Oefententamen Persoonlijkheid en Gezondheid - Universiteit Utrecht 2014/2015

MC-vragen

Vraag 1

Wawrinka is een fantastische tennisser. Hij heeft aangeboren talent en is groot, sterk, behendig en snel. Hij droomt ervan om ooit voor het Nederlands team te spelen. Zijn ouders benutten elke mogelijkheid om die droom waar te maken. Ze zorgen dat hij extra trainingen krijgt en laten hem bij de beste club in de regio spelen. De tennisvaardigheden van Wawrinka zijn gevolg van genotype-omgeving ... (geef aan wat hier moet staan):

  1. concordantie
  2. interactie
  3. acquisitie
  4. correlatie

Vraag 2

Volgens Cloninger hangt het zoeken van nieuwheid (novelty seeking) samen met lage niveaus van deze stof.

  1. dopamine
  2. serotonine
  3. norepinefrine (is hetzelfde als noradrenaline)
  4. monoamine oxidase (MAO)

Vraag 3

Op een mooie zaterdag in augustus besluit je om je zusje Eva te verrassen met een uitje naar Artis. In de dierentuin springt plots een tijger uit zijn kooi. De tijger maakt een agressieve indruk en komt recht op jou en Eva af. Wat voor angst ervaren jullie op dat moment volgens de psychoanalyse?

  1. objectieve angst
  2. neurotische angst
  3. morele angst
  4. secundaire angst

Vraag 4

Welk opvoedingsadvies zal de humanist Carl Rogers als eerste aan ouders geven:

  1. geef je kinderen onvoorwaardelijke positieve achting
  2. help je kinderen in het stellen van standvastige doelen in het leven
  3. zorg dat je eerst aan de eigen zelfverwerkelijking toekomt
  4. geef kinderen positieve achting indien ze zich goed gedragen

Vraag 5

Negatieve emoties en sociale verwerping gaan niet onopgemerkt aan de hersenen voorbij. In welke neurale structuur vinden we vooral een toename van activatie bij negatieve emoties en sociale verwerping?

  1. hippocampus
  2. hypothalamus
  3. prefrontale cortex
  4. cingularis cortex anterior (anterior cingulate cortex)

Vraag 6

Uit onderzoek van de psycholoog Kagan (1981, 1994, 1999) blijkt dat kinderen die ooit verlegen waren, maar hun verlegenheid overwonnen:

  1. door ouders werden gedwongen tot sociale contacten
  2. door ouders werden beschermd tegen sociale contacten
  3. geen gen voor verlegenheid hadden
  4. meer extraverte ouders hadden

Vraag 7

Welke term wordt gebruikt om te omschrijven dat mensen zich aanpassen aan de manier van leven en de overtuigingen van een nieuwe cultuur?

  1. Aanpassing (adjustment)
  2. Acculturatie
  3. Inburgering
  4. Overgedragen cultuur (transmitted culture).

Vraag 8

Mischel (1980) verwees met het begrip "personality coefficient" naar de hoogte van correlaties tussen trekken en gedrag die gewoonlijk werd gevonden. Hoe hoog was die correlatie?

  1. r = 0,20
  2. r = 0,30
  3. r = 0,40
  4. r = 0,50

Vraag 9

Elke keer als Jitske binnenkomt wordt iedereen vrolijk en zoekt iedereen haar op voor een gesprekje. Jitske is zich niet bewust hiervan. Hier is sprake van:

  1. manipulatie (manipulation)
  2. correlatie (correlation)
  3. evocatie (evocation)
  4. opwekking (stimulation)

Open vragen

Vraag 1

Leg in het kort de betekenis uit van de volgende drie concepten of modellen. Laat zien dat je de essentie begrijpt.

a. Wat is ego-depletion (ego-depletie) binnen de theorie van Baumeister?

b. Wat is een circumplex model (circumplex taxomonie) van persoonlijkheid zoals onder andere gepresenteerd door Wiggens, Eysenck en Gray?

Vraag 2

Het begrip genotype-omgeving interactie moet niet verward worden met het begrip genotype-omgeving correlatie. Ga er vanuit dat extraversie een erfelijke basis heeft. Laat nu zien dat je dit begrip begrijpt door genotype-omgeving interactie uit te leggen aan de hand van het persoonlijkheidskenmerk extraversie (maximaal 80 woorden; een figuur toevoegen mag).

