Evolution, social influence and sex ratio - Griskevicius e.a. - Artikel

Een van Cialdini’s bijdragen aan de wetenschap zijn de principes van invloed. Een van deze principes is schaarste en houdt in dat kansen maar ook objecten sterker gewild zijn als ze weinig beschikbaar zijn. In dit hoofdstuk wordt gekeken hoe het idee van schaarste kan worden toegepast om mensen. Hoe wordt ons gedrag beïnvloedt als er een schaarste is in mannen of vrouwen. De verhouding tussen mannen en vrouwen is aan het verschuiven, binnen landen en tussen landen. Schaarste in mannen of vrouwen heeft ook implicaties voor sociale invloed die nu onderzocht kunnen worden.

Bestaand onderzoek naar geslachtsverhouding

De geslachtsverhouding heeft het meeste effect op gedrag als er een schaarste is in reproductieve mannen of vrouwen binnen een populatie, de operationele geslachtsverhouding. Dieronderzoek laat zien dat geslachtsverhouding de bereidheid om te paren beïnvloedt. Er is veel correlationeel onderzoek dat laat zien dat de gelsachtsverhouding gerelateerd is aan de menselijke paringpatronen. Veel onderzoek gaat over de geslachtsverhouding in relatie tot het huwelijk en gezinsuitkomsten. Voorspellingen die gedaan zijn op basis van onderzoek in de evolutionaire biologie, sociale psychologie en paringseconomie werden in deze onderzoeken bevestigd. Een groter aantal vrouwen is geassocieerd met minder huwelijken, meer kinderen die geboren worden voordat de ouders getrouwd zijn en en een kleinere bijdrage van de man aan het gezin. Als er meer mannen zijn in de populatie zijn de effecten omgekeerd. In tijden van schaarste ontstaat er ook meer competitie, als er minder vrouwen zijn worden de mannen agressiever.

Nieuw onderzoek naar geslachtsverhouding

Omdat er nog geen causaal bewijs was dat geslachtsverhouding het menselijk gedrag beïnvloedt hebben de auteurs van het artikel een experiment uitgevoerd om dit te testen. Er werd gekeken of de waargenomen geslachtsverhouding relaties beïnvloedt. Deelnemers die een relatie hadden moesten artikelen lezen waarin populaties beschreven met of meer mannen of meer vrouwen. Daarna moesten ze aangeven of ze tevreden waren met hun relatie. Het resultaat was dat mensen zich tevredener in een relatie voelen als ze het idee hebben dat er een schaarste is in mannen of vrouwen. Als er minder vrouwen zijn worden mannen meer opdringerig en willen niet dat hun vrouwen iets doen wat de relatie zou kunnen bedreigen. Als er minder mannen zijn geven vrouwen juist meer vrijheid aan hun partner. Deze resultaten hebben interessante implicaties. Meer vrouwen zou ertoe kunnen leiden dat vrouwen een positiever beeld vormen van hun partner zodat ze daar trouwer aan blijft. Geslachtsverhouding kan ook andere aspecten van het leven beïnvloeden. in een experiment werd gekeken hoe de waargenomen geslachtsverhouding financiële beslissingen beïnvloedt. Deelnemers moesten kiezen tussen het krijgen van een bepaald bedrag morgen en een hoger bedrag een maand later. Als er meer mannen in de populatie waren kozen de mannen meer voor de onmiddellijke maar kleinere winst. Een ander experiment liet zien dat de financiële keuzes van mannen positief beïnvloedt konden worden door het laten zien van foto’s waarop populaties met meer vrouwen te zien waren. Managers zouden misschien de geslachtsverhouding kunnen gebruiken in kantoren om risico aversie op te wekken door meer vrouwen op de afdeling te plaatsen.

Ook de invloed van geslachtsverhouding op carrière is onderzocht. Als er meer vrouwen zijn willen de vrouewn liever een carrière dan een gezin creëren. Meer mannen zorgt er voor dat vrouwen juist liever een gezin willen. Meer mannen leidt er ook toe dat mannen hun carrière belangrijker vinden en vergroot de intraseksuele competitie. Dit zou kunnen beïnvloeden of mensen er voor kiezen door te sturen of vroegtijdig stoppen met studeren.

