Centrale Raad van Beroep (16-03-2015, Chavez) - Arrest

Feiten

I.c. gaat het om meerdere betrokkenen. Het zijn allen alleenstaande moeders (afkomstig uit o.a. Zuid Amerika en Afrika) die woonachtig zijn in Nederland zonder verblijfsvergunning. Hun kinderen hebben de Nederlandse nationaliteit.

De vraag die speelt bij de Centrale Raad van Beroep is of de moeders een EU-verblijfsrecht kunnen ontlenen aan de zorg voor hun Nederlandse kinderen. M.a.w. geldt een afgeleid verblijfsrecht voor zorgende moeder? En zouden zij recht hebben op bijstand en kinderbijslag? Als zij geen verblijfsrecht hebben dan bestaat geen recht op bijstand en kinderbijslag en moeten zij Nederland en de Europese Unie verlaten.

Centrale Raad van Beroep (CRvB) 

Dit heeft bij de Centrale Raad van Beroep (CRvB) de vraag opgeroepen of de moeders een afgeleid verblijfsrecht ontlenen aan de status van Unieburger van het kind. Het Hof heeft eerder geoordeeld dat het in strijd met het Europese recht kan zijn om een ouder/derdelander een verblijfsrecht te weigeren in het land waar zijn kinderen verblijven en waarvan die kinderen ook de nationaliteit hebben. Bijvoorbeeld wanneer de weigering van het verblijfsrecht aan de ouder/derdelander ervoor zorgt dat het kind de EU moet verlaten. In dat geval zouden de kinderen namelijk met de ouder/derdelander moeten vertrekken naar het land van herkomst.

De Centrale Raad van Beroep vraagt het Hof nu onder welke voorwaarden moet worden aangenomen, dat het Nederlandse kind zich in een situatie bevindt dat het feitelijk wordt verplicht niet alleen Nederland, maar ook de EU als geheel te verlaten. Is hiervoor bepalend dat het kind voor zijn dagelijkse en daadwerkelijke zorg afhankelijk is van de moeder (die een derdelander is) of moet rekening worden gehouden met andere omstandigheden, zoals het feit dat er nog een vader in beeld is die in Nederland mag verblijven en voor het kind zou kunnen zorgen? De CRvB stelt ook de vraag of de moeder in dit geval aannemelijk moet maken dat de vader de zorg voor het kind niet op zich kan nemen.

Kern: de Centrale Raad van Beroep vraagt het Hof van Justitie van de EU om uitleg van Europese regels over het EU-burgerschap. Het betreft de vraag onder welke voorwaarden een moeder zonder verblijfsvergunning een verblijfsrecht kan ontlenen aan het feit dat haar kind de Nederlandse nationaliteit heeft. Het verblijfsrecht en het recht op bijstand/kinderbijslag hangt af van de uitkomst hiervan.