Burgerlijk Recht 1 - RUG - Oefententamen 2017/2018 (1)


Vragen

Vraag 1

Boer Frodo en boer Sam zijn goed bevriend. Frodo is van plan om zijn goed lopende boerderij ingrijpend te laten verbouwen. De stal gaat plat, de mestsilo moet worden vervangen en de weilanden moeten worden gedraineerd. Sam heeft ruimte over op zijn erf en in zijn stallen. Ze spreken af dat gedurende de verbouwing, die minstens een jaar zal duren, de schapen (300 stuks) en de melkrobot van Frodo op het bedrijf van Sam een plek krijgen. Omdat Sam een kleinere veestapel heeft (100 stuks) is zijn mestsilo niet groot genoeg. Frodo besluit daarom om op zijn eigen kosten een nieuwe betonnen mestsilo op het erf van Sam te laten bouwen. De bedoeling is dat Frodo later een deel van zijn mest opslaat in deze mestsilo.

De mestsilo wordt gebouwd en in gebruik genomen, de schapen van Frodo komen in de stal van Sam. Sam gebruikt de melkrobot van Frodo ook voor zijn eigen schapen. De melk van alle 400 schapen, die in gelijke mate productief zijn, komt in de melkopslagtank van Sam. Helaas gaat Sam failliet voordat de verbouwing bij Frodo voltooid is. De curator inventariseert de waarde van de faillissementsboedel van Sam.

Is Frodo separatist met betrekking tot de melkrobot, de mestsilo, de schapen en 3⁄4 van de in de in de melkopslagtank aanwezige hoeveelheid melk? (9 punten)

Vraag 2a

Penny wil milieubewuster gaan leven en besluit voortaan op de step naar haar werk te gaan, in plaats van met de brommer. Omdat haar eigen step van ellende uit elkaar valt, besluit ze een nieuwe step te kopen. Na enig zoeken vindt ze op Marktplaats een geschikte step, die door Leonerd wordt aangeboden voor € 299, hetgeen voor een dergelijke step een gebruikelijke prijs is. Ze treedt in contact met Leonerd en spreekt af dat ze de step bij Leonerd thuis komt ophalen. Leonerd merkt op dat hij de step op 1 maart 2016 heeft gekregen van zijn ex. Er zit volgens hem nog een jaar fabrieksgarantie op de step. Hij geeft Penny de daarvoor benodigde garantiebewijzen mee. Op 1 maart 2018 wordt Penny op weg naar haar werk staande gehouden en wordt aan de hand van het framenummer vastgesteld dat de step op 1 februari 2016 uit een steppenwinkel is gestolen. De diefstal blijkt te zijn gepleegd door de ex van Leonerd.

Kan Sheldon, de exploitant van de steppenwinkel, de step opeisen van Penny? U kunt er bij uw antwoord van uitgaan dat de step ten tijde van de aankoop door Penny niet door middel van het framenummer als gestolen was opgegeven. (6 punten)

Vraag 2b

Vervolg: Stel dat Penny geen eigenaar is geworden. In de twee jaren waarin Penny gebruik heeft gemaakt van de step, heeft zij de nodige aanpassingen verricht aan de step. Zij heeft de banden vervangen, nieuwe verlichting laten aanbrengen en deze opnieuw laten verven.. Kan Penny van Sheldon verlangen dat hij de kosten vergoedt die Penny heeft gemaakt? (6 punten)

Vraag 3

Lindsey heeft een tandartspraktijk. Zij leent geld aan haar vriendin Judith die haar baan heeft verloren en krap bij kas is. Lindsey spreekt af dat zij het geld na zes maanden terug moet krijgen, omdat zij dan een nieuwe stoel voor de tandartspraktijk moet kopen, want de oude is bijna versleten. Tegen deze uitdrukkelijke afspraak in, betaalt Judith haar niet op tijd terug, maar pas twee maanden later. Daardoor komt Lindsey ernstig in de problemen en zij moet de tandarts gedurende die twee maanden sluiten. De winst die Lindsey daardoor misloopt, is € 5.000.

Is Judith aansprakelijk voor de geleden schade van € 5.000? (7 punten)

Vraag 4a

Meghan en Harry zijn (in gemeenschap van goederen) gehuwd, maar liggen in scheiding. Samen hebben ze een verzoek tot echtscheiding bij de rechtbank ingediend. Ze wonen al een tijd niet meer samen. Meghan is in de echtelijke woning gebleven, die aan hen beiden toebehoort. Harry heeft een appartement betrokken. Zes maanden na het indienen van dit verzoek komt Harry te overlijden. De echtscheiding is dan nog niet uitgesproken. Meghan en Harry hebben een minderjarige dochter, Elizabeth (2 jaar).

