1st year course: Meten en Diagnostiek

 

1st year course: Meten en Diagnostiek

Heyho students!

I'm sorry for the non-dutchies because the content of this magazine is mostly dutch. However, as soon as I find summaries in english I will add them!

In dit magazine vind je:

- een samenvatting van "Psychological Testing - History, Principles and Applications" (Gregory) en de begrippenlijst

- een samenvatting van "Psychological Report Writing" (Starreveld) in het nederlands en engels

- een paar videos en tips om het studeren war leuker te maken!

Psychological Testing - Gregory

Psychological Testing - Gregory

Hey studenten!

Hier hebben jullie een link van JoHo voor een samenvatting van het boek "Psychological testing - History, Principles and Applications" (Gregory). Dit boek is vooral tijdens periode 4 (Vrije Universiteit) van belang.

Op mijn profil vinden jullie ook een begrippenlijst van dit boek.

Ik hoop het helpt!

Groetjes,

Sarah

 

Samenvatting Verslaglegging van Psychologisch Onderzoek van Starreveld

Samenvatting Verslaglegging van Psychologisch Onderzoek van Starreveld

Deze samenvatting is gebaseerd op collegejaar 2012-2013. Bekijk hier ons huidige aanbod.


Hoofdstuk A: Wetenschappelijke teksten

 

Wat is een literatuuroverzicht?
In een literatuuroverzicht beschrijf je op informerende wijze wat jij, als wetenschapper, te melden hebt over een bepaald onderwerp. Je beschrijft een conclusie die je op basis van wetenschappelijke literatuur hebt getrokken. In de tekst probeer je de lezers te overtuigen van jouw zienswijze en conclusies door een overzichtelijk en gestructureerd betoog te presenteren, bestaande uit drie soorten argumenten:
 

  • Argumenten op basis van feiten die door anderen verzameld zijn (onderzoeksresultaten)

  • Argumenten op basis van jouw interpretatie van door anderen verzamelde feiten

Argumenten ontleend aan het belang dat jij hecht aan de twee bovengenoemde argumentsoorten.

Je bouwt je betoog zo op dat de combinatie van de drie soorten argumenten leidt tot de conclusie die je trekt.

 

Wat is een verslag van een empirisch onderzoek?
Een informerende tekst die bestaat uit door jou aangedragen, nieuwe feiten die relevant zijn voor een bepaalde vraagstelling, wordt een verslag van een empirisch onderzoek genoemd. Een dergelijke tekst bevat standaard een inleiding (bestaand uit een kernachtig literatuuroverzicht van het vakgebied en een verantwoording van je vraagstelling), een beschrijving van het empirische gedeelte van het onderzoek, je interpretatie van de resultaten van het onderzoek en je kritiek en opmerkingen. Het verslag wordt wetenschappelijk wanneer

  • Het literatuuroverzicht correct en samenhangend is

  • Je onderzoek goed is opgezet en de data op de juiste manier aan analyse zijn onderworpen

  • Jouw interpretatie van de gevonden resultaten wordt ondersteund door de feiten
     

Eisen waaraan ieder verslag moet voldoen

  • Het verslag klopt inhoudelijk.

  • Het is in begrijpelijke taal geschreven.

  • Het is logisch en overzichtelijk opgebouwd – de verschillende onderdelen hangen. logisch samen en dit is weergegeven met behulp van lay-out.

  • Het taalgebruik is passend en goed Nederlands, de schrijfstijl is zakelijk.

  • Er wordt op de juiste wijze naar literatuur verwezen.

  • De vormregels van de American Psychological Association (APA) worden nageleefd (zie de Publication Manual, American Psychological Association, 2010).

  • Het is je eigen werk. Kopiëren of parafraseren zonder bronvermelding is niet toegestaan.

 

Hoofdstuk B: Schrijven van wetenschappelijke teksten

 

De opbouw van een wetenschappelijke tekst
Het is uiterst belangrijk dat een wetenschappelijke tekst een goede opbouw kent. Onderwerpen moeten logisch op elkaar volgen. Omdat een wetenschappelijke tekst vaak lang is, bestaat deze altijd uit verschillende paragrafen, die zijn opgedeeld in alinea’s.
Een paragraaf beslaat één deelonderwerp. Een voorbeeld is een discussieparagraaf, waarin de gepresenteerde informatie in verband wordt gebracht met de vraagstelling en kritiek wordt geleverd. Verschillende aspecten van een deelonderwerp worden in afzonderlijke alinea’s weergegeven. Een alinea bevat een samenhangende, afgeronde boodschap. Een goede alinea beslaat een aantal zinnen over één aspect van een deelonderwerp. Het volgende aspect beslaat een nieuwe alinea.
Er zijn twee manieren waarop een alinea kan worden opgebouwd:

  • De eerste zin bevat de boodschap, de rest van de alinea bevat de argumentatie of toelichting

  • Eerst wordt de argumentatie gegeven, vervolgens de boodschap.

