Interpersonal processes in social phobia - Alden & Taylor (2004) - Artikel


Introductie

Een sociale fobie is behalve een angststoornis ook een interpersoonlijke stoornis. Angst verstoort de relaties met anderen. De omgeving kan een sociale fobie in stand houden.

Interpersoonlijk perspectief

Modellen die het interpersoonlijke aspect van psychopathologie benadrukken, stellen dat goede sociale relaties gebonden zijn aan het psychisch welbevinden van een individu en dat slechte sociale relaties bijdragen aan psychopathologie. Disfunctionele interpersoonlijke gedragspatronen zijn het resultaat van een verkeerde interactie tussen een individu en de omgeving. Deze vorm van interactie wordt al vroeg geleerd. Onze relaties met anderen beïnvloeden hoe we ons sociaal gedragen, maar het beïnvloedt ook hoe we over onszelf en anderen denken.

Sociale angststoornis (SAD) en sociale relaties

Mensen met een SAD hebben minder sociale relaties dan anderen. Ze hebben minder vrienden, seksuele relaties en trouwen minder vaak. Dit is het hele leven zo en dus niet afhankelijk van leeftijd. De mensen die wel een partner hebben zijn over het algemeen gelukkigere dan mensen zonder een partner. De mensen met een partner en SAD hebben wel meer relatieproblemen dan mensen met een paniekstoornis. Mensen met een sociale fobie hebben minder emotionele en sociale intimiteit en schrijven een negatieve gebeurtenis toe aan een stabiele factor van hun partner. Ze zijn dus negatief en verwijtend tegenover hun partner. Mensen met sociale angst rapporteren extreem afhankelijk te zijn van anderen. Dit komt, omdat ze maar weinig sociale contacten hebben. Sociaal angstige mensen die erg afhankelijk zijn van anderen en niet assertief zijn hebben de grootste stress. Zelfs als mensen met een sociale angst relaties ontwikkelen zien ze die relaties als minder intiem, functioneel en bevredigend dan mensen zonder sociale angst.

Zelfbestendigde interpersoonlijke cycli

Het wordt verondersteld dat mensen met een sociale fobie negatieve interpersoonlijke cycli tussen zichzelf en anderen ontwikkelen, waarin ze gedragsstrategieën aannemen die negatieve reacties bij de ander opwekken.

Gedragspatronen

Mensen met een sociale fobie hebben een lage sociale handigheid, zijn niet assertief en zijn zichtbaar angstig. Hoe dit zich uit is per persoon verschillend, sommige zijn heel afhankelijk van de ander, emotioneel afstandelijk, of zijn erg boos.

Reacties van anderen

Mensen uit de omgeving zien onbekende mensen met een sociale fobie negatiever dan mensen zonder sociale fobie. Mensen met een sociale fobie worden positiever ingeschat door mensen die ze kennen. Sociaal angstige mensen worden negatief beoordeeld door vrienden, maar zelfs in onbekenden kunnen ze snel irritatie opwekken. Uit een studie van Spence et al (1999) bleek dat schoolkinderen geen negatieve beoordeling van leeftijdsgenootjes kregen, maar ook geen positieve. Partners van mensen met een sociale fobie verbreken vaak de relatie, omdat ze het idee hebben dat de ander niet dezelfde interesses heeft. Dit komt doordat de persoon met een sociale fobie angstig gedrag vertoont, namelijk het niet openlijk praten over jezelf en ongeïnteresseerd overkomen bij de ander.

Samenvatting

Mensen met sociale angst en sociale fobie hebben minder functioneel sociaal gedrag dan mensen zonder deze stoornissen. Er zijn veel verschillen tussen mensen in hun sociaal gedrag. Dit is met name zo bij het voorkomen van boosheid en geweld. Het moet nog worden onderzocht of deze verschillen tussen mensen een effect hebben op het aangaan van nieuwe relaties en op de uitkomst van de behandeling. Zoals men al verwacht bij het hebben van een disfunctionele interpersoonlijk cyclus, hebben mensen met sociale angst en sociale fobieën een negatievere beoordeling van anderen dan mensen zonder deze stoornissen. De negatieve beoordeling van anderen wordt meer bepaald door de afwezigheid van prosociaal gedrag, dan door de aanwezigheid van de zichtbare tekenen van angst. Sociaal angstige mensen maken zich vaker zorgen om hun angstige gedrag dan om de afwezigheid van prosociaal gedrag. Terwijl juist de afwezigheid van prosociaal gedrag zorgt voor een negatieve beoordeling. Het is mogelijk dat de disfunctionele interpersoonlijke cyclus komt door comorbiditeit, in plaats van alleen door sociale fobie.