Stel: Harry heeft geen testament gemaakt. Meghan vraagt u om advies over de erfrechtelijke gevolgen van het overlijden van Harry. Wie maakt waarop aanspraak? Geef hierover uitleg. (3 punten)

Vraag 4b

Stel: Harry heeft een testament gemaakt, waarin hij zijn dochter Elizabeth tot zijn enige erfgename heeft benoemd. De nalatenschap bestaat uit het aandeel van Harry in de woning en inboedel. Daarnaast had hij een banktegoed. In hoeverre heeft Meghan nog erfrechtelijke aanspraken? Geef uitleg. (2 punten)

Vraag 5

Andy en Kiki zijn op 1 juni 2007 zonder het maken van huwelijksvoorwaarden gehuwd. Zij besluiten te gaan scheiden. Kiki heeft hiertoe een verzoek ingediend bij de griffie van de rechtbank. De rechter heeft zich echter nog niet over scheiding uitgesproken. Dan overlijdt de tante van Kiki. Kiki erft een dure vaasl. Aan de erfrechtelijke verkrijging is geen uitsluitingsclausule verbonden. Andy wil dat de vaas in de verdeling van de huwelijksgemeenschap wordt betrokken. De echtscheiding is immers nog geen feit.

Heeft hij recht van spreken? (5 punten)

Vraag 6

Henry is hobbyist hondenfokker. Max komt op 12 februari bij Henry langs en is zeer onder de indruk van de hond genaamd Stefan. Max weet Henry ertoe te bewegen om de hond aan hem te verkopen voor een redelijke prijs. Afgesproken wordt dat Max de helft van de koopsom alvast zal betalen uiterlijk op 25 februari en dat Henry de hond bij Max komt afleveren op 10 maart. Op 15 februari volgt echter een uitbraak van een virus dat zeer besmettelijk is voor honden. Als gevolg daarvan wordt in de hele regio een verbod van kracht op het vervoeren van honden. Max vreest dat hij voorlopig Stafan niet geleverd zal krijgen en daarom weigert hij op 25 februari te betalen. Henry meent evenwel dat Max zich aan de overeenkomst moet houden en eist betaling. Henry zegt tegen Max dat hij verwacht dat het verbod voor 10 maart al lang weer opgeheven zal zijn.

Is Max verplicht om op 15 februari de helft van de koopprijs te betalen? (7 punten)

Vraag 7a

Kahlan geniet van een avondje darten in de kroeg. Als zij thuiskomt, ziet ze tot haar schrik dat de brandweer bezig is haar huis te blussen. Haar huis blijkt in brand te zijn gestoken door de 26-jarige Richard. Richard heeft een ziekelijke fascinatie voor vuur en kan het niet laten om brand te stichten. Langdurige psychiatrische behandelingen hebben tot nu toe nog niet geholpen. Kahlan ziet dat er vrijwel niets meer over is van haar huis en haar inboedel. Zij wordt liefdevol opgevangen door haar buurvrouw Nicci. Nicci biedt Kahlan onderdak en maaltijden. Tevens schaft zij wat kleding en toiletspullen voor Kahlan aan, omdat Kahlan daar vanwege haar drukke baan niet aan toekomt.

Kan Nicci de kosten van de kleding en toiletspullen van Richard vorderen? Zo ja, op grond van welk(e) wetsartikel(en)? Zo nee, waarom niet? (5 punten)

Vraag 7b

De woning van Kahlan was een monumentale woning dicht bij haar werk. Kahlan genoot van alle originele details. Zij zal nooit een soortgelijke woning kunnen vinden in de buurt van haar werk. Heeft zij recht op vergoeding van haar immateriële schade? (4 punten)

