Hoofdstuk 12 Ontwikkelingspsychologie

Bevat de samenvatting van hoofdstuk 12, gebaseerd op 2014-2015

Samenvatting hoofdstuk 12

 

Middenvolwassenheid

 

Het is lastig vast te stellen wanneer deze periode in eenieders leven aanbreekt. De groep van middenvolwassenen is namelijk erg divers. Over de jaren heen verandert er veel aan iemands persoonlijkheid, deze verandering en de manier waarop deze plaatsvindt is dan ook uitgebreid onderzocht. Toch lopen opvattingen hierover erg uiteen. Tegenwoordig kiezen veel onderzoekers ervoor om persoonlijkheid te meten aan de hand van de zogenaamde 'Big Five':

 

  1. Neuroticisme; verwijst naar onze neiging tot mentale gezondheid versus psychologische verstoring. Mensen met internaliserende of externaliserende problemen scoren bijvoorbeeld hoog op neuroticisme.

  2. Extraversie; naar buitengerichte houdingen. Extraverte mensen zijn mensen die vriendelijk, open en sociaal zijn. Het tegenovergestelde van extravert zijn is introvert zijn, naar binnen gekeerd, gesloten en niet sociaal.

  3. De mate waarin iemand opstaat voor het opdoen van nieuwe ervaringen; verwijst naar de passie om nieuwe dingen te ontdekken.

  4. Consciëntieusheid; een consciëntieus persoon is een hardwerkend, gedreven, gedisciplineerd en betrouwbaar persoon. De mate van consciëntieusheid zegt dus veel over de persoonlijk van een persoon.

  5. Toegeeflijkheid; verwijst naar de mate van vriendelijkheid, empathie en het vermogen om te vergeven waarover een persoon beschikt. Toegeeflijke mensen hebben over het algemeen een veilige hechting.

 

De score die we behalen op de 'Big Five' is bepalend voor het soort leven dat een mens leidt. Zo zijn extraverte mensen vaan energiek en gelukkig, terwijl mensen die hoog score op neuroticisme juist vaker angstig, gestrest en verdrietig zijn. Als vanzelfsprekend maken de mensen die laag score op neuroticisme, hoog op extraversie, het openstaan voor nieuwe ervaringen, consciëntieusheid en toegeeflijkheid het meeste kans op het hebben/aangaan van succesvolle relaties. Uit onderzoek blijkt zelfs dat het beschikken over deze kwaliteiten zelf een voorspellende factor kan zijn voor het krijgen van een goede carrière.

 

Nu is de vraag in hoeverre deze score kan veranderen gedurende iemands leven. Het goede nieuws is dat met name de goede eigenschappen versterken naarmate je ouder wordt (denk hierbij bijvoorbeeld aan een onbetrouwbare tiener en een betrouwbare oma). Het slechte nieuws daarentegen is dat rond ons dertigste levensjaar onze relatieve scores op de 'Big Five' stabiliseren. Hieruit kan opgemaakt worden dat de kans dat iemands persoonlijkheid nog verandert na zijn 30ste erg klein is, in elk geval sterk afgenomen.

 

Nature versus Nurture

In hoeverre is onze persoonlijkheid aangeboren en in hoeverre wordt deze gevormd in interactie met onze omgeving? Uit onderzoek blijkt dat de drastische veranderingen die nog plaats vinden wat betreft onze persoonlijk nadat we de 30 zijn gepasseerd eigenlijk altijd het gevolg zijn van andere drastische veranderingen in ons leven. Dan McAdams gebruikte interviews om erachter te komen wat mensen beweegt om spontaan een ander pad in te slaan, hij was van mening dat de levensverhalen van individuen hier goed inzicht in gaven. Aanvullend ontwikkelde hij een theorie die ervan uitgaat dat mensen veranderen naarmate ze nieuwe levensfasen bereiken. Dit sluit aan op de theorie van Erikson die al eerder besproken is. De zevende psychologische taak van Erikson is het stimuleren van de volgende generatie versus stagnatie. Maar kan men er daadwerkelijk vanuit gaan dat middenvolwassenen die zich niet bezighouden met het stimuleren van de volgende generatie stagneren, ongelukkig zijn of zelfs depressief?