Problemen met sociale vaardigheden deficit of zelfbeschermende strategie

Mensen met een sociale fobie hebben een gebrek aan hun sociale vaardigheden. Ze hebben geen effectief sociaal gedrag aangeleerd en hun angst is deels een reactie op dat gebrek. Mensen met een sociale fobie gedragen zich echter niet altijd angstig. In bepaalde situaties, bijvoorbeeld als men geëvolueerd of geobserveerd wordt, wordt er meer angstig gedrag vertoond. Een cognitief gedragstherapeut zou disfunctioneel gedrag toeschrijven aan verkeerde cognitieve en emotionele processen die geactiveerd worden door sociale cues. We verwachten dat disfunctioneel sociaal gedrag alleen voorkomt wanneer bepaalde contextuele cues aanwezig zijn. Dus wanneer de sociale condities goed zijn, kunnen mensen met een sociale fobie tot op zekere hoogte ook niet-angstig gedrag vertonen.

Cognitieve verwerking van sociale informatie

Bepaalde sociale cues activeren negatieve gedachten en aannames over jezelf en anderen. Dit leidt tot het selectief verwerken van dreigingsgerelateerde informatie en de verkeerde interpretatie van sociale gebeurtenissen. Dit verhoogd de angst en leidt tot het gebruik van zelfbeschermende gedragingen om negatieve uitkomsten te voorkomen.

Sociaal schema en het zelfbeeld

Sociale angst komt van de activatie van een relationeel schema. Dit schema bevat alle kennis opgedaan in sociale interacties met anderen. Er ontstaat angst als iemand zich ervan bewust wordt dat er een verschil bestaat tussen de representatie van hoe iemand eigenlijk is en de representatie van hoe iemand denkt dat een ander over hem denkt. Angst ontstaat dus door de activatie van relationele informatie. Informatie over anderen is verweven in het geheugen met informatie over het zelfbeeld. Als info over iemand anders wordt geactiveerd, wordt info over jezelf ook meteen geactiveerd. Voor sociaal angstige mensen zorgt de activatie van negatieve sociale informatie voor activatie van negatieve informatie over iemand zelf.

Selectieve aandacht voor sociale cues

Bedreigende informatie kan intern (angst) of extern (cues van buiten) zijn. Mensen met een sociale fobie hebben selectieve aandacht voor negatieve sociale cues. Ze hebben een aandachtsbias naar bedreigende informatie, gevolgd door vermijdingsgedrag.

Interpretatie van sociale cues

Het verkeerd verwerken van bedreigende cues leidt tot verkeerde interpretatie van sociale gebeurtenissen in drie contexten: beoordelingen over jezelf, beoordelingen over de reacties van anderen op jezelf en de interpretatie van het gedrag van anderen.

Met name de beoordelingen over jezelf hebben de meeste negatieve invloed over de interpretatie van sociale gebeurtenissen.

Samenvatting

Activatie van relationele informatie is de grootste trigger voor sociale angst. Baldwin stelt dat de activatie van relationele informatie iemands gevoel van eigenwaarde beïnvloedt. Er is meer bewijs voor het bestaan van een negatieve interpretatie bias in beoordelingen over jezelf en anderen in relatie tot jezelf, dan in beoordelingen over het gedrag van anderen. We weten nu dat sociaal angstige mensen negatieve interpersoonlijke cyclussen tussen zichzelf en anderen ontwikkelen. Deze interpersoonlijke cycli komen door de activatie van negatief sociale schema’s. Deze patronen zijn het resultaat van een sociaal ontwikkelingsproces dat begint in de kindertijd en doorloopt tijdens de adolescentie.

Sociale pathogenese

Er bestaan erfelijke, biologische processen die de kwetsbaarheid van sociale angst vergroten. De aanwezigheid van gedragsinhibitie (BI) vroeg in het leven voorspelt verlegenheid in de kindertijd en adolescentie. BI kan worden beïnvloed door de opvoedingsstijl. Als ouders veel open communicatie gebruiken leidt dit tot minder verlegenheid.

