Abnormal Psychology - Eetstoornissen

Deze samenvatting is gebaseerd op collegejaar 2012-2013. Bekijk hier ons huidige aanbod.

G. Eetstoornissen

Heel veel mensen maken zich zorgen over hun gewicht en gaan heel bewust om met wat ze eten. Hoewel overgewicht slecht is voor de gezondheid, is dat niet de voornaamste reden om af te willen vallen. De belangrijkste reden om te lijnen is om er mooier en aantrekkelijker uit te zien. Mensen ontlenen hier een gevoel van eigenwaarde aan. Voor sommige mensen is het zo belangrijk om slank te zijn dat ze een eetstoornis ontwikkelen. Veel vrouwen hebben een eetstoornis, maar ook mannen hebben dit probleem en ook dit aantal neemt toe.

Mensen met een eetstoornis ontwikkelen heel vaak ook een andere stoornis, bijvoorbeeld een major depressie of angststoornis. De stoornissen die behandeld worden zijn: anorexia nervosa, boulimia nervosa en bing-eating disorder.

Anorexia nervosa

Mensen met anorexia nervosa hongeren zichzelf uit, terwijl ze al ver onder een gezond gewicht zitten. Ze hongeren zichzelf uit door gedurende een lange tijd niet of weinig te eten. Ondanks dat ze al  heel dun zijn, blijven ze volhouden dat ze nog meer gewicht moeten verliezen. Mensen met anorexia weigeren een gezond, normaal gewicht te handhaven.

De diagnose anorexia nervosa wordt door de DSM-IV gesteld als iemand 15 procent onder zijn normale lichaamsgewicht zit en weigert aan te komen om een gezond gewicht te bereiken. Hoewel deze mensen sterk vermagerd zijn, hebben ze een intense angst voor gewichtstoename of dik te worden. Ze hebben een verstoord idee over hun lichaam en denken dat ze dikker zijn dan ze in werkelijkheid zijn en dus moeten afvallen.

Het gevoel van eigenwaarde is helemaal afhankelijk van hun lichaamsgewicht en de controle over hun eetgedrag; ze voelen zich goed als ze afvallen en schuldig of waardeloos als het niet lukt. Door het verlies aan gewicht zijn mensen met anorexia nervosa vaak chronisch vermoeid. Ondanks deze vermoeidheid gaan ze toch door met het opstellen van zware trainingsprogramma’s om gewicht kwijt te raken.

Anorexia nervosa begint meestal tussen de 15 en 19 jaar. Van alle gevallen met anorexia nervosa is 90 tot 95 procent vrouw. Door de gewichtsafname stopt de menstruatiecyclus bij meisjes en vrouwen met anorexia, dit wordt amenorrhea genoemd. Anorexia is lichamelijk gezien een gevaarlijke stoornis. Ernstige complicaties als een zeer lage hartfrequentie of schade aan de nieren kunnen het gevolg zijn; 5 tot 8 procent van de mensen met anorexia zal er aan overlijden.

Er zijn twee typen anorexia nervosa. Mensen met het restricting type van anorexia nervosa weigeren te eten, of eten maar hele kleine beetjes, om te voorkomen dat ze in gewicht aankomen. Sommigen eten dagenlang niets. Mensen met het restricting type van anorexia nervosa hebben vaak een gevoel van wantrouwen tegenover anderen en de neiging hun problemen te ontkennen.

Het andere type is het binge/purge type van anorexia nervosa. Deze mensen hebben eetbuien (binges) die worden afgewisseld met handelingen om gewichtstoename te voorkomen (purge). Dat gebeurt vaak door opzettelijk braken of gebruik van laxeermiddelen. Mensen met het binge/purge type van anorexia nervosa hebben vaak wisselende stemmingen, problemen in de controle over hun impulsen, problemen met alcohol en automutilatie.

De binge/purge type van anorexia nervosa lijkt erg op boulimia, maar er zijn twee verschillen. Als eerste moet bij anorexia het gewicht van de patient 15% lager dan en gezond gewicht. Mensen met boulimia hebben vaak een normaal gewicht of soms zelfs overgewicht. Als tweede hebben mensen met anorexia, binge/purge type vaak geen menstruatie omdat ze te dun zijn, mensen met boulimia hebben dat meestal wel.

 

Boulimia nervosa

Belangrijke kenmerken van boulimia nervosa zijn de ongecontroleerde eetbuien, gevolgd door handelingen die moeten voorkomen dat ze hierdoor aankomen in gewicht. De definitie van een bingeing, de ongecontroleerde eetbuien, wordt omschreven in de DSM-IV als het consumeren van ongebruikelijk veel voedsel in een bepaalde situatie in een korte periode en zich daarbij niet kunnen beheersen. Ze eten dan meer dan een normaal persoon in zo’n situatie en in die periode kan eten. Eetbuien kunnen dan ook per mens verschillen in grootte.

De meeste mensen met van deze eetbuien hebben eigenlijk helemaal geen honger. Op zo’n moment verliezen ze de controle over hun eetgedrag.

