Hoorcollege aantekeningen ontwikkelingspsychologie H1+2

Ontwikkelingspsychologie HC H1+2

 

De menselijke ontwikkeling

 

De ontwikkelingspsychologie: houdt zich bezig met het in kaart brengen van de veranderingen die optreden tijdens het ouder worden; en het leren begrijpen hoe die veranderingen zich voltrekken (welke mechanismen die veranderingen sturen)

 

Het proces van de ontwikkeling

-stapsgewijs: stadia of fasen (kwalitatieve verandering)

-geleidelijk: vloeiend (kwantitatieve verandering)

Zijn voor een deel afhankelijk van het perspectief dat je inneemt.

 

De oorzaken van ontwikkeling

-biologisch bepaald (nature)

-omgevingsomstandigheden (nurture)

-complex samenspel tussen nature en nurture

 

Domeinen van ontwikkeling

-fysiek (motoriek, brein…)

-cognitief (denken, taal…)

-psychosociaal (persoonlijkheid, interactie…)

 

Benadering van ontwikkeling

-beschrijven (wat) (deed men eerst, geïnspireerd door Darwin)

-verklaren (waarom)

-voorspellen (waar gaat de ontwikkeling naartoe, op grond van actuele situatie voorspellen naar toekomstige situatie)
-interventie (hoe kunnen we ingrijpen in de ontwikkeling)

 

Algemene ontwikkeling vs individuele verschillen

Van kinderpsychologie naar levenslooppsychologie

 

De levensloop als sociale constructie

 

Invloedenmodel van de ontwikkeling (Baltes et al.)

Normatieve en niet-normatieve invloeden op ontwikkeling

 

Normatief: normatief voor iedereen, iedereen moest eraan voldoen en voldeed eraan.

Normatief leeftijdgebonden

Normatief historisch: de tijd waarin je bent geboren maakt uit, tot welk cohort behoor je

Niet-normatief: volstrekt persoonsgebonden, idiografisch

De samenhang tussen deze factoren zou volgens Baltes bepalend zijn voor hoe de ontwikkeling eruit ziet.

 

Timing van invloeden

Hersenschade op vroegere leeftijd is beter te herstellen dan op latere leeftijd, want kinderen plastischer. Hier speelt timing een belangrijke rol.

-imprinting (Lorenz): onderzoek naar gedrag van ganzen en eenden, de ganzen en eenden zagen hem als hun vader. Dat wat ik als eerste na mijn geboorte zie, noem ik mijn verzorger. Dit imprintingsmechanisme geldt niet voor mensen.

-kritische periode: periode waarin bepaalde gebeurtenis (of de afwezigheid daarvan) zijn ontwikkelingseffect heeft (Genie). Vb: radslag. Kritische periode taal: moet voor 12e levensjaar, na 12e levensjaar heel moeilijk.

-sensitieve periode: periode waarin de gevoeligheid voor bepaalde ervaringen groot/groter is. Op latere leeftijd is het moeilijker om een nieuwe taal te leren. Ander voorbeeld: het accentloos spreken. Leren bespelen van een instrument dat veel motorische vaardigheid vergt, gaat makkelijker op jongere leeftijd.

 

Baltes’ levensloop benadering:

Ontwikkeling:

-levenslang

-multidimensioneel

-multidirectioneel: er is in principe niet één specifieke uitkomst van ontwikkeling, maar meerdere

-verschuiving van relatieve invloed biologie en cultuur

-verandering van bronnen

-plasticiteit: is op vroegere leeftijd groter, op latere leeftijd neemt dit af

-onder invloed van historisch en culturele context: bijv: in sommige culturen tekenen mensen niet, dan kan dit ook niet ontwikkeld worden.

 

Basismodellen van ontwikkeling

-stammen allemaal uit de 20e eeuw. In 19e eeuw begonnen, maar dat was allemaal heel proberend, zoekend. Heel veel theorieën uit de 20e eeuw grepen terug naar de 17e en 18e eeuw.

 

Locke vs Rousseau

Locke: kinderen als kleine volwassenen

Rousseau: in termen van ontwikkelingsfasen, stadia, kinderen verschillen fundamenteel van volwassenen, kinderen hebben een andere visie op de werkelijkheid, kinderen zoveel mogelijk hun ontwikkeling zelf te laten ontvouwen, op een (letterlijk) natuurlijke manier een kind laten ontwikkelen

 

Dit zijn de twee belangrijke grondleggers.