Wanneer een wetenschappelijke tekst een goede, heldere opbouw heeft, kun je vaak de eerste zinnen van alle alinea’s lezen als een samenvatting van de volledige tekst.

De schrijfstijl van een wetenschappelijke tekst

In een wetenschappelijke tekst is het niet gebruikelijk om gebruik te maken van stijlfiguren of plotwendingen om de lezer te boeien. De schrijfstijl is onpersoonlijk, zakelijk, expliciet, bondig, en draait om de informatie die wordt gepresenteerd.
Een literatuuroverzicht is bedoeld om de lezer te informeren over wat er in gepubliceerde artikelen over een bepaald onderwerp te lezen is en jouw evaluatie van deze informatie te tonen. De inhoud van artikelen moet volledig correct worden weergegeven. Er dient duidelijk te worden aangegeven waar het jouw mening betreft, en waar je de mening van een auteur weergeeft. Een onderzoeksverslag informeert de lezer over de onderzoeksvraag, het onderzoek, de gevonden resultaten en de getrokken conclusies op basis van het onderzoek. zowel het literatuuroverzicht als het onderzoeksverslag moet genoeg informatie geven aan de lezer om de conclusies van het stuk te kunnen evalueren. Je laat daarom niets aan de verbeelding en eigen invulling van de lezer over. Alle stapjes in je argumentatie moeten worden weergegeven. Hoewel je stuk beknopt moet zijn, is het belangrijk te zorgen dat dit niet tot vaagheden leidt.

Stijl en spelling van een wetenschappelijke tekst
Vanzelfsprekend zijn de zinnen in je tekst goedlopend en correct gespeld. Slecht taalgebruik kan een lezer zodanig beïnvloeden dat de inhoud niet meer op waarde geschat wordt. Voor wetenschappelijke teksten gelden vele regels, die zijn opgenomen in de APA Manual (APA, 2010).
Zoals ook voor niet-wetenschappelijke teksten het geval is, zijn spelling en leestekens belangrijke bouwstenen van de tekst. Wat betreft de spellingsregels van de Nederlandse taal is het Groene Boekje een goede bron. Maak daarnaast gebruik van de spellingscontrole van je computerprogramma. Leestekens beïnvloeden de tekst en het is dus belangrijk dat je de correcte tekens gebruikt. Het komt de leesbaarheid van je tekst ten goede wanneer je voorzetseluitdrukking als ‘met betrekking tot’ of ‘door middel van’ vermijdt. Er zijn veel bondiger alternatieven, als ‘over’, ‘voor’, of ‘door’.
Maak geen gebruik van opsommingen in de vorm van lijstjes waarin je informatie boven elkaar weergeeft. Opsommingen moeten een lopende tekst vormen.
Wanneer je een wetenschappelijke tekst schrijft in het Nederlands en gebruik maakt van Engelstalige artikelen is het belangrijk dat je op adequate wijze vertaalt. Slecht vertaald Engels leidt tot slecht geformuleerd Nederlands en dit maakt je tekst onduidelijk en slecht leesbaar. Gebruik altijd je eigen woorden om iets uit te leggen en verwijs altijd naar de bron van wat je vertelt.
Het is de bedoeling dat je een wetenschappelijke tekst produceert die voor een jaargenoot goed te lezen is. Dit betekent dat je ervan uit mag gaan dat de lezer algemeen gangbare termen als ‘onbewust’, of ‘conditionering’ wel kent. Begrippen die specifiek bij het door jouw besproken onderwerp horen en theorieën die je gebruikt in je betoog moet je wel uitleggen. Voordat je de tekst inlevert, vraag je dan af: mist er informatie? Is het verslag voor een willekeurige jaargenoot op deze manier goed te begrijpen? Worden er stukken onnodig herhaald? Snijden de gebruikte argumenten hout?
Aanwijzingen ontleend aan de APA Manual

  • Maak gebruik van de actieve werkwoordsvorm om een saaie tekst te voorkomen.