Vraag 8

Mollie is finalist in het televisieprogramma Miljoenenjacht. Het spel gaat zo dat de finalist uit 26 koffers één koffer mag uitzoeken. In de 26 koffers zitten bedragen oplopend van € 0,01 tot € 5.000.000. De door de finalist uitgezochte koffer blijft dicht. Het bedrag dat de finalist in zijn koffer heeft zitten, is het bedrag dat hij kan winnen. Hij mag er echter ook voor kiezen zijn koffer te verkopen aan de bank. In iedere spelronde moet de finalist een aantal koffers openen. De bank doet daarna steeds een bod op de koffer die door de finalist is gekozen. De bank brengt op een gegeven moment een bod uit van € 125.000 voor de koffer die Mollie heeft gekozen. De kandidaat kan het bod van de bank aanvaarden door een harde klap te geven op een rode knop. Mollie moet in een kort moment beslissen of zij het bod accepteert. Zij twijfelt. Ze mompelt dat ze het bod van de bank niet accepteert, maar geeft toch in een fractie van een seconde een harde klap op de rode knop. Direct daarna zegt ze dat ze door de zenuwen deze handeling per ongeluk heeft verricht en dat ze helemaal niet de bedoeling had om het bod van de bank te accepteren. De exploitanten van het spel zijn van mening dat Mollie haar koffertje voor € 125.000 verkocht heeft aan de bank. Mollie is van mening dat dat niet het geval is. Later blijkt dat er € 5.000.000 zat in de koffer die Mollie had gekozen.

Met welk(e) wetsartikel(en) kunnen partijen hun standpunten over en weer onderbouwen? Motiveer uw antwoord. (7 punten)

Vraag 9

Inge heeft een bijzondere voorliefde voor de Engelse literatuur en wil graag haar collectie van J. Austin uitbreiden. Evelien heeft ‘Trots en Vooroordeel’ al enige tijd in de kast staan en is bereid het boek aan Inge uit te lenen. Inge heeft er een handje van geleende boeken niet tijdig terug te geven, maar dit keer is ze al bij de overhandiging van het boek niet van plan het ooit aan Evelien te retourneren. Inge vertelt Evelien uiteraard niet over haar snode plannetje, maar zij deelt dit voorval wel met een vriendin van haar. Nadat 22 jaren zijn verstreken, schept Inge op haar verjaardagsfeest op over het ‘trucje’ dat ze met ‘Trots en Vooroordeel' heeft uitgehaald als ze de gasten glimmend van trots haar collectie van Austin toont. Een aanwezige gast hoort dit aan en bericht de dochter van de inmiddels overleden Evelien. Als de dochter van Evelien zich bij Inge meldt, geeft Inge te kennen niets met haar te maken te hebben omdat zij het boek van Evelien had geleend. Bovendien meent ze na verloop van tijd eigenaar te zijn geworden van het boek.

Wie is op dat moment eigenaar van het boek? Ga bij de beantwoording van de vraag in op de verweren van Inge. (9 punten)

Antwoordindicatie

Vraag 1

Een separatist kan zijn rechten uitoefenen alsof er geen faillissement is. Aangezien het eigendomsrecht tegen iedereen werkt, kan de eigenaar zijn zaak ook opeisen indien zij zich onder een failliet bevindt, i.c. Sam. De vraag is dus of boer Frodo eigenaar is van de melkrobot, de mestsilo, de schapen en 3⁄4 van de in de opslagtank aanwezige hoeveelheid melk.

  • Melkrobot: Partijen spreken af dat gedurende de verbouwing de melkrobot op het bedrijf van boer Sam zal worden geplaatst. Op grond van deze overeenkomst wordt Sam houder van de melkrobot voor boer Frodo. Deze laatste kan als eigenaar de melkrobot opeisen (art. 5:2 BW).
  • Mestsilo: De betonnen mestsilo is op het erf van Sam gebouwd. Er is sprake van een werk dat duurzaam met de grond is verenigd. Op basis van art. 5:20 lid 1 sub (e) BW is Sam eigenaar geworden van de mestsilo. Boer Frodo heeft in dit geval dus geen separatistenpositie.
  • Schapen: Partijen hebben afgesproken dat de 300 schapen van boer Frodo op het erf van boer Sam worden ondergebracht. Sam, die zelf ook schapen heeft (100 stuks), is dus houder geworden voor boer Frodo ten aanzien van deze 300 schapen. Aangezien schapen onderling individualiseerbaar zijn, is er geen sprake van vermenging in de zin van art. 5:15 BW. Boer Frodo kan zijn 300 schapen dus opeisen bij boer Sam.
  • Melk: Boer Frodo wordt eigenaar van de melk die zijn schapen produceren (art. 5:17 BW). Evenzo wordt boer Sam eigenaar van de melk van zijn schapen. Doordat alle melk wordt opgeslagen in dezelfde opslagtank is er sprake van vermenging (art. 5:15 BW). Twee zaken die aan verschillende eigenaren toebehoren, worden vermengd tot een zaak. De eigendomsvraag is geregeld in art. 5:14 BW. Aangezien er geen hoofdzaak kan worden aangewezen, is de regel van art. 5:14 lid 2 BW hier van toepassing. Boer Frodo en boer Sam worden mede-eigenaren van de zaak, ieder voor een aandeel evenredig aan de waarde van de (oorspronkelijke) zaak. Er is gegeven dat alle 400 schapen evenveel melk produceren. Boer Frodo heeft dus een aandeel van 3⁄4 in de melk die in de tank is opgeslagen.

