
Federalisme, unitarisme en decentralisatie - Chapter 3
Een federaal systeem heeft de volgende karakteristieke eigenschappen:
* Verdeling van territorium
* Regionale autonomie
* Federale oppermacht
* Regionale representatie
* Codificatie van voorrechten
* Deelname van de regio’s aan constitutionele wijzigingen
* Een constitutionele rechtbank
Devolutie ziet op het overdragen van macht, met name wetgevende macht, naar bepaalde regio’s op een ongelijke manier.
De VS is een federale staat bestaande uit een federale overheid en 50 staten. Alle staten hebben hun eigen constitutie, ze hebben allemaal een republiek karakter en ze hebben een gezamenlijke presidentiële regering.
De ‘commerce’ clausule zorgt ervoor dat het Congres handel met het buitenland en enkele staten en indiaanse stammen mag reguleren. De ‘necessary and proper’ clausule zorgt ervoor dat het Congres alle wetten die noodzakelijk en behoorlijk zijn voor de uitvoering van de bevoegdheden genoemd door de constitutie kan bewerkstelligen.
In Duitsland is het zo dat de federale overheid alleen in wetgeving voorziet in de gevallen die de constitutie voorschrijft. In al het andere recht wordt door de staten zelf voorzien.
De federale entiteiten van het Verenigd Koninkrijk krijgen hun kracht van de constitutie zelf, entiteiten die ‘devolved’ zijn krijgen hun kracht echter van de centrale overheid. Schotland, Wales en Noord-Ierland hebben formeel geen inspraak in beslissingen omtrent ‘devolution’ omdat geen van de landen wordt vertegenwoordigd op centraal niveau.
De Franse republiek wordt gekarakteriseerd als matig gedecentraliseerde unitaire staat. Dit houdt twee elementen in, namelijk dat de fundamentele constitutionele macht is gevestigd bij centrale instituties terwijl de staat ook accepteert dat bestuur moet worden gedelegeerd aan kleinere territoriale eenheden.
De Nederlandse staat is unitair en gedecentraliseerd. Aruba, Curaçao en Sint-Maarten zijn de overzeese gebieden die onderdeel zijn van het Koninkrijk. De overgebleven Antilliaanse eilanden, Bonaire, Sint-Eustatius en Saba, zijn bijzondere gemeenten van Nederland.
Parlementen en het maken van wetten - Chapter 4
Een parlementair systeem waarbij de gekozen meerderheid de regering vormt noemt men het ‘Westminster model’.
De Duitse Basic Law voorziet in een vijftal principes omtrent verkiezingen: algemeen, direct, vrij, gelijk en in vertrouwen.
Er is een brede variatie in kiessystemen over de hele wereld. De meeste vallen in één van de volgende twee groepen: een meerderheidsdemocratie en een evenredig systeem.
Het tweekamerstelsel is ontstaan in Engeland. In de meeste tweekamerstelsels is de lagere of tweede kamer dominant. Een tweekamerstelsel is meestal ingevoerd om ervoor te zorgen dat beslissingen niet te haastig worden gemaakt.
De constitutie van de VS bepaalt dat de wetgevende macht bij het Congres ligt, een tweekamerstelsel dat het Huis van Afgevaardigden en de Senaat omvat. Het Huis vertegenwoordigt de bevolking van de VS proportioneel, het aantal senatoren in de Senaat is per staat gelijk, namelijk twee.
Duitsland heeft een tweekamerstelsel om federale wetgeving te creëren. De wetgeving moet langs de Bundestag, de direct gekozen kamer en het parlement in strikte zin, en de Bundesrat, de vertegenwoordiging van de staatsoverheden op federaal niveau.
Het Duitse kiessysteem is relatief ingewikkeld omdat het verschillende doelen tegelijk nastreeft: het verzekeren van proportionele vertegenwoordiging, regionale vertegenwoordiging en een directe band tussen de kiezers en de vertegenwoordigers.
Het House of Commons vertegenwoordigt de bevolking van het Verenigd Koninkrijk. Ze wordt gekozen voor een periode van vijf jaar. Het House of Lords is geen gekozen kamer. De leden bestaan uit ‘Lords Spiritual’ en ‘Lords Temporal’.
The Commons hebben bij alle voorstellen de instemming van de koning, waardoor ze eigenlijk de wetgevende kamer zijn.
Het Franse parlement heeft een tweekamerstelsel: de Nationale Vergadering en de Senaat. De eerste wordt direct gekozen met een absolute meerderheid en de laatste wordt indirect gekozen via een kiescommissie.