 

McAdams e.a. hebben onderzocht in hoeverre deze theorie realistisch is. Veel mensen zijn gedurende hun hele leven bezig met het stimuleren van de volgende generatie, dit valt niet per definitie toe te schrijven aan één bepaalde levensfase. Uit het onderzoek kwam wel duidelijk naar voren dat naarmate iemand ouder wordt zijn of haar generatieve (het stimuleren van de volgende generatie = generatieveren) prioriteiten veranderen. Jongvolwassenen zullen bijvoorbeeld lager scoren op deze schaal dan mensen die de middenvolwassenheid al bereikt hebben. Er zijn echter geen duidelijke richtlijnen vast te stellen die aanduiden wanneer deze veranderingen precies plaatsvinden. Wel blijkt dat we bepaalde persoonlijke obstakels dienen te overkomen voordat we ons echt kunnen wijden aan het zorgen voor anderen. Wat in overeenstemming is met de theorie van Erikson, de eerdere taken moeten volbracht zijn voordat kan worden doorgegaan naar de volgende.

 

Of generatieveren daadwerkelijk leidt tot geluk is afhankelijk van de definitie die we aan geluk geven. Als gelukkig zijn betekent dat je je goed voelt dan leiden generatieve handelingen niet tot geluk. Maar als we een bredere definitie van geluk hanteren, namelijk kijkend naar het welzijn van de desbetreffende persoon, dan leiden generatieve handelingen wel degelijk tot geluk. Onze belangrijkste missie is dan ook niet het najagen van hedonistisch plezier maar het leiden van een betekenisvol, generatief leven. Het is belangrijk om je te realiseren dat het hebben van kinderen niet direct leidt tot generatieveren. Ook al leidt het ouderschap niet tot het hebben van generatieve neigingen het kan wel een handig opstapje zijn tot het ontwikkelen van deze gevoelens, dit geldt met name voor mannen.

 

Tot slot blijkt uit onderzoek dat volwassenen (middenvolwassenen) die erg generatief van aard zijn deze eigenschap al hun hele leven bij zich droegen. Dit wordt door onderzoekers ook wel een 'commitment script' genoemd. Een kenmerkende eigenschap van het levensverhaal van volwassenen met een hoog aantal generatieve neigingen die duidelijk naar voren komt in het commitment script is het meemaken van een tragische gebeurtenis die uiteindelijk tot iets goeds heeft geleid (redemption sequence). Oftewel het in staat zijn van iets negatiefs, tragedisch, iets positiefs (leerzaams) van te maken. Tegenslagen worden op deze manier omgezet in persoonlijke groei.

 

Gelukkiger naarmate we ouder worden?

Om antwoord te kunnen geven op deze vraag is er een longitudinaal onderzoek uitgevoerd waarmee de correlatie tussen het aantal traumatische ervaringen dat een persoon heeft meegemaakt en het welzijn van deze persoon is geprobeerd weer te geven. Uit dit onderzoek komt naar voren dat het deels waar is dat tegenslagen in het leven ons sterker maken. Teveel tegenslagen daarentegen laat ook zijn sporen achter. Oftewel tegenslagen maken ons sterker, tenminste zolang de stress draagbaar is. Hieruit kan afgeleid worden dat we, naarmate we meer hebben meegemaakt en dus ouder zijn, we inderdaad gelukkiger worden. Gemiddeld is de mens op zijn gelukkigst begin 60.

 

Emotionele ontwikkeling

Naarmate we ouder worden vinden er een aantal veranderingen plaats als het gaat om onze emotionele toestand. Zo neemt de ratio positieve emoties/negatieve emoties toe. Wat erg belangrijk is aangezien die ratio minstens 3:1 moet zijn om een positieve blik op het leven te kunnen aannemen en ons goed te voelen. Daarnaast lijkt onze emotionele toestand een steeds stabiele vorm aan te nemen naarmate we ouder worden. Dit betekent niet dat onze emoties vlakker worden, maar eerder dat we beter in staat zijn om gemengde gevoelens ergens over te hebben. Dit heeft te maken met het feit dat onze levens rijker en complexer zijn dan op jongere leeftijd. Hieruit kan afgeleid worden dat we emotioneel groeier naarmate de tijd verstrijkt.