Vraag 2a

Ja. De dief was een beschikkingsonbevoegde bezitter. Leonerd heeft de step dus verkregen van een beschikkingsonbevoegde, zodat er niet aan de eisen van artikel 3:84 voldaan was. Leonerd werd niet beschermd door artikel 3:86 lid 1 omdat er sprake was van een verkrijging om niet en hij misschien bovendien niet te goeder trouw was. Penny heeft dus ook verkregen van een beschikkingsonbevoegde. Zij wordt beschermd door artikel 3:86 lid 1 BW omdat zij te goeder trouw was toen de step aan haar werd geleverd door bezitsverschaffing (art. 3:90 lid 1 BW) en de overdracht anders dan om niet geschiedde. De goede trouw kan worden aangenomen, omdat er bij de step ook garantiebewijzen werden meegeleverd. Niettemin kan de exploitant van de steppenwinkel de step als zijn eigendom opeisen, omdat hij het bezit verloor door diefstal en er nog geen drie jaren zijn verstreken sinds 1 februari 2016.

Vraag 2b

De exploitant van de steppenwinkel is tegenover Penny op grond van artikel 3:120 lid 2 BW verplicht de ten behoeve van de step gemaakte kosten te betalen, omdat Penny bezitter te goeder trouw was.

NB. Studenten die bij antwoord a hebben aangenomen dat Penny bezitter niet te goeder trouw was, en de vraag beantwoorden met behulp van artikel 3:121 lid 2 BW kunnen voor onderdeel b van deze vraag het maximumaantal punten verdienen.

Vraag 3

De schade is geleden door vertraging in de betaling van een geldsom. De wet kent daarvoor een bijzondere regeling, art. 6:119 BW. Dit artikel bepaalt dat de schuldeiser van een geldsom slechts recht heeft op de wettelijke rente berekend over de geldsom, niet meer en niet minder. De schade wordt aldus gefixeerd op de wettelijke rente. Lindsey heeft derhalve slechts recht op de wettelijke rente berekend over het door haar geleende bedrag. Deze wettelijke rente is slechts verschuldigd over de tijd dat de schuldenaar in verzuim was. De tussen Lindsey en Judith gemaakte afspraken wijzen sterk in de richting van een fatale termijn in de zin van art. 6:83 aanhef en onder a BW, maar een goed onderbouwd andersluidend antwoord is ook met punten beloond.

Vraag 4a

De wettelijke verdeling geldt in dit geval. Erfgenamen zijn Meghan en Elizabeth (art. 4:10 BW). Meghan krijgt de goederen en neemt de schulden voor haar rekening (art. 4:13 lid 2 BW). Elizabeth krijgt een niet opeisbare vordering op Meghan, ter grootte van haar erfdeel (art. 4:13 lid 3 BW). Omdat zij voor gelijke delen erven, bedraagt het erfdeel van Elizabeth de helft van de waarde van de nalatenschap. Let op: dat Meghan en Harry niet meer samenwonen betekent niet dat ze van tafel en bed gescheiden zijn. Was dit wel het geval, dan zou Meghan niet erven.

Vraag 4b

Meghan kan zich beroepen op art. 4:28, 4:29 en 4:30 BW. Dat betekent dat ze nog zes maanden in de echtelijke woning kan blijven en dat zij aanspraak kan maken op het vruchtgebruik van het aandeel van Harry in de woning en de inboedel. Mogelijk maakt zij op grond van art. 4:30 aanspraak op het vruchtgebruik van het banktegoed. Meghan moet dan aantonen dat zij aan dit vruchtgebruik behoefte heeft. Het is een vangnetregeling (alimentair karakter).

Vraag 5

Andy en Kiki zijn in gemeenschap van goederen gehuwd. Omdat dit huwelijk is voltrokken in 2007, is op grond van artikel IV van de wet van 24 april 2017 het ‘oude’ recht van toepassing. In beginsel zou de door Kiki geërfde vaas in de gemeenschap vallen (art. 1:94 ‘oud’ BW). Echter, art. 1:99 lid 1 aanhef en sub b BW bepaalt dat de gemeenschap van goederen van rechtswege is ontbonden door het ingediende verzoek tot scheiding. Er is in dat opzicht geen verschil tussen het recht dat gold vóór 1 januari 2018 en het recht dat sinds 1 januari 2018 geldt. De vaas valt dus niet in de gemeenschap en Andy heeft geen recht van spreken.