 

Mechanistisch model (Locke)

vs organismisch model: een complex mechanisme dat groeien moet door zijn omgeving (Rousseau)

 

Continue vs discontinue ontwikkeling

Kwantitatieve vs kwalitatieve verandering

 

Locke: alles was aanwezig in kinderen, maar het moest uitbreiden in hoeveelheid, de kwantiteit moet toenemen.

Rousseau: kwalitatief verschil

 

 

Theoretische perspectieven

-Freuds psychoanalyse

-psychoseksuele ontwikkeling:

            -fasen (oraal, anaal, fallisch, latentie, genitaal)

            -fixatie

            -oedipuscomplex

            -onbewuste processen

 

Freud: ontwikkeling wordt helemaal gestuurd door het driftleven in een kind. Vroeg in het leven: onbeperkte driften. Moet laten beperkter/geremd worden. Freud: steeds terug naar de kindertijd. Een typische fasentheorie. Elementen van zowel Locke als Rousseau.

 

Opvolger Freud: Erikson. Toepassen psychosociale ontwikkeling in de levensloop. Historische en sociale context bepaalt hoe ontwikkeling eruit ziet. Op latere leeftijd is er nog wel ontwikkeling mogelijk volgens Erikson.

 

Leertheorie van Pavlov, klassieke conditionering. Mensen zijn ook te conditioneren (Little Albert).

Behaviorisme:

-Watson

-Skinner: shaping, in kleine stapjes, steeds belonen wat je prettig vindt, totdat je het gedrag hebt dat je wilt, dat gedrag blijft bestaan.

Volgens Watson en Skinner: alles is aanwezig, maar je moet het in gang zetten.

 

Sociale leertheorie: Bandura. Ook complexer gedrag komt gemakkelijker van de grond zonder dat het alle stappen van conditionering hoeft te doen. Mens niet een passief wezen, maar er is interactie met de omgeving. Ontwikkeling is bidirectioneel: persoon en wereld beïnvloeden/bepalen elkaar wederzijds.

Leren door imitatie van modellen: baby doll experiment.

Bandura toont aan dat kinderen actief naar de werkelijkheid kijken en dat belangrijke personen in de omgeving van een kind een grote invloed hebben op gedrag. Voorbeeldgedrag.

 

Twee theorieën:

Piaget’s theorie van de cognitie ontwikkeling. Aan de kant van Rousseau.

Information-processing benadering. Aan de kant van Locke.

 

Lev Vygotsky: socioculturele theorie.

Scaffolding: tijdelijke ondersteuning om het kind te helpen een taak te beheersen.

Ontwikkeling vindt altijd in een context plaats.

Zone van de Naaste Ontwikkeling (ZPD): het verschil tussen wat het kind met hulp kan en zonder hulp.

Bijv: puzzel maken, moeder helpt kind.

Net iets boven de ontwikkeling van een kind, net iets moeilijker dan het niveau van het kind.

 

Contextueel perspectief van Bronfenbrenner

 

Evolutionair/sociobiologisch perspectief

Ethologie

Van Lorenz naar Bowlby?

 

Waarom, hoe en met welke theorie is het onderzocht?

 

Onderzoeksmethoden (bijlagen)

Kwalitatief vs kwantitatief (beschrijven vs verklaren)

-self-reports: dagboeken, vragenlijsten, interviews

-naturalistisch vs laboratorium

-gedragsmaten (obv vaardigheden, competenties, maar ook hartslag, breinactiviteit, etc.)

 

 

 

Image

Access: 
Public

Image

Image

 

 

Contributions: posts

Help other WorldSupporters with additions, improvements and tips

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.

Image

Spotlight: topics

Check the related and most recent topics and summaries:
Institutions, jobs and organizations:

Image

Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, notes and practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the summaries home pages for your study or field of study
  2. Use the check and search pages for summaries and study aids by field of study, subject or faculty
  3. Use and follow your (study) organization
    • by using your own student organization as a starting point, and continuing to follow it, easily discover which study materials are relevant to you
    • this option is only available through partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
  5. Use the menu above each page to go to the main theme pages for summaries
    • Theme pages can be found for international studies as well as Dutch studies

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Main summaries home pages:

Main study fields:

Main study fields NL:

Follow the author: Silke Lubbers
Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Statistics
1116