Inleiding Internationaal Publiekrecht - B1 - Rechten - UL Oefententamen 2014


Meerkeuzevragen

Vraag 1

Er bestaat geen hiërarchie tussen de primaire bronnen van het internationaal recht. Klopt deze stelling?

  1. Dat is juist
  2. Dat is onjuist

Vraag 2

'De Amerikaanse justitie vervolgt een Russische hacker voor het besmetten van honderdduizenden computers met kwaadaardige software. (…) In de staat Texas raakte een bedrijf 211.300 dollar kwijt en een ander bedrijf 165.700. In de staat New York werd een indianenstam voor 256.000 dollar gedupeerd en zo waren er nog een aantal instanties. De hacker maakte deel uit vn een bende die vanuit Rusland werkte.

Het vervolgen van de Russische hacker maakte deel uit van het:

  1. Beschermingsbeginsel
  2. Universaliteitsbeginsel
  3. Subjectieve territorialiteitsbeginsel
  4. Passieve nationaliteitsbeginsel

Vraag 3

Op 20 december 2013 meldt het Ministerie van Buitenlandse Zaken dat een bilateraal belastingverdrag tussen Nederland en Malawi door Malawi op 5 juni 2013 is opgezegd. Het verdrag is op 1 januari 2014 buiten werking getreden.

Wel alternatief met betrekking tot beëindiging van verdragen is juist?

  1. Een verdrag kan alleen worden beëindigd als het verdrag daarin voorziet of de verdragspartijen daarmee instemmen.
  2. Na beëindiging zijn Nederland en Malawi verplicht om de ontvangen prestaties ongedaan te maken.
  3. Na beëindiging wordt het belastingverdrag geacht nooit tot stand te zijn gekomen.
  4. Als Nederland het belastingverdrag zou hebben geschonden mag alleen Malawi het verdrag beëindigen.

Vraag 4

Uitspraken van het Mensenrechtencomité zijn formeel bindend.

  1. Dit is juist
  2. Dit is onjuist

Vraag 5

Rusland heeft op 22 november van het jaar 2014 een resolutie voorgelegd aan de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties inzake een verbod op het verheerlijken van het Nazisme en het ontkennen van oorlogsmisdrijven die gepleegd zijn doro Nazi's ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. De VS, Oekraïne en Canada hebben als enige landen tegen de resolutie gestemd.

Welke stelling is juist?

  1. Een resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties over niet-procedurele zaken moet met twee-derde meerderheid van de stemmen worden aangenomen.
  2. Een resolutie van de Algemene Vergadering over niet-belangrijke zaken moet met een gewone meerderheid van stemmen worden aangenomen.
  3. De vraag of een kwestie als procedureel of niet-procedureel kwalificeert, geldt als een procedurele kwestie en is daarmee niet onderworpen aan het recht van veto door de permanente leden van de Algemene Vergadering.
  4. De vraag of een kwestie als belangrijk of niet-belangrijk kwalificeert, geldt als een belangrijke kwestie en daarmee onderworpen aan het recht van veto door de permanente leden van de Algemene Vergadering.

Vraag 6

In mei 2014 meldde de toenmalige Minister van Buitenlandse Zaken (Timmermans) dat hij een onderzoek zou instellen naar de reikwijdte en handhaving van een belastingmaatregel van Eritrea. Deze belastingmaatregel bepaalt namelijk dat Eritreeërs die in Nederland wonen, 2% van hun inkomen aan Eritrea moeten betalen.

Welke bewering klopt?

  1. Eritrea is in beginsel bevoegd om zijn belastingwetgeving buiten Eritrea te handhaven.
  2. Eritrea is onder geen omstandigheid bevoegd om zijn belastingwetgeving buiten Eritrea te handhaven.
  3. Eritrea is in beginsel bevoegd om wetgeving op te stellen die van toepassing is op onderdanen in het buitenland.
  4. Eritrea is onder geen omstandigheid bevoegd wetgeving op te stellen die van toepassing is op onderdanen in het buitenland.

Vraag 7

Welke van de onderstaande stellingen met betrekking tot de toerekening van handelingen van private personen aan een staat is juist?