  • Kijk goed waar je tegenwoordige tijd gebruikt en waar je verleden tijd toepast. De tegenwoordige tijd komt meestal uitsluitend voor in de inleiding, de overgangen tussen paragrafen en de conclusie. Beschrijvingen van onderzoek en artikelen zijn altijd in de verleden tijd.

  • Gebruik geen eerste persoon enkelvoud of meervouw (ik, wij). Een wetenschappelijke tekst is niet de plek om persoonlijke meningen te uiten of verhalen te vertellen.

  • Maak gebruik van parallelle grammaticale constructies. Schrijf dus niet “de mensen in de eerste conditie zagen rode blokken, terwijl de personen in de tweede conditie blauwe blokken te zien kregen”, maar schrijf: de mensen in de eerste conditie zagen rode blokken, de mensen in de tweede conditie zagen blauwe blokken”. Dit zorgt voor overzichtelijkheid.

  • Maak een keuze voor specifieke terminologie en houdt je daaraan. Gebruik geen synoniemen om de tekst afwisselender te maken. Heb je in je inleiding gekozen voor het woord participanten, noem ze dan in de volgende paragraaf niet ineens deelnemers.

  • Bij een vergelijking noem je altijd beide dingen die met elkaar vergeleken worden. Dus niet: de ene conditie …., de andere …. Maar: in de ene conditie….., in de andere conditie…..
     

Verwijzen
Veel informatie die je gebruikt zal afkomstig zijn uit andere literatuur. Hier moet op de juiste wijze naar verwezen worden. Vaak zul je gebruik maken van parafrases: het weergeven van de informatie in je eigen woorden. Het is belangrijk dat lezers precies weten waar informatie vandaan komt. Daarom verwijs je in de tekst en voeg je achteraan je tekst een literatuurlijst toe.

Je verwijst zo nauwkeurig mogelijk naar de plek waar je de informatie vandaan hebt. Dit doe je met behulp van verwijzingen. In Appendix B van het boek vindt je de uitgebreide beschrijving van de verschillende manieren waarop je naar boeken, artikelen, websites e.d. moet verwijzen. De belangrijkste regels zijn de volgende.

  • Een verwijzing bevat standaard de naam/namen van (de) auteur(s) en het jaartal van publicatie.

  • Je verwijst op een van de volgende manieren:

    • Auteur(s) en jaartal tussen haakjes

    • Auteur(s) in de lopende tekst, jaartal tussen haakjes

  • Bij een publicatie met drie of meer auteurs kun je op een verkorte manier verwijzen door gebruik te maken van de afkorting et al. De eerste keer dat je verwijst naar een publicatie schrijf je wel alle namen uit.

  • Tenzij een publicatie zes of meer auteurs heeft: dan mag je meteen de eerste keer dat je verwijst al de verkorte methode toepassen.

  • Verwijs alleen naar literatuur die je ook daadwerkelijk zelf gelezen hebt. Bij uitzondering kun je gebruik maken van de constructie “Auteur A, 2009, aangehaald in Auteur B, 2010”, wanneer je de oorspronkelijke publicatie van auteur A niet hebt gelezen.

Citeren
Een letterlijk citaat kan ook voorkomen. Soms kan een citaat je betoog versterken. Bij het letterlijk overnemen van tekst noem je altijd een paginanummer. Wanneer de quote korter is dan veertig woorden neem je het op in de tekst zonder bijzondere opmaak en met gebruik van “dubbele aanhalingstekens”. Laat je een stuk weg uit het oorspronkelijke stuk tekst dan geef je dat weer met drie punten (…). Wanneer je quote langer is dan veertig woorden moet het inspringen en staat het niet tussen aanhalingstekens.
Probeer letterlijke citaten zoveel mogelijk te vermijden. Meestal geldt dat je tekst sterker is wanneer hij in je eigen woorden is geschreven, omdat zo de stijl en het taalgebruik consequent blijven.
Literatuur
Iedere verwijzing in je lopende tekst is terug te vinden in de referentielijst achteraan je stuk. In deze literatuurlijst staat alles wat iemand moet weten om een bron die jij hebt gebruikt in je tekst terug te kunnen vinden. Een literatuurlijst bestaat uit tijdschriftartikelen, boeken, hoofdstukken uit geredigeerde boeken en websites die je hebt gebruikt bij het schrijven van je wetenschappelijke tekst. Het is bij het maken van je literatuurlijst belangrijk dat je de specifieke regels voor de weergave van bronnen naleeft.