In ander onderzoek moesten mensen profielen op een datingsite bekijken van aantrekkelijke mensen van hetzelfde geslacht, zij werden daarna meer religieus en meer voorstander van een strikter zedenbeleid. Religie staat vaak voor monogaamheid, iets wat adaptief is als er veel mensen van het eigen geslacht in de populatie zijn. Als mannen profielen van vrouwen bekeken werden ze juist minder religieus. Bij chimpansees is het zo dat de mannen wel competitiever worden als er weinig vrouwen zijn maar alleen naar andere groepen toe. Binnen de eigen groep versterkt de band juist. Geslachtsverhoudingen zouden ook van invloed kunnen zijn in kleinere settings zoals op kantoor, in de klas en in zakelijke onderhandelingen. Oordelen kunnen ook sterk beïnvloedt worden door de geslachtsverhouding, als er bijvoorbeeld weinig vrouwen in een gemixte groep zijn, dan is het waarschijnlijk dat de mannen competitiever worden omdat ze denken aan hun eigen status en minder aan de te nemen beslissing.

Individuele verschillen en geslachtsverhoudingen

De effecten hierboven beschreven kunnen wel verschillen per individu. Mensen passen zich aan aan de externe factoren maar ook aan interne factoren, de individuele verschillen. Dieronderzoek wijst uit dat meer mannen ertoe leidt dat mannen verschillende paringstactieken bedenken. Dit kan worden gezien in populaties schorpioenvliegen.

Recente bevindingen die het bestaan van individuele verschillen aantonen

Recent onderzoek heeft onderzocht of geslachtsverhouding verschillende effecten kan hebben afhankelijk van individuele ‘’mate value’’. ‘’mate value’’ is de mate waarin iemand als mogelijke partner wordt gezien door mensen van het tegenovergestelde geslacht die even oud zijn. In het onderzoek is gevonden dat voor mannen met een hogere mate value verhoogde competitie veroorzaakt door meer mannen in de populatie ertoe leidde dat deze mannen een carrière prefereerden waarin ze rijk zouden worden. Mannen met een lage mate value in populaties met meer mannen willen liever carrières waarin stabiliteit belangrijk is. Bij vrouwen werd een omgekeerd patroon gevonden. Deze resultaten suggereren dat vrouwen die makkelijker een partner vinden misschien eerder voor een carrière gaan die een hoge investering vereist, terwijl vrouwen die minder goed in state zijn om een partner te vinden eerder meer moeite doen om een carrière met hogere financiële beloning te krijgen.

Implicaties voor toekomstig onderzoek

Geslachtsverhoudingen en de modererende effecten van individuele verschillen hebben invloed o stempatronen, in de reclamewereld en in de zakelijke wereld. Fairness, iets eerlijk vinden, wordt ook beïnvloedt door gelachtsverhoudingen. Als er meer mannen zijn dan zullen de mannen die erg competitief zijn variabele prijzen eerlijk vinden terwijl mannen die niet zo competitief zijn een vaste prijs eerlijker vinden. De rol van competitie zal verder onderzocht moeten worden.

Geslachtsverhouding en hormonen

Bepaalde hormonen zouden het verband tussen geslachtsverhouding en individueel gedrag kunnen modereren of medieren. de rol van testosteron, estradiol en cortisol wordt beschreven. Testosteron in verantwoordelijk voor het produceren van de secondaire geslachtskenmerken van mannen. T-levels zijn ook positief gerelateerd aan sociale status en dominantie. Als de status van een individu binnen een groep verandert heeft dat ook een effect op de T-levels. Er is onderzoek gedaan waarin de T-levels als onafhankelijke variabele werden gemanipuleerd en het blijkt dat mannen met hoge T-levels die hun status verliezen slechter gehumeurd raken en slechter presteren op cognitieve opdrachten dan mannen met lagere T-levels.

Oestrogen

Het vrouwelijke hormoon oestrogeen (O) is verantwoordelijk voor vruchtbaarheid, seksueel gedrag en motivatie. Vrouwen met hoge O levels hebben sterkere impliciete motieven betreffende macht en voelen zich sterker aangetrokken door mannelijke trekken.

Cortisol

Cortisol (C) is een hormoon dat ontstaat tijdens lichamelijke activiteit en psychologische stress en bereidt het lichaam voor op mogelijke uitdagingen en problemen. Hoge C-levels zijn positief gerelateerd met sociale inhibitie en vermijding en lage C-levels zijn gerelateerd met het opzoeken van sociale situaties.

T en C Interacties

De verschillende hormonen werken samen wat betreft sociaal gedrag en situaties gerelateerd aan status. Het is waarschijnlijk dat hoge T- en C-levels leiden tot de interpretatie van sociale stress zoals bedreiging, terwijl de combinatie van hoge T-levels en lage C-levels leidt tot de interpretatie als uitdaging.