  1. Voor toerekening is noodzakelijk dat de private personen in kwestie volledig van die staat afhankelijk zijn.
  2. Voor toerekening is noodzakelijk dat de private personen in kwestie kwalificeren als 'de facto' staatsorganen.
  3. Voor toerekening is noodzakelijk dat de private personen in kwestie door die staat worden gefinancierd.
  4. Voor toerekening is noodzakelijk dat de private personen in kwestie onder effectieve controle van die staat staan.

Vraag 8

De plicht om het milieu te beschermen kwalificeert als een norm van jus cogens.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 9

Welke stelling met betrekking tot diplomatieke geschillenbeslechting is juist?

  1. Bij onderhandelingen doet een derde partij voorstellen tot een oplossing van het geschil.
  2. Bemiddeling is de vorm van diplomatieke geschillenbeslechting waar de rol van een derde partij het kleinst is.
  3. Feitenonderzoek kan ook plaatsvinden als één van de betrokken staten daar niet mee instemt.
  4. Bij goede diensten speelt de derde partij een rol bij de inhoud van de oplossing.

Vraag 10

Op 14 maart 2014 heeft de Amerikaanse Senaat ingestemd met de benoeming van Timothy Broas als ambassadeur van de Verenigde Staten in Nederland. Broas heeft zich in het verleden kritisch uitgelaten over politici in Nederland die verdere immigratie willen voorkomen.

Voor het aanstellen van Broas als ambassadeur van de Verenigde Staten in Nederland geldt dat Nederland op voorhand met deze benoeming moet instemmen.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 11

Het teruggeven van gestolen kunstobjecten na een gewapend conflict kwalificeert als genoegdoening, wat een vorm is van rechtsherstel.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 12

Welke van de onderstaande stellingen is onjuist?

  1. De positie van het individu als subject onder internationaal recht en als drager van mensenrechten is niet afhankelijk van de erkenning daarvan door de staat waarvan de persoon onderdaan is.
  2. Samenwerking bij het bevorderen en stimuleren van eerbied voor de rechten van de mens en fundamentele vrijheden voor alles is één van de doelstellingen van de Verenigde Naties.
  3. De eerste generatie mensenrechten bestaat over het algemeen uit eenieder verbindende bepalingen van internationaal recht waar individuen binnen de Nederlandse rechtsorde direct een beroep op kunnen doen.
  4. Bij een conflict tussen een verplichting van een staat op grond van een mensenrechtenverdrag en een verplichting van een staat op grond van het VN Handvest gaat de verplichting op grond van het mensenrechtenverdrag voor.

Vraag 13

Voor het vaststellen van de aansprakelijkheid van een staat onder internationaal publiekrecht is de rechtsbron waar de geschonden internationale verplichting uit voortvloeide niet van belang.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 14

Vernietigbaarheid van een verdrag geldt van rechtswege en hoeft niet te worden ingeroepen door een staat.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 15

In de North Sea Continental Shelf cases beoordeelde het Internationaal Gerechtshof in hoeverre de equidistantieregel, die was opgenomen in artikel 6 van de Geneva Continental Shelf Convention, zich ontwikkeld had tot een regel van Internationaal gewoonterecht.

Welk alternatief met betrekking tot de North Sea Continental Shelf cases juist?

  1. De praktijk van staten die de equidistantieregel hebben toegepast na inwerkingtreding van artikel 6 van de Geneva Continental Shelf Convention en die geen partij waren bij dit verdrag was relevant omdat deze was gebaseerd op een opinio iuris.
  2. De praktijk van staten op het gebied van internationaal ceremoniën is bijna zonder uitzonder gebaseerd op een internationale rechtsovertuiging.
  3. Voor het ontstaan van een regel van het gewoonterecht is het noodzakelijk dat een lange periode van regelmatige statenpraktijk verstrijkt.
  4. Artikel 6 van de Geneva Continental Shelf Convention kwalificeert niet als een norm met een fundamenteel norm creërend karakter.

Vraag 16

In het NRC Handelsblad op 1 juni 2010 schreef de strafrechtadvocaat Willem Jebbink:

'Bouterse kan wel gaan en staan waar wij wil.