  • Namen van auteurs

    • Eerst de achternaam, dan de initialen, na ieder initiaal een punt.

    • Alle achternamen en initialen van auteurs van een artikel worden. weergegeven, in de volgorde zoals ze boven aan het artikel staan.

    • Bij twee of meer initialen worden deze door een spatie gescheiden.

    • Bij meer dan één auteur staat er voor de naam van de laatste auteur een &-teken.

    • Bij zeven of meer auteurs noem je de eerste zes, gevolgd door ‘et al.’.

    • Auteursvermeldingen worden gescheiden door komma’s.

  • Het jaartal staat tussen haakjes en wordt gevolgd door een punt.

  • Titel

  • Alleen het eerste woord van de titel en de eventuele ondertitel krijgen een hoofdletter.

  • Ook eigennamen in de titel krijgen een hoofdletter.

  • Na een dubbele punt in de titel krijgt het volgende woord een hoofdletter.

  • De titel eindigt met een punt.

  • Geef de volledige titel van het tijdschrift en gebruik hoofdletters voor hoofdwoorden.

  • Druk de titel schuin.

  • Plaats na de titel een komma.

  • Geef het volume-nummer, gevolgd door een komma.

  • Noem de eerste en de laatste pagina van het artikel.

  • Sluit alles af met een punt.

  • Veel artikelen hebben een digitale identificatiereeks, een doi (digital object identifier).

  • Het woordje doi vermeldt je in kleine letters, daarna een dubbele punt, daarna de identificatiereeks zonder punt erachter.

  • Een doi zorgt ervoor dat je bijvoorbeeld via google heel snel het artikel terug kan vinden.

  • Heeft een artikel dat je online hebt gevonden geen doi, gebruik dan het internetadres van de homepage en de auteurs, titel, jaartal en paginanummering van het artikel.

  • Het tijdschrift waar het artikel in gepubliceerd is

  • Digitale identificatiereeks

 

Bij verwijzingen naar boeken of hoofdstukken uit geredigeerde boeken gaat de verwijzing grotendeels hetzelfde. Voorbeelden van bronverwijzingen vindt je in appendix B van het boek.

De onderdelen van je literatuurlijst zijn alfabetisch geordend, op achternaam. Gelijke achternamen worden geordend door naar initialen te kijken. Gebruik je meerdere artikelen van één auteur, dan hanteer je de chronologische volgorde (1992 komt dus voor 2001). Heb je een artikel van auteur Willems, en een van Willems, Broersma en Akkerman, dan gaat het artikel met slechts één auteur voor. Publicaties van meerdere auteurs met dezelfde eerste auteur worden geordend door te kijken naar de tweede, derde, etc. auteur. Wanneer een auteur meerdere publicaties heeft gedaan in één jaar krijgt de eerste publicatie een kleine a achter het jaartal, de tweede een b, etc.

Opmaak
Voor de opmaak van een wetenschappelijke tekst houd je de regels van het APA Manual (APA, 2010) aan.

  • Hanteer een ruime linker- en rechtermarge (de standaardinstellingen zijn meestal goed). Kies een algemeen gebruikt lettertype (bijv. Times New Roman) in grootte 12. Gebruik een regelafstand van 2.0. Lijn de tekst links uit, zodat de rechterkant van de tekst onregelmatig wordt. Je mag woorden aan het eind van de regel niet afbreken.

  • Gebruik een titelblad. Hierop plaats je de titel en je naam, beide gecentreerd. Andere informatie (je studentnummer, de datum, de naam van je begeleider, het aantal woorden, etc.) vermeldt je linksonder op het titelblad.

 

Opmaak van alinea’s en paragrafen

Een nieuwe paragraaf begint met een ongenummerd kopje dat vetgedrukt is, gecentreerd en in hoofd- en kleine letters. Inhoudswoorden krijgen een hoofdletter, functiewoorden een kleine letter (bijv. lidwoorden, ‘ook’ of ‘en’). Wanneer je binnen een paragraaf een subparagraaf wilt opnemen, gebruik je een tweede niveau van opmaak door het kopje vetgedrukt te maken, links uit te lijnen en weer hoofdletters en kleine letters te gebruiken. Soms is zelfs een derde niveau nodig, dat is dan vetgedrukt en ingesprongen, hanteert dezelfde regels voor kleine letters en hoofdletters en eindigt met een punt. De tekst loopt dan na de punt gewoon door, zonder witregel, maar is niet meer vetgedrukt.
Binnen tekstdelen maak je gebruik van alinea’s om structuur aan te brengen. Een alinea eindigt met een regeleinde. Een nieuwe alinea springt in aan het begin van de zin, met een tabje. Een alinea mag nooit uit slechts één zin bestaan.