Vraag 6

Nee, zie art. 6:263 BW. Max moet als eerste presteren maar hij kan zich hier beroepen op de onzekerheidsexceptie. Hij heeft op redelijke gronden de vrees dat de hond niet geleverd zal worden en die vrees is niet door de mededeling van Henry weggenomen.

Vraag 7a

Nee. Richard heeft onrechtmatig gehandeld in de zin van artikel 6:162 lid 2 BW maar niet jegens Nicci. Er is dus niet voldaan aan de eis van relativiteit. Kahlan had geen lichamelijk of geestelijk letsel. Artikel 6:107 BW dat een derde recht geeft op verplaatste schade, is dus niet van toepassing.

Vraag 7b

Nee. Een recht op immateriële schade is er volgens artikel 6:95 BW alleen voor zover de wet op vergoeding hiervan recht geeft. Artikel 6:106 BW somt een aantal situaties op waarin een benadeelde recht heeft op vergoeding van immateriële schade. De situatie in de casus valt hier niet onder.

NB. Kahlan kan wel vermogensschade (zie art. 6:96) vorderen. Richard is tegenover Kahlan verplicht de schade die Kahlan lijdt als gevolg van de brandstichting, te vergoeden. Er is voldaan aan de eisen van artikel 6:162. Er is sprake van een onrechtmatige daad jegens Kahlan. De daad kan Richard worden toegerekend op grond van artikel 162 lid 3 juncto 6:165.

Vraag 8

Een overeenkomst komt, op grond van art. 6:217 lid 1 BW, tot stand door aanbod en aanvaarding daarvan. Aanvaarding is een eenzijdige gerichte rechtshandeling. Daarom moet gekeken worden naar de artikelen 3:32 BW e.v. De exploitant van het spel zal primair aanvoeren dat de verklaring van Mollie wel degelijk overeenstemde met haar wil om het bod van de bank te accepteren, zodat haar wil overeenstemde met haar verklaring als bedoeld in art. 3:33 BW. Subsidiair kan de exploitant een beroep doen op gerechtvaardigd vertrouwen in de zin van art. 3:35 BW. Mollie zal ontkennen dat er voldaan was aan de eisen van een geldige rechtshandeling en zal aanvoeren dat de verklaring (klap op rode knop) niet overeenstemde met haar wil en voorts dat dat kenbaar was.

Vraag 9

De dochter van Evelien is de eigenaar van het boek. Bij het uitlenen van het boek door Evelien aan Inge werd Inge houder voor Evelien (art. 3:110 BW). Zij kon niet bezitter worden door de enkele intentie het boek voor zichzelf te houden (art. 3:111 BW). De mededeling aan de vriendin is niet voldoende om tegenspraak van recht aan te nemen. De mededeling dient aan de rechthebbende zelf te worden gericht. Inge kan niet door verkrijgende verjaring eigenaar zijn geworden omdat ze al die tijd houder was van het boek (art. 3:105 jo. 3:306 BW gaat dus niet op). De dochter van Evelien is door opvolging onder algemene titel eigenaar tevens bezitter geworden van het boek (art. 3:80 jo. 3:116 BW). Inge werd pas op grond van artikel 3:111 BW bezitter toen zij het recht van de dochter van Evelien tegensprak.

NB. De rechtsvordering tot teruggave van het boek die uit de bruikleenovereenkomst voortvloeit, kan eventueel al wel verjaard zijn op grond van het slot van artikel 3:307 lid 2 BW. Dat wordt echter niet gevraagd.

Log in or create your free account

Waarom een account aanmaken?

  • Je WorldSupporter account geeft je toegang tot alle functionaliteiten van het platform
  • Zodra je bent ingelogd kun je onder andere:
    • pagina's aan je lijst met favorieten toevoegen
    • feedback achterlaten
    • deelnemen aan discussies
    • zelf bijdragen delen via de 7 WorldSupporter tools
Join World Supporter
Join World Supporter
Follow the author: Law Supporter
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Promotions
special isis de wereld in

Waag jij binnenkort de sprong naar het buitenland? Verzeker jezelf van een goede ervaring met de JoHo Special ISIS verzekering