(…) Volgens advocaat en voormalig Suriname-adviseur G. Spong kan Desi Bouterse niet onbekommerd naar het buitenland reizen nadat hij tot president is gekozen (Opiniepagina, 28 mei). Bouterse zou het risico lopen te worden gearresteerd als gevolg van een door Nederland uitgevaardigd internationaal arrestatiebevel, omdat hij een hier opgelegde gevangenisstraf van 11 jaar wegens drugshandel nog niet heeft uitgezeten.

Spong ziet echter over het hoofd dat zittende staatshoofden _____ genieten. (…) Om die reden zijn buitenlandse staatshoofden en regeringsleiders in ons land strafrechtelijk onschendbaar.

De basis van die onschendbaarheid is ______ .'

Welke woorden ontbreken in deze tekst?

  1. Diplomatieke immuniteit; het verdragenrecht.
  2. Functionele immuniteit; zijn ambt.
  3. Volledige immuniteit; de staatssoevereiniteit.
  4. Strafrechtelijke immuniteit; de Grondwet.

Vraag 17

In oktober 2010 werd Haïti getroffen door een cholera-epidemie die aan ongeveer 8.500 mensen het leven heeft gekost.

Men vermoedt dat de epidemie is veroorzaakt door nalatigheid van Nepalese VN-militairen, De onzorgvuldige verwerking van het afval en rioolwater van hun legerbasis heeft waarschijnlijk geleid tot de besmetting van een van de centrale rivieren van Haïti, waarvan veel Haïtianen afhankelijk zijn voor hun drinkwater. De Nepalezen maakten deel uit van een VN-vredesoperatie die sinds 2004 in Haïti aanwezig is en die onder commando van de Verenigde Naties (VN) staat.

Een groep Haïtiaanse slachtoffers van de cholera-epidemie heeft om die reden een procedure tegen de VN aanhangig gemaakt voor de rechtbank in New York. In New York is het hoofdkwartier van de VN gevestigd. Volgens de VN is de Amerikaanse rechter echter niet bevoegd om over dit geschil te oordelen.

Volgens de advocaat van de slachtoffers is de Amerikaanse rechter wel degelijk bevoegd om over dit geschil te oordelen, aangezien zij hun vordering tegen de Verenigde Naties niet aan een andere rechter voor kunnen leggen en iedereen het recht heeft op toegang tot een rechter.

Hoe beoordeelt u deze stelling van de advocaat van de slachtoffers, gelet op het Morthers of Srebrenica-arrest van de Hoge Raad?

  1. De stelling is juist. Het recht van de slachtoffers op toegang tot de rechter heeft voorrang boven de immuniteit van de VN in geval van ernstige mensenrechtenschendingen.
  2. De stelling is juist. De VN geniet alleen immuniteit ten overstaan van een nationale rechter als er sprake is van een alternatieve rechtsgang voor de slachtoffers.
  3. De stelling is onjuist. De immuniteit van de VN heeft voorrang boven het recht van de slachtoffers op toegang tot de rechter.
  4. De stelling is onjuist. Het recht op toegang tot de rechter kan in uitzonderlijke gevallen voorrang hebben op de immuniteit van de VN, maar dat geldt alleen in gevallen van betrokkenheid bij genocide.

Vraag 18

Stel: de slachtoffers kiezen ervoor om een procedure te beginnen tegen Nepal voor de rechtbank van Kathmandu, de hoofdstad van Nepal. Tijdens de procedure wordt duidelijk dat het Nepalese Ministerie van Buitenlandse zaken en het Nepalese Ministerie van Defensie opdracht hebben gegeven om het afval en rioolwater van het Nepalese VN-bataljon te lozen in één van de centrale rivieren van Haïti. De VN was niet betrokken bij dit besluit.

Kan de nalatigheid van het Nepalese VN-bataljon in het licht van het internationaal aansprakelijkheidsrecht van het Nuhanovic-arrest van de Hoge Raad aan Nepal worden toegerekend.

  1. Ja, Nepal had immers effectieve controle over het handelen van het Nepalese bataljon.
  2. Ja, het handelen van het Nepalese VN-bataljon moest immers onder alle omstandigheden aan Nepal worden toegerekend.
  3. Nee, het handelen van het Nepalese VN-bataljon moet immers onder alle omstandigheden aan de VN worden toegerekend.
  4. Nee, de VN had immers effectieve controle over het handelen van het Nepalese VN-bataljon.