Invulvragen

Vraag 1

In de onderstaande tekst worden een aantal belangrijke constructen uit verschillende kennisdomeinen van de persoonlijkheid besproken. Op vijf plaatsen staat een cijfer. Vul onderaan bij het juiste cijfer het woord in dat ontbreekt op die plaats.

Centraal in de persoonlijkheidsleer staat het ontdekken en goed beschrijven van persoonlijkheidskenmerken. Daarbij zijn goede metingen belangrijk. Drie criteria worden gebruikt om te bepalen of een persoonlijkheidskenmerk goed wordt gemeten. Met ...(1)... (vul de vakterm in) wordt ‘de mate waarin een meting het ware en feitelijke niveau van een persoonlijkheidskenmerk weergeeft’ aangeduid. Dit kan bijvoorbeeld worden vastgesteld door herhaald te meten. Belangrijk is ook dat het persoonlijkheidskenmerk wordt vastgesteld bij diverse populaties (oud en jong, mensen uit allerlei culturen en met allerlei opleidingsniveaus). Als het persoonlijkheidskenmerk kan worden vastgesteld in allerlei contexten en bij allerlei personen dan is sprake van een goede ...(2)... *** Historisch liggen de wortels van de hedendaagse psychologie vooral in de psychoanalyse. Freud beschreef persoonlijkheidsontwikkeling in termen van psychoseksuele fasen. Tussen de fallische fase waarin het kind ontdekt dat het wel of geen penis heeft en de genitale fase waarin de puber ontdekt dat hij of zij plezier kan beleven aan de genitaliën, zit een fase waarin het kind zich in relatieve rust kan ontwikkelen. Freud noemde deze fase de ...(3)... *** De hond van Pavlov is het klassieke voorbeeld van klassieke conditionering. Wat voor prikkel is de bel geworden nadat de hond speeksel is gaan afscheiden wanneer hij de bel hoort? Antwoord: ...(4)... *** Emoties zoals negatief affect (met als tegenpool ontspanning) en positief affect (met als tegenpool saai) worden wel ingedeeld op twee dimensies. De ene dimensie is hoe plezierig of onplezierig de emotie is. De andere dimensie is ...(5)....

Antwoordindicatie MC-vragen

1 D

2 A

3 A

4 A

5 D

6 A

7 B

8 B

9 C

Antwoordindicatie Open vragen

Vraag 1a

Zelfcontrole (beheersing van impulsen) leidt tot uitputting; hoe meer energie wordt gebruikt voor een zelfcontrole activiteit, hoe minder energie over is voor andere zelfcontrole activiteiten; psychische energie kan uitgeput raken door zelfcontrole; indien iemand gedurende langere tijd geen koekje mag eten (zelfcontrole), stopt men eerder met een taak die daarna komt en inspanning vereist.

Vraag 1b

Cirkelmodel, waarbij persoonlijkheidskernmerken worden gegroepeerd in een 2-dimensionaal vlak (bijvoorbeeld BIS-BAS, Wiggens, Eysenck Extraversie-Neuroticisme).

Vraag 2

Cruciaal is dat wordt geïllustreerd dat introverten en extraverten anders op een bepaalde omgeving reageren. Bijvoorbeeld: In een omgeving met veel geluid voelen extraverten zich prettiger, tonen ze een andere fysiologische reactie en kunnen ze betere cognitieve prestaties leveren dan introverten, terwijl introverten zich beter voelen en beter presteren in een omgeving met weinig geluid. Misschien gebruikt men het voorbeeld uit het college (tentamen in jaarbeurs vs. educatorium; of het voorbeeld met geluid van Geen). Belangrijk is dat “genotype-omgeving interactie” niet wordt verward met “genotype-omgeving correlatie.

Antwoordindicatie Invulvragen

Vraag 1

  1. Betrouwbaarheid. Reliability. Fout is dus ‘nauwkeurigheid’ en gruwelijk fout is ‘validiteit’ of ‘generaliseerbaarheid’

  2. Generaliseerbaarheid, externe validiteit

  3. Latentiefase (latency)

  4. Een geconditioneerde prikkel, geconditioneerde stimulus, conditioned stimulus.

  5. Activatie, opwinding, arousal, lage en hoge activatie.

Image

Access: 
Public

Image

Join WorldSupporter!
Search a summary

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Bedankt

Heel handig voor het tentamen maandag aanstaande anno 2019 ;)

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Psychology Supporter
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
3229 1