Oefenvragen
Vraag 1
Stel: Een groep mensen mag kiezen tussen een kans van 50% om 100 euro te winnen (optie 1) en een zekere winst van 50 euro (optie 2). Wat zullen de meest mensen kiezen, en door welk verschijnsel kan dit verklaard worden?
De meeste mensen kiezen optie 1; komt door risk aversion
De meeste mensen kiezen optie 1; komt door loss aversion
De meeste mensen kiezen optie 2; komt door risk aversion
De meeste mensen kiezen optie 2; komt door loss aversion
Vraag 2
Wat voor stimuli trekken doorgaans de meeste aandacht?
Stimuli die frequent en/of verwacht zijn
Stimuli die frequent en/of onverwacht zijn
Stimuli die infrequent en/of verwacht zijn
Stimuli die infrequent en/of onverwacht zijn
Vraag 3
Stereotype-consistente informatie kan over het algemeen goed geherconstrueerd worden. Tot wat voor soort fouten kan dit leiden?
Het herinneren van informatie die nooit is waargenomen
Het vergeten van details
Het vergeten van de bron van de informatie-activatie
Afleiding door toename in dagdromen (mind wandering)
Vraag 4
Als de categorie dokters bij mensen geprimed wordt, dan zullen ook andere qua inhoud gerelateerde categorieën (zoals verplegers, ziekenhuizen) actief worden. Via welk mechanisme gebeurt dit?
Action priming
Semantic priming
Evaluative priming
Analogy priming
Vraag 5
Zelf-gerelateerde informatie wordt over het algemeen beter onthouden dan niet-zelf-gerelateerde informatie. Wat is een goede verklaring hiervoor?
Mensen hebben meestal al veel informatie over zichzelf opgeslagen, en kunnen nieuwe zelf-gerelateerde informatie hieraan koppelen
Tijdens de opslag van zelf-gerelateerde informatie zijn mensen minder snel afgeleid dan tijdens de opslag van niet-zelf-gerelateerde informatie
Zelf-gerelateerde kenis wordt minder snel verstoord door biases dan niet-zelf-gerelateerde kennis
Zelf-gerelateerde kennis wordt minder snel overschreven dan niet-zelf-gerelateerde kennis
Vraag 6
Er zijn experimenten (bijvoorbeeld in het domein van de persoonsperceptie) die laten zien dat subtiele vormen van priming soms meer invloed hebben dan minder subtiele vormen. Hoe kan deze bevinding verklaard worden?
Niet-subtiele primes worden vaker gecorrigeerd dan subtiele primes
Niet-subtiele primes voelen minder bekend (familiar) aan dan subtiele primes
Niet-subtiele primes worden vaker heuristisch verwerkt dan subtiele primes
Niet-subtiele primes hebben minder invloed op executieve controle dan subtiele primes
Vraag 7
Mensen vinden vaak bevestiging voor de verwachtingen die ze hebben. Hierbij zijn verschillende psychologische processen betrokken. Welk van onderstaande stellingen over die processen is niet juist?
Mensen hebben de tendens om vragen met ja te beantwoorden
Mensen zijn vaker op zoek naar informatie die hun verwachtingen bevestigt, dan naar informatie die hun verwachtingen falsifieert
Als mensen op zoek zijn naar informatie die hun verwachtingen falsifieert, krijgen ze deze informatie vaak niet
Informatie die verwachtingen bevestigt wordt doorgaans beter opgeslagen
Vraag 8
‘Marieke leest graag boeken. Hoewel ze een behulpzaam persoon is, is ze over het algemeen erg verlegen. Ze heeft een grote behoefte aan orde en structuur, en ze draagt een bril.’ Stel je voor dat je een groep mensen zou vragen of Marieke een bibliothecaresse of een lerares is. Ondanks dat er veel meer leraressen dan bibliothecaressen zijn, zouden de meeste mensen antwoorden dat Marieke een bibliothecaresse is. Van welke heuristiek maken ze dan gebruik?
Beschikbaarheid (Availability)
Representativiteit (Representativeness)
Anchoring and ajustment
Gambler’s fallacy
Vraag 9
Mensen die honger hebben, zullen meer aandacht hebben voor voedsel-gerelateerde stimuli. Van wat voor soort aandachtssturing is hier sprake?
Top-down-gestuurde aandacht
Script-gestuurde aandacht
Heuristisch gestuurde aandacht
Procedureel gestuurde aandacht
Vraag 10
Wat wordt bedoeld met priming? Kies het beste antwoord.
Het voorbereiden van een beweging, bijvoorbeeld door activatie van mirror neurons
Het gereedmaken van een geheugenstructuur, waardoor informatie later beter kan worden opgeslagen
Het beïnvloeden van beslissingen door suggestieve informatie aan te bieden
Het activeren van informatie, waardoor het waarschijnlijker wordt dat deze informatie in de verdere verwerking gebruikt wordt
Vraag 11
Mensen overschatten over het algemeen de kans om te overlijden door spectaculaire oorzaken (zoals haaienbeten en terreuraanslagen). Door welk psychologisch verschijnsel kan dit worden verklaard?
Self-fulfilling prophecies
De beschikbaarheidsheuristiek (availability heuristic)
Gemotiveerde perceptie (motivated perception)
Imagination inflation bij het simuleren van toekomstige gebeurtenissen
Vraag 12
Stel: een lid van de ingroup heeft onwenselijk gedrag vertoond. In wat voor soort taal beschrijven andere ingroupleden dit gedrag over het algemeen?