Vraag 19

In 2009 deed het Internationaal Gerechtshof uitspraak in een geschil tussen Nacaragua en Costa Rica over de uitleg van een grensverdrag, in het bijzonder ten aanzien van de scheepvaart op de San Juan rivier. Partijen verschilden onder meer van mening over de vraag of de zinsnede 'con objetos de comerio' (ten behoeve van de handel) in dit verdrag alleen betrekking had op goederen, of ook op toeristen.

Welk alternatief ten aanzien van verdragsinterpretatie is onjuist?

  1. De betekenis van deze zinsnede moet worden vastgesteld overeenkomstig de gewone betekenis van de gebruikte termen.
  2. De betekenis van deze zinsnede moet worden vastgesteld overeenkomstig doel en strekking van het verdrag.
  3. De betekenis van deze zinsnede moet worden vastgesteld in zijn context waarbij de context ook de overeenstemming omvat die de verdragspartijen bij het sluiten van het verdrag hebben bereikt.
  4. De betekenis van deze sindsnede moet allereerst worden vastgesteld aan de hand van voorbereidende werkzaamheden (travaux préparatoires).

Vraag 20

In oktober 2006 nam de Tweede Kamer een motie aan waarin de Tweede Kamer de regering opriep een onafhankelijke commissie in te stellen om onderzoek te doen naar het systeem van doorwerking van internationale regels in de nationale rechtsorde. Dit verzoek werd gedaan vanwege de door de Tweede Kamer uitgesproken zorg dat dit systeem van doorwerking vergaande beperkingen oplegt aan de beleidsvrijheid van de Nederlandse wetgever.

In haar antwoord op de motie stelde de toenmalige Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onder meer het volgende:

'De [staat] is hoe dan ook gebonden aan [zijn] verdragsverplichtingen, ongeacht het systeem van doorwerking van het internationale (…) recht.'

Hoe beoordeel jij deze stelling van de Minister?

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 21

In Oekraïne strijden separatisten al maanden voor zelfbeschikking. Welk alternatief is onjuist?

  1. Het recht op zelfbeschikking leidt niet per definitie tot een recht op afscheiding.
  2. Het recht op zelfbeschikking heeft ertoe geleid dat in toenemende mate eisen aan de representativiteit van het centrale bestuur worden gesteld.
  3. Het intern zelfbeschikkingsrecht speelt in beginsel alleen een rol als het gaat om voormalige koloniën en volken onder vreemde overheersing.
  4. Het intern zelfbeschikkingsrecht houdt met name in dat volken recht hebben op eigen cultuur en op deelname aan politieke besluitvorming

Vraag 22

Welk alternatief met betrekking tot het Reparation for Injuries-advies van het Internationaal Gerechtshof is juist?

  1. Het Internationaal Gerechtshof leidde de rechtspersoonlijkheid van de Verenigde Naties af uit de bedoelingen van de oprichters van de Verenigde Naties.
  2. Het Internationaal Gerechtshof gaf dit advies op verzoek van de VN Veiligheidsraad.
  3. De Verenigde Naties was volgens het Internationaal Gerechtshof te vergelijken met een super-state.
  4. De bevoegdheid van de Verenigde Naties om een staat aansprakelijk te stellen was volgens het Hof een expliciete bevoegdheid die noodzakelijk was om zijn functie uit te kunnen oefenen.

Vraag 23

Op 2 april 2014 plaatste NRC Handelsblad een stuk over duurzame visvangst in de Maldiven. Voor de Maldivianen is het vanzelfsprekend om in evenwicht met de natuur te vissen. Om het koraalrif te beschermen is het verboden om in de kustwateren van de Maldiven met nette te vissen.

Welk alternatief ten aanzien van de Exclusieve Economische Zone is juist?

