- This bundle contains Summaries for the course Psychopharmcology of the Psychology, year 2/3 program at the University of Utrecht.
- For a complete overview of the summaries & study service offered by JoHo and the available printed summaries for this course, visit the Summary Shop Psychology - UU - year 2/3 on JoHo.org
Oefenvragen Psychofarmacologie: de effecten van drugs en geneesmiddelen op het menselijk brein en gedrag van Kenemans - 1e druk
Rangschik alle mogelijke manieren om psychofarmaca in te nemen, in oplopende volgorde aan de hand van snelheid waarmee de stof wordt opgenomen in het bloed.Noem twee nadelen van een langdurig titratieproces bij de start van behandeling.Wat is het verschil tussen verklarend en voorspellend onderzoek?Wat is het doel van preklinisch onderzoek?Noem vier criteria waaraan goed psychofarmacologisch onderzoek moet voldoen. Noem twee verschillen tussen MRI en postmortaal onderzoek naar de hersenen.Wat is het verschil tussen grijze en witte stof?Waar of niet waar:De pariëtaalkwab is onder andere belangrijk voor ruimtelijke waarneming.De temporaalkwab is onder andere belangrijk voor tastgewaarwording.Welke functies van het cerebellum zijn tot nu toe bekend?Waarom is de locus coerulus van belang bij de werking van psychofarmaca? Wat is een aminozuur?Hoe wordt een proteïne gevormd vanaf het DNA?Noem drie gevolgen van de rusttoestand van een neuron met betrekking tot ionen.Hoe verloopt een actiepotentiaal?Wat doet een natrium-kaliumpomp? Uit welke drie onderdelen bestaat de synaps?Noem twee voorwaarden voor neurotransmissie.Wat is het verschil tussen excitatoire en inhibitoire potentialen?Hoe noem je een stof die een hoge affiniteit en een lage receptordoelmatigheid heeft?Wat is een allosterische receptor? Hoe kan het therapeutisch venster met een DRC in kaart gebracht worden?Geef een voorbeeld van een receptorinteractie.Wat is de juiste combinatie van begrippen:a. Fysiologisch effect –...
Begrippenlijst Psychofarmacologie: de effecten van drugs en geneesmiddelen op het menselijk brein en gedrag van Kenemans - 1e druk
Psychofarmaca: alle stoffen die effect hebben op gedrag via de hersenen en de rest van het centraal zenuwstelselGenotmiddelen: psychofarmaca die mensen innemen vanwege het belonende effect ervanGeneesmiddelen: psychofarmaca die gebruikt worden om problematisch gedrag te beïnvloedenNeurotransmitters: stoffen die verantwoordelijk zijn voor signaaloverdracht tussen zenuwcellenHormonen: stoffen die verantwoordelijk zijn voor signaaloverdracht via het bloedExtended release: een manier van verpakking van een pil, waarbij de stof langzaam in het bloed opgenomen wordt, de waarde meer constant blijft en het effect langer aanhoudtBijwerkingen: ongewenste effecten van een psychofarmaconTherapeutisch venster: de laagste en hoogste dosering van een psychofarmacon aan de hand van de afweging tussen gewenste effecten en bijwerkingenTolerantie: afname van het effect van een stof door chronische toedieningVerklarend onderzoek: onderzoek naar de mechanismen achter de werking van psychofarmacaVoorspellend onderzoek: onderzoek naar de effectiviteit van psychofarmacaPlacebocontrole: het gebruiken van een controlegroep die een placebo krijgt toegediend zonder het werkzame psychofarmaconDubbelblind onderzoek: patiënten en onderzoeker weten geen van allen wie in de controlegroep zit en wie in de experimentele groepPlacebo-effect: een effect dat niet door het werkzame middel in het medicijn...
Examination tickets psychopharmacology
You have to understand how the nervous system works, but you don’t have to learn all the details by hard. You have to understand the processes and the names of different areas (cell body, dendrites, axons).You must know how depolarization and hyper polarization work for example, but not the details of numbers or stuff like that.The different kinds of synapses, receptors and hormones are important and their function. You have to know in what ways medication can be administered and some pros and cons of the different forms.What metabolism and tolerance is and the different forms of tolerance.What downregulation is. Don’t learn the diagnostic criteria of a disorder by hard, but you have to know some characteristics of the disorder.The monoamine hypothesis is very important.Different kinds of antidepressants and their pros and cons, but not the side effects in detail. In global, you have to know what happens in the brain when you feel anxious. But you don’t have to know what happens in each brain region and what it is called.You have to know the differences between a panic disorder and a generalized anxiety disorder and you must know what OCD and PTSD are.The different kinds of medicines to treat anxiety and some of their pros and cons. What opiates are is important, but not the different kinds of receptors for opiates and where they are located. You only have to know that there are different kinds of receptors in different brain areas.Which treatments there are for opiates. You have to...
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie Bachelor 2 & 3 aan de Universiteit Utrecht - - Jaargang 2022/2023
In deze bundel worden o.a. samenvattingen, oefententamens en collegeaantekeningen gedeeld voor de opleiding Psychologie, jaar 2&3 aan de Universiteit Utrecht
Voor een compleet overzicht van de door JoHo aangeboden samenvattingen & studiehulp en de beschikbare geprinte...
Samenvattingen en studiehulp voor Psychologie aan de Universiteit Utrecht
- Op deze pagina worden studiematerialen voor de studie Psychologie, Universiteit Utrecht (UU), gedeeld.
- Voor
Psychology Startmagazines: summaries and studynotes 2022-2023 - Bachelor 2
Search and find summaries and study notes for studying psychology: bachelor 2
- 1 of 1432
- next ›
Add new contribution