Net als bij patiënten met anorexia, is het gevoel van eigenwaarde van een boulimia patiënten zeer afhankelijk van hun figuur en lichaamsgewicht. Na de eetbuien willen ze zorgen dat ze toch niet aankomen, daar zijn twee types in.

Mensen die hun gewicht proberen kwijt te raken door middel van braken of ongepast laxeermiddelen slikken, vallen onder het purging type of boulimia nervosa. Ze hun gewoontes meestal moeilijk verbergen voor anderen.

Mensen die hun gewicht proberen kwijt te raken door extreem veel te trainen of te vasten, vallen onder het nonpurging type of boulimia nervosa. Deze mensen vallen minder snel op als ze bijvoorbeeld deel uit maken van een groep die het belangrijk vindt om veel te trainen.

De schatting is dat boulimia nervosa voorkomt bij 0,5 tot 3 procent van de mensen. De meeste mensen die boulimia krijgen zijn tussen de 15 en 29 jaar oud. Het komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen. Doordat mensen met boulimia meestal rond een normaal gewicht zitten, zou je kunnen denken dat ze geen gevaar lopen, maar dat is niet zo. Doordat ze vaak overgeven of laxeermiddelen gebruiken om eten kwijt te raken, raken de elektrolyten in het lichaam uit balans. Een gebrek aan evenwicht kan hartkwalen tot gevolg hebben. Boulimia lijkt een chronische aandoening te zijn. Het verloop van boulimia, als deze niet behandeld wordt, is onduidelijk.

 

Binge-eating disorder

Mensen met Binge-eating disorder lijken in gedrag op mensen met boulimia nervosa maar vertonen niet de handelingen om de eetbuien te compenseren en te voorkomen dat ze aankomen, zoals braken, vasten of excessief sporten. Deze mensen zijn vaak veel te zwaar, walgen van hun lichaam en schamen zich voor hun gedrag. Vaak kunnen ze de hele dag door eten, zonder geplande eetmomenten als ontbijt of lunch. Er zijn ook mensen die op bepaalde, geplande momenten heel veel eten. Meestal doen ze dit vanwege stress, depressie of angstgevoelens.

Mensen met deze stoornis hebben vaak overgewicht en een geschiedenis van diëten. De meeste mensen hebben anderen met obesitas in de familie zitten. Ook deze eetstoornis komt vaker bij vrouwen voor.

Mensen met een binge-eating disorder hebben vaak ook een depressie of angststoornis. Daarnaast hebben ze meer kans op alcoholmisbruik en persoonlijkheidsstoornissen.

 

Variaties op eetstoornissen

Sommige mensen hebben een eetprobleem waarbij het gedragspatroon sterk op anorexia of boulimia nervosa lijkt, maar toch niet geheel voldoet aan de criteria van deze stoornissen.

Deze eetstoornis wordt het partial-syndrome eating disorder genoemd. Mensen met dit syndroom hebben bijvoorbeeld maar eens per week last hebben van een eetbui, maar niet heel veel keren in de week. Ze kunnen te weinig wegen, maar wegen niet 15 procent of meer onder hun gezonde gewicht. Hun zelfwaarde ontlenen ze aan hun gewicht. De symptomen zijn dus hetzelfde als die van anorexia of boulimia, maar ze zijn niet ernstig genoeg om de diagnose eetstoornis te krijgen. De mensen met syndroom hebben vaak psychische problemen als een angststoornis, misbruik, depressie en soms zelfmoordneigingen. Ze hebben een lager zelfbeeld, een minder goede gezondheid en een lagere waardering voor het leven.

Een andere stoornis in de DSM is eating disorder not otherwise specified (EDNOS). Dit is voor mensen met ernstige symptomen van anorexia of boulimia, maar die niet aan alle criteria voldoen om de diagnose te ontvangen.

 

Obesitas
Obesitas is gedefinieerd volgens je BMI van 30 of meer (gewicht/lengte2). Het is geen eetstoornis die in de DSM staat, maar het is wel een risico voor je gezondheid door hartziektes, beroertes, diabetes en kanker. Hoe hoger je BMI hoe meer kans om eerder dood te gaan.

We leven in een vergiftigende maatschappij waar vooral eten te vinden is met veel calorieën dat goedkoop is. We sporten vaak minder, en komen vaak niet eens aan de benodigde beweging toe. Niet iedereen die in zo’n omgeving komt krijgt overgewicht of zelfs obesitas. Genen beïnvloeden hoe je metabolisme werkt en hoeveel vet je opslaat.

Veel mensen diëten om geen overgewicht meer te hebben. Velen houden het niet het hele dieet vol en zijn teleurgesteld met de resultaten, want er wordt meer beweerd dan bij hen waargemaakt wordt. Er zijn zelfs medicijnen om gewicht te verliezen, al hebben deze wel bijverschijnselen. Het beste kun je minder calorieën eten en meer sporten. Er zijn ook operaties, maagverkleining bijvoorbeeld. Het is moeilijk om gewicht eraf te krijgen, maar nog moeilijker om het eraf te houden.