Wetsvoorstellen die door het parlement worden aangenomen worden doorgestuurd naar de president voor bekendmaking. De president moet de voorstellen binnen vijftien dagen ondertekenen. Hij mag om één heroverweging van het parlement verzoeken en hij heeft geen veto.
Aangezien voor het aannemen van een voorstel toestemming van beide kamers nodig is, heeft de Eerste Kamer een vetorecht. De Eerste Kamer heeft geen bevoegdheid tot wijzigen. In de praktijk kan de Eerste Kamer wel wijzigingen voorstellen die zij nodig vindt voor ze het voorstel aanneemt.
Regeringen, hun parlementen en staatshoofden - Chapter 5
De taken staatshoofd en hoofd van de regering zijn in de VS samengevoegd in de president. De president heeft de hoogste uitvoerende federale bevoegdheid en vertegenwoordigt de VS internationaal.
De president en vice-president zijn geen verantwoording schuldig aan het Congres in de zin van een vertrouwensregel, omdat zij zelf kiezersmandaat hebben. Een verplaatsing in de meerderheden in de Senaat of Huis van Afgevaardigden heeft geen invloed op de presidentiële termijn.
Het staatshoofd in Duitsland is de federale president. Deze heeft met name ceremoniële functies. De Duitse federale overheid wordt voorgezeten door de federale kanselier. De kanselier wordt gekozen door de Bundestag na een voorstel van de federale president.
De kanselier en de federale regering zijn verantwoording verschuldigd aan de Bundestag. Dit houdt in dat ze hun handelingen moeten rechtvaardigen en dat aan hen sancties kunnen worden opgelegd.
Het staatshoofd in het Verenigd Koninkrijk is de koning. De regering wordt voorgezeten door een minister-president die formeel gezien wordt aangesteld door de koning.
Het kabinet van het VK is verantwoording verschuldigd aan het House of Commons. Meestal vallen kabinetten niet na een motie van wantrouwen, maar vinden er interne machtsverschuivingen plaats in de regeringspartij.
Het hoofd van de Franse regering is de minister-president, hij is verantwoording verschuldigd aan het Franse parlement. De president is het staatshoofd en hij heeft ook belangrijke uitvoerende bevoegdheden. Hij is geen verantwoording verschuldigd.
Het Nederlandse staatshoofd is de Koning. Het hoofd van het kabinet is de minister-president.
De Nederlandse constitutie omvat geen geschreven vertrouwensregel. Het kabinet moet een ondersteunende meerderheid hebben om effectief te kunnen werken. Ministers zijn verantwoordelijk voor hun eigen handelingen, voor die van hun ondergeschikten en voor handelingen van het kabinet als geheel. Dit houdt in dat ministers ook individueel kunnen worden afgezet.
Rechterlijke toetsing en mensenrechten - Chapter 6
Rechterlijke toetsing is de macht van de rechtbanken om conflicten in het recht op te sporen. Het garandeert de suprematie van de constitutie. Daarnaast zorgt het voor een controle die minderheden beschermt.
De meest fundamentele verschillen in systemen die constitutionele toetsing toestaan zijn die tussen abstract of concreet, ex ante of ex post en tot slot centraal of decentraal.
De VS kent 51 rechtssystemen. Alle federale rechters mogen het recht toetsen aan de constitutie.
Alle gewone Duitse rechtbanken hebben de bevoegdheid om wetten aan de constitutie te toetsen, ze hebben echter niet zelf de macht om de wetten helemaal buiten werking te stellen.
Duitsland heeft een dualistisch systeem. Internationale verplichtingen die voortkomen uit verdragen moeten worden omgezet naar nationaal recht en verdragen gaan niet voor op nationale wetgeving. Een direct beroep op verdragsbepalingen voor een Duitse rechtbank is dus in principe niet mogelijk.
Constitutionele toetsing van wetten door de rechters is niet toegestaan in het Verenigd Koninkrijk. Het is niet verenigbaar met de doctrine van parlementaire soevereiniteit.
Het Europees recht wordt in het VK behandeld als aparte rechtsorde en het heeft dus direct effect.
In Frankrijk mag de Court de Cassation constitutionele vragen stellen aan de Constitutionele Raad als de constitutionaliteit van een wet in twijfel wordt getrokken tijdens een procedure.
Frankrijk heeft een monistisch systeem. Verdragenrecht gaat voor nationale wetten.
Het is de Nederlandse rechters verboden om de constitutionaliteit van wetten te toetsen. Art. 120 GW is meer dan een strikte uitsluiting van constitutionele toetsing. Het staat voor een strikte scheiding tussen wetgeving en rechtspreken.
Doordat de Europese Unie partij is bij het EVRM kan het EHRM ook besluiten van Europese instanties toetsen.
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
823 |
Add new contribution