 

Wijsheid en intelligentie

Wanneer we denken aan een wijs persoon, denken we over het algemeen aan iemand die de vijftig reeds gepasseerd is. Maar is het ook daadwerkelijk zo dat we wijzer worden naarmate we ouder worden? In het midden van de twintigste eeuw was er een groep psychologen die ervan overtuigd was dat dit onjuist is, we zouden onze piek, qua intelligentie, bereiken in de twintig. Deze conclusie is gebaseerd op een onderzoek uitgevoerd met de WAIS (Wechsler Adult Intelligence Scale). Kijkend naar de behaalde scores, valt op dat oudere mensen gemiddeld lager scoren dan jongvolwassenen. Waar binnen dit onderzoek echter geen rekening mee gehouden is is het grote verschil in opleidingsniveau tussen de jongeren en de ouderen van nu. De afgelopen eeuw is er veel verandert in de samenleving, met als gevolg dat de manier waarop met kinderen omgegaan wordt ook erg verandert is. Waar kinderen vroeger nog thuis gehouden werden om te helpen in het huishouden of om zelfs al zelf aan het werk te gaan, worden kinderen nu juist gestimuleerd om zo lang mogelijk door te leren.

 

Wanneer voor dit verschijnsel wordt gecorrigeerd blijkt dat er verschillende soorten intelligentie zijn en dat deze elk op hun eigen wijze ontwikkelen naarmate iemand ouder wordt.

  • Gekristalliseerde intelligentie (crystallized intelligence); verwijst naar de hoeveelheid basiskennis waarover een persoon beschikt. Dit betreft alle informatie die we gedurende ons leven hebben opgeslagen. Zowel verbale testen, woordkennis als wiskunde vereisen dit soort kennis.

  • Vloeiende intelligentie (fluid intelligence); verwijst naar de vaardigheid om snel te redeneren en te verwerken wanneer zich nieuwe intellectuele situatie voordoen.

 

Doordat onze vloeiende intelligentie grotendeels afhankelijk is van ons zenuwstelsel, neemt deze af naarmate we ouder worden en onze biologische piek gehad hebben. Deze piek bereikt men midden twintig, zoals ook uit het hierboven besproken onderzoek naar voren kwam. Onze gekristalliseerde kennis daarentegen, bestaande uit alle kennis die we over de jaren opdoen, blijft toenemen. Hier wordt onze piek pas eind vijftig bereikt, dit heeft te maken met het feit dat we rond die leeftijd steeds meer gaan vergeten wat de hoeveelheid nieuwe informatie die we op kunnen nemen verkleint.

 

Het is echter mogelijk om intelligentie te verminderen en op deze manier het proces van verminderende intelligentie tegen te gaan, te vertragen. Ten eerste is het van groot belang om gezond te blijven, wat de kans op hart- en vaatziekten verkleint. Uit onderzoek is namelijk duidelijk gebleken dat ziektes grote invloed hebben op de intelligentie. Ten tweede kan het nuttig zijn om je hersenen te blijven trainen, door middel van mentale stimulatie zou cognitief verval tegen te gaan zijn. Of dit echter juist is is niet geheel duidelijk.

 

Postformeel denken

De standaard IQ testen die tot nu toe voornamelijk besproken zijn voorspellen met name de toekomstige schoolprestaties/studieresultaten. Misschien, nu we toch aan het kijken zijn naar volwassenen, is het meer van toepassing om ons te focussen op kwaliteiten die nuttig en bruikbaar zijn gedurende ons volwassen leven. Voortbordurend op Jean Piaget's ideeën over de cognitieve ontwikkeling van kinderen hebben ontwikkelingspsychologen een maatstaf ontwikkelt speciaal voor volwassenen voor het meten van het IQ (een voor volwassenen relevant IQ). Deze maatstaf richt zich op postformeel denken. In deze fase, volgend op de fase van formele operaties, wordt de validiteit van verschillende perspectieven erkend. Postformele denkers hebben de dubbelzinnigheden in het leven geaccepteerd.