  1. De EEZ dienst door de staten te worden afgekondigd en heeft de breedte van maximaal 350 zeemijl.
  2. De breedte van de EEZ wordt gemeten vanaf het begint van de Aansluitende Zone.
  3. De Maldiven heeft het recht om regels op te stellen die tot doel hebben om de tonijn binnen de EEZ tegen overbevissing te beschermen.
  4. De Maldiven kan zijn rechten ten aanzien van de visserij op tonijn in de EEZ niet handhaven, omdat handhaving niet is toegestaan ten aanzien van levende natuurlijke hulpbronnen.

Vraag 24

Op 26 november 2014 stelde Turkije dat 'de Turkse gemeenschap in Nederland wordt gediscrimineerd, dat ze het mikpunt wordt van xenofobe, islamofobe en racistische verwijten, opmerkingen en aanvallen.' Volgens Turkije was dit onaanvaardbaar. Volgens sommigen handelde Turkije hiermee in strijd met het beginsel van non-interventie. Beoordeel de volgende stelling.

Het beginsel van de non-interventie verbiedt alleen inmenging in de interne aangelegenheden van een andere staat als er sprake is van dwang.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 25

Duitsland geniet immuniteit voor de rechtbank in Berlijn inzake een geschil betreffende acta iure imperii.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 26

Artikel 7 lid 1 sub a van het Internationaal Verdrag inzake de Uitbanning van Alle Vormen van Discriminatie van Vrouwen (VN Vrouwenverdrag) bepaalt:

'States Parties (…) [ recognize the right of women]:

(a) To vote in all elections and public referenda and to be eligible for election to all publicly elected bodies;'

Stel: in een rechtelijke procedure in Nederland beroept één van de partijen zich op deze bepaling. De procedure wordt tot in hoogste instantie gevoerd. Als Advocaat-Generaal dient u de Hoge Raad te adviseren over de vraag of deze bepaling directe werking heeft in de Nederlandse rechtsorde.

Hoe luidt uw advies?

  1. De bepaling heeft directe werking op grond van artikel 93 Gw, omdat deze een duidelijke opdracht geeft aan de wetgever.
  2. De bepaling heeft geen directe werking op grond van artikel 93 Gw, omdat deze niet is omgezet naar Nederlands recht.
  3. De bepaling heeft directe werking op grond van artikel 93 Gw, omdat deze zonder meer als objectief recht kan functioneren in de nationale rechtsorde.
  4. De bepaling heeft geen directe werking op grond van artikel 93 Gw, omdat deze slechts een verplichting oplegt aan de wetgever tot het treffen van een nationale regeling met een bepaalde inhoud van strekking.

Vraag 27

Volgens het Internationaal Gerechtshof is een voorbehoud bij de compromissoire clausule in het Genocideverdrag niet in strijd met doel en strekking van het verdrag.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 28

Welke stelling met betrekking tot de totstandkoming van verdragen is onjuist?

  1. Een staat wordt pas partij bij een verdrag als hij zijn instemming om gebonden te worden heeft gegeven.
  2. Een persoon wordt geacht een verdrag te kunnen sluiten indien hij een volmacht kan overleggen waaruit zijn bevoegdheid blijkt.
  3. Staatshoofden, regeringsleiders en Minister van Buitenlandse Zaken worden te allen tijde geacht hun staat te vertegenwoordigen.
  4. Hoofden van diplomatieke missies worden zonder volmacht nooit geacht hun staat te vertegenwoordigen.

Vraag 29

In 2010 hebben 190 landen het Biodiversiteitsverdrag up-to-date gebracht. Dit verdrag voorziet in de bescherming van de diversiteit aan planten- en siersoorten op deze aarde. Het Wereldnatuurfonds heeft kritiek geuit op dit verdrag, omdat het verdrag geen sanctiemogelijkheden bevat.

Welk alternatief is juist?

  1. Gelaedeerde staten kunnen niet hun toevlucht tot retorsies nemen, omdat het biodiversiteitsverdrag daarover niets geregeld heeft.
  2. Gelaedeerde staten kunnen in beginsel hun toevlucht nemen tot represailles, mits de represaille evenredig is aan de aard van de geleden schade.
  3. Niet-gelaedeerde staten kunnen altijd hun toevlucht nemen tot represailles, niet niet tot retorsies.
  4. Niet-gelaedeerde staten kunnen alleen hun toevlucht nemen tot retorsies als er sprake is van erga omnes verplichtingen.