Zelfbestendigde cycli

De associatie tussen BI en verkeerde opvoedingsstijlen leidt tot de vraag of het gedrag van de ouders een oorzakelijke factor is in de ontwikkeling van sociale angsten of dat het een reactie is op het temperament van het kind. Een geïnhibeerd temperament van het kind kan leiden tot minder effectieve opvoedingsstrategieën. Het gedrag van de ouders een significante rol speelt in het volhouden van sociale terughoudendheid.

Geïnhibeerde kinderen met een onzekere hechting hebben grotere autonomische arousal bij het zien van een onbekende dan geïnhibeerde kinderen met een zekere hechting of lage BI kinderen. Onzekere hechting voorspelt sociale inhibitie. Er is een bidirectionele relatie waarin geïnhibeerde en angstige kinderen en hun ouders een cyclische interactie vertonen dat de sociale angst in stand houdt. Gedrag tussen kinderen en hun ouders is interactief: ze beïnvloeden elkaar. Kind beïnvloed de ouder, waarop de ouder het kind weer beïnvloedt.

Variabiliteit in sociale leerervaringen

Er zijn verschillen in de omgevingen waarin mensen opgroeien. Deze verschillen zijn geassocieerd met sociale fobieën, BI en verlegenheid. De verschillen zijn met betrekking tot overbezorgdheid van de ouders, geweld en misbruik van de ouders, en gebrek aan sociaal contact binnen de familie. Hoe bezorgder de ouders zijn, hoe groter de kans dat een kind daarvan een sociale fobie ontwikkelt. Als een kind mishandelt wordt, zowel fysiek als emotioneel, is de kans op een sociale fobie in de adolescentie 2 tot 4 keer zo groot. Het blijkt dat ouders sociale vermijding verergeren in hun kind met angst. Deze drie factoren zijn onafhankelijk van elkaar, dus er zijn verschillende ontwikkelingspaden die leiden tot sociale fobieën.

Sociale angst wordt niet alleen veroorzaakt door interactie met de familie. Interactie met leeftijdsgenoten heeft ook een grote invloed. Er bestaat een bidirectionele relatie tussen sociale angst en beoordeling van leeftijdsgenoten. Angst bemoeilijkt het maken van vriendschappen, maar veroorzaakt geen afwijzing. Afwijzing kan verergert worden door verlegenheid.

Interpersoonlijke processen in de behandeling

Er worden twee belangrijke vragen in dit artikel behandeld. De eerste vraag stelt of de interpersoonlijke verschillen invloed hebben op de behandeling. Dit is inderdaad zo. Interpersoonlijke verschillen hebben invloed op de behandeling. Vooral gedragingen zoals boosheid, irritatie en weerstand hebben een negatieve invloed op de behandeling.

De tweede vraag gaat in op het feit of het gedrag wat gekarakteriseerd wordt door een sociale fobie invloed heeft op de relatie tussen de cliënt en de therapeut. Hier zijn de meningen over verdeeld. Er zijn drie modellen die de relatie tussen patiënt en therapeut uitwerken. In dynamische interpersoonlijke therapie worden patiënt-therapeut relaties gezien als een mogelijkheid voor de patiënt om te ervaren hoe zijn/haar verkeerde verwachtingen en interpretaties van andermans gedrag leidt tot maladaptief gedrag. Een tweede denkrichting stelt dat behandeltechnieken beter werken bij een ondersteunende, empathische therapeut. Een derde denkrichting ziet de therapeutische relatie als een marker voor de behandelingsvoortgang. Als er iets mis is tussen de relatie tussen de patiënt en de therapeut is er blijkbaar een belangrijk aspect van het probleem van de patiënt nog niet behandeld.

Algemene discussie

Sociale angst is geassocieerd met het hebben van minder sociale relaties. De relaties die men aangaat zijn vaak negatiever dan de relaties van mensen zonder een sociale angststoornis. Deze twee kenmerken gaan op tijdens alle levensfasen. Het wordt verondersteld dat de negatieve reacties van anderen de sociale angst in stand houden of verergeren. Mensen ontwikkelen een sociale angst op drie verschillende manieren, namelijk via een geïnhibeerd temperament, interacties tussen ouder en kind, en relaties met leeftijdsgenoten. Als angst eenmaal aanwezig is, wordt het in stand gehouden door een zelfbestendige interpersoonlijke cyclus.

 

Access: 
Public

Image

Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Check how to use summaries on WorldSupporter.org


Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
272