 

Daarnaast hebben postformele denkers na jarenlange ervaring geleerd dat er niet één antwoord is op een situatie, er zijn immers meerdere perspectieven mogelijk, vandaar dat zij zich minder op logica beroepen dan adolescenten/jongvolwassenen in de fase van formele operaties. Afgaan op een instinct is minstens net zo belangrijk. Tot slot wordt er niet naar oplossingen gezocht maar staan deze volwassenen open voor het onderzoeken en ontdekken van nieuwe vraagstukken en het opnieuw bekijken en onderzoeken van reeds 'afgesloten' vraagstukken. Uit onderzoek is echter gebleken dat de mate van postformeel denken niet afhankelijk is van leeftijd. Je bevindt je in deze fase of niet.

 

De rollen en kwesties van middenvolwassenen

Grootouders

De rol die grootouders aannemen binnen een familie is erg afhankelijk van de culturele achtergrond van de desbetreffende familie. In meer individualistische culturen is deze rol vaak beperkt, terwijl in collectivistische culturen de rol van de grootouders in het zorgen voor en opvoeden van de kinderen vaak aanzienlijk. Er zijn een aantal bepalende factoren voor de mate van betrokkenheid van grootouders. Ten eerste spelen er genetische factoren, denk hierbij bijvoorbeeld aan de persoonlijke eigenschappen van de grootouders, het wel of niet hebben van generatieve gevoelens. Ten tweede zullen grootouders die fysiek dichtbij hun kleinkinderen zijn sneller betrokken raken bij de zorg en opvoeding dan grootouders die ver weg wonen. Ook is de relatie met de ouders bepalend. Zo zullen de grootouders van moeders kant vaak meer betrokken zijn dan de ouders van vaders kant. Dit heeft te maken met het feit dat vrouwen vaak meer generatieve gevoelens, neigingen, hebben en dochters nu eenmaal dichter bij hun moeder staan dan vaders. De band tussen moeder en grootmoeder is dus hoogstwaarschijnlijk hechter dan de band tussen vader en grootmoeder. Tot slot speelt leeftijd een rol. Jonge grootouders zullen sneller actief betrokken zijn dan oudere grootouders.

 

Ouderenzorg

Naast de rol van grootouder komt het ook voor dat middenvolwassenen de zorg voor hun eigen ouders op zich (moeten) nemen. In de Westerse cultuur is het over het algemeen zo dat ouders voor hun kinderen zorgen en niet andersom, maar zeker in de meer collectivistische samenleving is dit heel normaal. Daar komt het dan ook vaker voor dat meerdere generaties in hetzelfde huis blijven wonen. Eerst zorgen de ouders voor de kinderen en wanneer de ouders niet meer voor zichzelf kunnen zorgen draaien de rollen om. Vaak zijn het de dochters die deze taak op zich nemen.

 

Lichaamsbeeld, seks en de menopauze

Ondanks het feit dat het mensenlichaam gedurende de jaren verstrijken verandert, alles gaat wat meer hangen en er verschijnen hier en daar wat rimpels, zijn middenvolwassenen vaak meer tevreden over hun lichaam dan jongvolwassenen. Ook op seksueel gebied verandert er het een en ander, seksuele verlangens blijven intact maar fysieke mogelijkheden nemen af. Zo is het voor oudere mannen vaak lastiger om een erectie te krijgen en ook hun ejaculaties zijn minder intens. De verlangens blijven aanwezig, het verwezenlijken hiervan wordt echter steeds moeilijker.

 

Vrouwen daarentegen bereiken hun piek, qua seksuele verlangens, rond hun dertigste levensjaar en naarmate zij het eind van de middenvolwassenheid bereiken neemt dit weer af. Dit heeft te maken met het ontbreken van de benodigde seksuele stimuli. Een andere fenomeen dat van grote invloed is op de seksuele verlangens van een vrouw is de menopauze. Deze vindt over het algemeen plaats rond het vijftigste levensjaar van de vrouw, de productie van oestrogeen neemt af waardoor de vrouw stopt met ovuleren. De periode die hieraan vooraf gaat kan gepaard gaan met stemmingswisselingen, opvliegers en nachttranspiratie. Gedurende de menopauze wordt de vaginawand minder dik, wat de rekbaarheid doet afnemen. De vagina wordt kleiner en de opening smaller, de grootte van de clitoris en schaamlippen neemt eveneens af. Hierdoor kan het hebben van geslachtgemeenschap pijnlijk worden. Dit kan dan ook een reden zijn om geheel te stoppen met het hebben van seks.

Access: 
Public

Image

Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1388 1