Vraag 30

Artikel 286 van het VN Zeerechtverdrag bepaalt: '[A]ny dispute concerning the interpretation or application of this Convention shall, where no settlement has been reached by recourse to section 1, be submitted at the request of any party to the dispute to the court or tribunal having jurisdiction under this section.'

Dit is een voorbeeld van:

  1. Een compromis
  2. Forum prorogatum
  3. Een facultatieve verklaring
  4. Een compromissoire clausule

Vraag 31

In december 2013 berichtte een grote krant in Nederland: 'Bij een diplomatieke rel tussen India en de Verenigde Staten zijn bulldozers ingezet. Nadat een Indiase diplomaat in Washington is gearresteerd wegens mogelijk gesjoemel met visa, zijn de barricades die normaal gesproken om de Amerikaanse ambassade in Delhi staan, weggehaald.'

Welk alternatief ten aanzien van het diplomatieke recht is onjuist?

  1. India is onder een verplichting die gebouwen van de Amerikaanse ambassade te beschermen.
  2. De Indiase diplomaat is vanwege haar functie niet onderworpen aan de Amerikaanse wet.
  3. De arrestatie van de Indiase diplomaat door de Amerikaanse overheid is in beginsel onrechtmatig.
  4. De Indiase diplomaat geniet volledige immuniteit, die ook geldt voor private gedragingen.

Vraag 32

Eeuwenlang waren staten de enige rechtssubjecten. Tegenwoordig zijn ook andere actoren, zoals internationale organisaties, dragers van rechten en plichten onder internationaal recht.

Deze ontwikkeling noemen we de horizontale uitbreiding van rechtssubjecten.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 33

Bij rechtspraak als vorm van juridische geschillenbeslechting tussen staten hebben de partijen in het geschil een verregaande mate van controle over de samenstelling van het tribunaal of hof en de te volgen procedure.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 34

In november 2014 publiceerde NOS.nl:

'De [Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (VN)] wil dat het Internationaal Strafhof in Den Haag onderzoek gaat doen naar misdaden tegen de menselijkheid door Noord-Korea. (…) Aanleiding door de resolutie is een vernietigend VN-rapport dat eerder dit jaar verscheen. Daarin schrijft een speciale onderzoekscommissie dat de bevolking van Noord-Korea aan 'afschuwelijke wreedheden' wordt onderworpen. Martelingen en politieke onderdrukking horen bij het dagelijkse leven. Ook maakt het regime stelselmatig schuldig aan executies, uithongering, dwangarbeid, verkrachting, gedwongen abortussen en kindermoord.'

Op welke manier kan de situatie in Noord-Korea tot een strafrechtelijk onderzoek van de Openbaar Aanklager van het Internationaal Strafhof (ISH) leiden, als men er van uitgaat dat

  1. Mogelijke misdrijven enkel in Noord-Korea en door Noord-Koreanen werden gepleegd en

  2. Noord-Korea geen partij is bij het Statuut van Rome.

    1. Een Verdragspartij bij het Statuut van Rome verwijst de situatie naar de Openbare Aanklager van het ISH.
    2. De Openbare Aanklager van het ISH besluit om zelfstandig een onderzoek in te stellen.
    3. De VN Mensenrechtenraad verwijst de situatie naar de Openbaar Aanklager van het ISH via resolutie aangenomen op basis van unanimiteit.
    4. De VN Veiligheidsraad verwijst de situatie naar de Openbaar Aanklager van het ISH via een resolutie aangenomen op grond van Hoofdstuk VII van het VN-Handvest.

Vraag 35

Artikel 2 lid 1 sub b van de Wet Internationale Misdrijven is een manifestatie van het universaliteitsbeginsel met een territoriaal aanknopingspunt.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 36

In oktober 2014 berichtte NOS.nl:

'De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Kerry vraagt het bestuur van Hongkong terughoudend te reageren op de massabetogingen in de stad. Hij deed zijn beroep voor een ontmoeting met zijn Chinese ambtgenoot Wang Yi in Washington. Wang reageerde met de opmerking dat niemand zich moet bemoeien met de binnenlandse aangelegenheid van China. (…) Tot dusver had de Chinese regering gezwegen over de betogingen voor meer democratie in Hongkong. Hoewel Hongkong een aparte positie inneemt binnen de volksrepubliek China, bepaald Peking in hoge mate wie er in de stad aan de touwtjes trekt.'