 

Getallen
In de abstract gebruik je altijd getallen. Wanneer je getallen groter dan negen noemt gebruik je nummers. Dus: er deden zeven mensen mee aan het onderzoek, maar: er waren 92 proefpersonen.
De APA Manual hanteert een aantal uitzonderingsregels. Zo gebruik je cijfers voor getallen onder de 10 wanneer het gaat om maten (cm, mg), elementen uit een rijtje (conditie 1, conditie 2), rekengetallen (vermenigvuldigd met 4, ruim 5%), bij getallen die een tijd, datum, leeftijd, geldbedrag of score weergeven en bij statistische informatie (F(3,8)=5.9).

Je begint een zin nooit met een cijfer. Ook kleine getallen en getallen waarvoor de uitzonderingsregels gelden, worden dan uitgeschreven.

Wanneer je een empirisch onderzoek verslaat, beschrijf je altijd de gebruikte variabelen. In de tekst maak je altijd gebruik van betekenisvolle, volledige aanduidingen en gebruik je geen afkortingen of codes. In een tabel kan dit wel, wanneer er niet genoeg ruimte is voor de volledige naam van een variabele. In een voetnoot geef je dan de volledige naam.

Je schrijft variabelen de ene keer wel, de andere keer niet met een hoofdletter. Volgens de APA Manual worden ze doorgaans niet met een hoofdletter geschreven, tenzij ze genoemd worden in combinatie met een vermenigvuldigingsteken ( de Sekse x Opleiding interactie). Wanneer je een test noemt met een algemene naam, bijvoorbeeld ‘een intelligentietest’, gebruik je geen hoofdletter. Voor eigennamen van tests, bijvoorbeeld de Beck Depressieschaal, gebruik je wel hoofdletters. Ook namen van subschalen schrijf je met een hoofdletter.

In een onderzoeksverslag maak je vaak veel gebruik van statistische symbolen. Een operator, zoals =, , of + bijvoorbeeld, staat altijd tussen twee spaties. Symbolen als F, p, t, N, M of SD schrijf je cursief, behalve wanneer het om Griekse letters gaat.
 

Figuren en tabellen
In literatuuroverzichten kom je haast nooit tabellen of figuren tegen. In onderzoeksverslagen staat wel bijna altijd minimaal één tabel. De gebruikte tabellen of figuren benoem je in de tekst met een nummer (tabel 1, figuur 1). Je schrijft altijd uit wat de lezer in een tabel of figuur kan zien. De titel van een tabel of figuur staat er altijd bij, cursief en met het nummer gevolgd door een punt bij een figuur en zonder punt bij een tabel.
Tabellen bevatten nooit verticale lijnen, wel horizontale. De eerste kolom van een tabel wordt links uitgelijnd, de andere kolommen zijn gecentreerd. Elke kolom in een tabel krijgt een titel. Getallen die de lezer behoort te vergelijken staan naast elkaar, niet onder elkaar. Wanneer een tabel resultaten van een statistische toets bevat kan met sterretjes worden aangegeven welke gegevens significant waren en welke niet.Read more

Psychological Report Writing - Starreveld

Psychological Report Writing - Starreveld

This post is rather benefical for the dutchies and dutch speakers amongst you. This is a dutch summary of "Psychological Report Writing" of Starreveld. If you want to have an "up-to-date"-version of the summary you can use the link to the JoHo page.

However, these kinds of books help you throughout your whole student career so make sure you keep them with you. A lot of these "basic-books" were necassary in my second and third year as well as now in the master. However, it is good to have a short overview at hand.

(P.S. as soon as I find an english version, I will add it to this post)

1st year courses Psychology at the Vrije Universiteit

1st year courses Psychology at the Vrije Universiteit

Image

Hey students!

In this bundle you can find all the Magazines I created regarding the first year courses in psychology at the Vrije Universiteit Amsterdam.

The courses are:

  • Statistics 1
  • Biological and Cognitive Psycholoy
  • Meten en Diagnostiek 1 (dutch)

Good luck with your studying!

 

 

Begrippenlijst: Psychological testing: History, principles and applications
Writing Reports in Psychology
Comments, Compliments & Kudos

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Follow the author: SarahR
Image
Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
[totalcount]
Last updated
14-12-2018
Search