Strafrecht 3 werkgroepuitwerkingen 2018/2019 week 2
Werkgroep 2 – Voorarrest Aantekeningen Aanhouding is wel een vrijheidsbenemend dwangmiddel, maar valt niet onder het voorarrest. Bewaring en gevangenhouding en- neming zijn de voorlopige hechtenis. Voorarrest bevindt zich voor de berechting. Artikel 5 EVRM is van toepassing bij vrijheidsbeneming, dat gaat niet over de vrijheidsbeperking zoals staande houden. Goed het onderscheid maken tussen vrijheidsbeneming en vrijheidsbeperking. Vrijheidsbeneming is alleen toegestaan als het valt onder een van de gevallen genoemd in artikel 5 lid 1 onder a t/m f EVRM. Dit artikel stelt ook voorwaarden aan het nationaal recht voordat iemand kan worden opgesloten, namelijk de materiele rechtmatigheidseisen en formele rechtmatigheidseisen: Inhoudelijke eisen die worden gesteld aan de vrijheidsbeneming. Het moet bijvoorbeeld duidelijke zijn waar je aan toe bentFormele eisen hebben te maken met de procedure. Het gaat om de waarborgen in de procedure dat er ook daadwerkelijk wordt getoetst dat er aan alle voorwaarden is voldaan. Verloop Ophouden voor onderzoek artikel 56a Sv. Het moet gaan om een aangehouden verdachte. (Hulp)ovj moet het bevel geven. De tijd is 6 of 9 uur. 6 uur als er geen voorlopige hechtenis is toegelaten, 9 uur als er wel voorlopige hechtenis is toegelaten. Hoe kan je iemand ophouden voor onderzoek als er geen voorlopige hechtenis is toegelaten? In de gevallen van heterdaad. ‘s Nachts wordt de tijd niet meegerekend, dus dan kan de termijn in principe worden verlengd. Je kan iemand dus wel 18 uur lang vasthouden. Wat is de grond om iemand op te houden voor onderzoek? Het belang van het onderzoek. Inverzekeringstelling artikel 57 Sv. Dit is mogelijk wanneer voorlopige hechtenis is toegelaten. Dus er moet sprake zijn van een gevangenisstraf van 4 jaar of meer. De OvJ geeft weer het bevel. Verlenging kan alleen door de OvJ en niet door de hulpOvJ. De termijn is drie dagen + nog eens drie dagen. De grond is weer het belang van...
Add new contribution