Op welk basisbeginsel uit het internationaal publiekrecht beroept de Chinese regering zich tegenover de Verenigde Staten?

  1. Immuniteit
  2. Territoriale integriteit
  3. Instemming

Vraag 37

De Algemene Vergadering is bevoegd aanbevelingen te doen over kwesties die de vrede en veiligheid betreffen.

  1. Juist
  2. Onjuist

Vraag 38

Het NRC Handelsblad berichtte in augustus 2014:

'Het Amerikaanse leger voert sinds een aantal dagen luchtaanvallen uit in het noorden van Irak, waar de strijkers van de IS aan een opmars bezig zijn en een bevolkingsgroep, de Yezidi's, met afslachting wordt bedreigd. (…) Een land mag nooit zomaar op andermans grondgebied bombarderen. Maar er zijn uitzonderingen. (…) De Iraakse regering-Maliki zou de VS enkele maanden geleden, toen de IS haar opmars maakte, om luchtsteun hebben gevraagd, zei de Amerikaanse president Obama donderdagnacht toen hij de aanvallen aankondigde. Als dat waar is, zeggen deskundigen, zijn de Amerikaanse luchtaanvallen van de afgelopen dagen rechtmatig.'

Van welk rechtvaardigingsgrond maakt de Verenigde Staten hier gebruik van de bombardementen op Iraaks grondgebied te rechtvaardigen?

  1. Noodzakelijkheid
  2. Overmacht
  3. Instemming
  4. Zelfverdediging

Vraag 39

Kees Homan is als senior onderzoek verbonden aan Instituut Clingendael. In december 2014 werd hij geportretteerd in het laatste nummer van NOVUM, het blad van de juridische faculteitsvereniging. Hij schreef over de Republiek Mali in 2013:

'De Republiek Mali werd tot voor kort beschouwd als een rolmodel voor democratie van West-Afrika. Het land was dan ook de lieveling van westerse donoren. Daar kwam verandering in toen Toearegs in het voorjaar van 2012 vanuit Libië terugkeerden en met andere groeperingen in Noord-Mali in opstand kwamen en onafhankelijkheid c.q. Autonomie eisten voor deze regio.'

Stel dat de Toearegs met de regering overeenkomen om in Noord-Mali de onafhankelijke republiek Azawad vestigen en in het zuiden de Islamitische Republiek Bamako. Mali houdt dan als zelfstandige staat op te bestaan.

Hoe kwalificeert u deze vorm van staatsvorming?

  1. Splitsing
  2. Absorptie
  3. Fusie
  4. Afscheiding

Vraag 40

Volgens Professor van den Herik zijn de resoluties van de VN Veiligheidsraad die zijn aangenomen op grond van Hoofdstuk VII van het VN Handvest per definitie bindend voor de leden van de VN.

  1. Juist
  2. Onjuist

Antwoordindicatie

  1. A
  2. D
  3. D
  4. B
  5. B
  6. C
  7. D
  8. B
  9. C
  10. A
  11. B
  12. D
  13. A
  14. B
  15. D
  16. C
  17. C
  18. A
  19. D
  20. A
  21. C
  22. A
  23. C
  24. A
  25. B
  26. C
  27. A
  28. D
  29. B
  30. D
  31. B
  32. B
  33. B
  34. D
  35. B
  36. D
  37. A
  38. C
  39. A
  40. B
Page access
Public
How to use and find summaries?


Online access to all summaries, study notes en practice exams

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Starting Pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Follow authors or (study) organizations: by following individual users, authors and your study organizations you are likely to discover more relevant study materials.
  3. Search tool: quick & dirty - not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject. The search tool is available at the bottom of most pages or on the Search & Find page
  4. Tags & Taxonomy: gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study (main tags and taxonomy terms)

Field of study

Quick links to WorldSupporter content for universities in the Netherlands

Join World Supporter
Join World Supporter
Follow the author: Law Supporter
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Promotions
special isis de wereld in

Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering