The importance of sleep as a direct and indirect factor in eating behavior - Benjamins - 2016 - Artikel

Inleiding

De wetenschap heeft verschillende belangrijke factoren geïdentificeerd die vormgeven aan eetgedrag, zoals inhibitiecontrole, emoties en intenties. Ook slaapgedrag kan zo’n factor zijn. In dit artikel beargumenteerd men dat slaapgedrag zowel direct als indirect invloed heeft op eetgedrag.

Hoe ziet de directe relatie tussen slaapgedrag en eetgedrag er uit?

Een aantal wetenschappelijke resultaten tonen aan dat er een directe relatie bestaat tussen slaapgedrag en eetpatronen en/of overgewicht. Zo bleek slaapreductie gerelateerd aan een toegenomen voedselinname, obesitas en een ongezonde voedselkeuze. Een mogelijke verklaring daarvoor is dat dit een reflectie is van een adaptieve fysiologische reactie, waarbij meer voedsel geconsumeerd wordt om wakker te kunnen blijven. In een situatie waarbij echter zo veel voedsel beschikbaar is, wordt snel te veel gegeten. Ook zou dan de voorkeur bestaan voor voedsel dat veel energie geeft, maar dat voedsel bevat echter ook vaker meer vet. Deze relatie is zeer interessant, omdat in de laatste decennia men gemiddeld minder is gaan slapen en het percentage mensen met obesitas is toegenomen.

Hoe ziet de indirecte relatie tussen slaapgedrag en eetgedrag er uit?

Slaap heeft invloed op psychologische functies die op hun beurt weer invloed hebben op het eetgedrag. Een aantal voorbeelden: zowel positieve als negatieve emoties kunnen calorie-inname verhogen, het herinneren van recent gegeten maaltijd vermindert de voedselinname, inhibitiecontrole en affectregulatie helpen bij het controleren van impulsen om ongezond te eten. Een ander interessant gevonden resultaat wijst er op dat slecht gereguleerde emoties als gevolg van slaapproblemen kunnen leiden tot volhoudende negatieve emoties, welke op hun beurt weer een direct effect hebben op eetgedrag. Tot slot lijken belangrijke executieve functies minder goed te werken na slaapdeprivatie. Denk daarbij aan functies zoals multitasken, het monitoren van het eigen gedrag, plannen, zelforganisatie en prioriteiten stellen. Deze functies spelen echter een belangrijke rol bij het behouden van een gezond eetpatroon.