In concrete taal, bijvoorbeeld: hij heeft iets gestolen
In concrete taal, bijvoorbeeld: hij is crimineel
In abstracte taal, bijvoorbeeld: hij heeft iets gestolen
In abstracte taal, bijvoorbeeld: hij is crimineel
Vraag 13
Stel: je vraagt een groep mensen om tien redenen te bedenken waarom de Nissan Micra een betere auto is dan de Alfa Romeo Mito. Een andere groep mensen vraag je om slechts twee redenen te noemen. Vervolgens vraag je aan beide groepen om de auto’s te evalueren. Wat voor resultaat zou je verwachten op basis van het werk van Wänke e.a. (1997)?
De groep die tien redenen heeft genoemd vindt de Micra positiever dan de Mito; de groep die twee redenen heeft genoemd vindt de Mito positiever dan de Micra.
De groep die tien redenen heeft genoemd vindt de Mito positiever dan de Micra; de groep die twee redenen heeft genoemd vindt de Micra positiever dan de Mito.
Beide groepen vinden de Micra positiever dan de Mito.
Beide groepen vinden de Mito positiever dan de Micra.
Vraag 14
In het zogenaamde Asian disease problem (beschreven door Schwartz, 2007, When words decide) moeten mensen zich voorstellen dat Nederland zich aan het voorbereiden is voor de uitbraak van een zeldzaam Aziatisch virus. Als er niets gedaan wordt, kost het virus waarschijnlijk 600 levens. Er zijn twee mogelijke behandelscenario’s:
Als scenario A wordt gekozen worden 200 mensen gered
Als scenario B wordt gekozen is de kans 1/3 dat 600 mensen worden gered, en de kans 2/3 dat er niemand wordt gered
Welk scenario de meeste mensen kiezen wanneer dit probleem op bovenstaande manier geformuleerd wordt? En door welk verschijnsel kan dit verklaard worden?
Scenario A; komt door risk aversion
Scenario A; komt door loss aversion
Scenario B; komt door risk aversion
Scenario B; komt door loss aversion
Vraag 15
Wat wordt er bedoeld met het Maxim of Relation? De impliciete regel…
… mensen geen flirtgedrag moeten vertonen ten opzichte van andere mensen als ze een relatie hebben
… mensen datgene wat ze zeggen moeten relateren aan het eerdere gesprek om goed begrepen te worden
… mensen die een hogere positie hebben ook vaak fysiek hoger gepositioneerd zijn (bijvoorbeeld op een podium)
… mensen hun verbale gedrag moeten aanpassen aan de relatie die ze met hun gesprekspartner hebben
Antwoordindicatie
A
D
A
B
A
A
C
B
A
D
B
A
B
A
B
Join with a free account for more service, or become a member for full access to exclusives and extra support of WorldSupporter >>
Contributions: posts
Spotlight: topics
Online access to all summaries, study notes en practice exams
- Check out: Register with JoHo WorldSupporter: starting page (EN)
- Check out: Aanmelden bij JoHo WorldSupporter - startpagina (NL)
How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?
- For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
- For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
- For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
- For compiling your own materials and contributions with relevant study help
- For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.
Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter
There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.
- Use the summaries home pages for your study or field of study
- Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
- Use and follow your (study) organization
- by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
- this option is only available through partner organizations
- Check or follow authors or other WorldSupporters
- Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
- Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies
Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?
- Check out: Why and how to add a WorldSupporter contributions
- JoHo members: JoHo WorldSupporter members can share content directly and have access to all content: Join JoHo and become a JoHo member
- Non-members: When you are not a member you do not have full access, but if you want to share your own content with others you can fill out the contact form
Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance
Main summaries home pages:
- Business organization and economics - Communication and marketing -International relations and international organizations - IT, logistics and technology - Law and administration - Leisure, sports and tourism - Medicine and healthcare - Pedagogy and educational science - Psychology and behavioral sciences - Society, culture and arts - Statistics and research
- Summaries: the best textbooks summarized per field of study
- Summaries: the best scientific articles summarized per field of study
- Summaries: the best definitions, descriptions and lists of terms per field of study
- Exams: home page for exams, exam tips and study tips
Main study fields:
Business organization and economics, Communication & Marketing, Education & Pedagogic Sciences, International Relations and Politics, IT and Technology, Law & Administration, Medicine & Health Care, Nature & Environmental Sciences, Psychology and behavioral sciences, Science and academic Research, Society & Culture, Tourisme & Sports
Main study fields NL:
- Studies: Bedrijfskunde en economie, communicatie en marketing, geneeskunde en gezondheidszorg, internationale studies en betrekkingen, IT, Logistiek en technologie, maatschappij, cultuur en sociale studies, pedagogiek en onderwijskunde, rechten en bestuurskunde, statistiek, onderzoeksmethoden en SPSS
- Studie instellingen: Maatschappij: ISW in Utrecht - Pedagogiek: Groningen, Leiden , Utrecht - Psychologie: Amsterdam, Leiden, Nijmegen, Twente, Utrecht - Recht: Arresten en jurisprudentie, Groningen, Leiden
JoHo can really use your help! Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world
2460 | 1 |
Onmisbaar joepschrijver contributed on 14-12-2019 13:53
Bedankt! Oude tentamens; de beste manier om je voor te bereiden ;)
Add new contribution