 

Culturele en historische trend
Er wordt gezegd dat eetstoornissen cultuur gebonden zijn, omdat ze vooral in het westen voorkomen waar het ideaal beeld dun zijn is. Er is ook een historische trend voor eetstoornissen. Anorexia en boulimia zijn tussen 1930 en 1970 opgekomen en daarna vrijwel gelijk gebleven.

In Curaçao waar vooral veel zwarten wonen, is er minder sprake vaan eetstoornissen. Terwijl bij de blanken op Curaçao de stoornissen wel voorkomen.
 

Verklaringen voor eetstoornissen

Het is zeer aannemelijk dat het ontwikkelen van een eetstoornis wordt veroorzaakt door een optelsom van biologische, maatschappelijk-culturele en psychologische factoren.

Er zijn bewijzen dat zowel anorexia als boulimia nervosa in aanleg erfelijk is, 33-84% zit in de genen. Veel biologisch onderzoek wordt verricht naar de hypothalamus, omdat de hypothalamus een grote rol speelt bij het reguleren van het eetgedrag. De hypothalamus ontvangt boodschappen over voedselinname en voedingswaarden en zorgt ervoor dat mensen stoppen met eten als ze voldaan zijn. Deze boodschappen worden door neurotransmitters en hormonen gegeven. Het afwijkende eetgedrag kan veroorzaakt worden doordat deze stoffen uit balans zijn geraakt of niet goed gereguleerd worden, of door problemen in de hypothalamus.
Mensen met anorexia nervosa hebben een minder goed functionerende hypothalamus. Het is alleen de vraag of dit de oorzaak of het gevolg is van het gedrag van anorexia patiënten.
Veel mensen met boulimia vertonen afwijkingen in de neurotransmitter serotonine. Een tekort aan serotonine lijkt het lichaam hongerig te maken naar koolhydraten.
Hoe het komt dat mensen met anorexia of boulimia zo’n verkeerd zelfbeeld hebben, kan helaas niet biologisch verklaard worden.

Maatschappelijk-culturele normen met betrekking tot schoonheidsidealen spelen een belangrijke rol bij eetstoornissen. In de afgelopen 45 jaar is het ideaalbeeld van vrouwen steeds dunner geworden. Dit slankheidideaal, dat vooral door reclames gepromoot wordt, is van invloed op het zelfbeeld en veroorzaakt het gevoel niet te voldoen aan de norm. Rolmodellen als actrices en modellen zijn bijna mager. Anorexia en boulimia komen vaker bij vrouwen voor dan bij mannen. In vrouwenbladen staan ook meer diëten. Sociale druk om dun en mooi te zijn wordt in tv-shows met makeovers nog eens extra benadrukt. Al deze dingen kunnen een aanleiding tot een eetstoornis zijn. Natuurlijk is er ook nog sociale druk in je omgeving, namelijk familie en vrienden.

In minder ontwikkelde landen komen deze stoornissen veel minder vaak voor. Ook bepaalde groepen binnen een cultuur, zoals sporters, hebben een verhoogde kans op het ontwikkelen van een ongezond eetgedrag, vooral als hun lichaamsgewicht als belangrijke factor wordt ervaren wordt bij onderlinge competities. Vrouwen die een sport als turnen doen waarbij je dun moet zijn, worstelen vaak in de puberteit met hun lichaam. Voor hun sport is een meisjeslichaam gewenst en niet de rondingen van een vrouw. Dit proberen ze tegen te gaan door diëten.

Ook worstelaars hebben problemen met eetstoornissen. Wanneer ze wedstrijden hebben eten ze weinig, maar als de wedstrijden over zijn aan ze vreten. Dit ontwikkeld zich in een patroon: sporten met weinig eten, niet sporten en veel eten, etc.

Eetstoornissen kunnen soms een manier zijn om met pijnlijke emoties om te gaan. Dunnen mensen krijgen dan anorexia of boulimia, mensen met overwicht krijgen vreetbuien om met hun problemen om te gaan (binge-eating disorder).

Het hebben van depressieve symptomen is een voorspellende factor gebleken bij het ontwikkelen van een eetstoornis. Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee soorten afwijkende eetpatronen waarbij eetbuien voor het reguleren van emoties centraal staat: het dieting subtype en het depressive subtype. Mensen met het dieting subtype maken zich grote zorgen over hun figuur en hun lichaamsgewicht. Zij braken of doen oefeningen om te voorkomen dat ze aankomen. Mensen met het depressieve subtype van eetpatronen maken zich ook zorgen om hun figuur en gewicht, maar hebben last van depressieve gevoelens en lage zelfwaardering; zij eten vaak om niets te hoeven voelen. Zij hebben grotere sociale en psychologische problemen.

Voor mensen met een eetstoornis is het uiterlijk heel belangrijk. Ze denken dat het bereiken van het ideale, slanke figuur, sociale en psychologische voordelen oplevert. Eetstoornissen komen vaak voor bij mensen die ontevreden zijn over hun lichaam, vaak perfectionistisch zijn en een lage zelfwaardering hebben. Ander onderzoek heeft aangetoond dat mensen met eetstoornissen zich meer de mening van anderen aantrekken, meer willen conformeren aan de wensen van anderen en rigide zijn in hun mening over zichzelf en anderen (iets is óf goed óf slecht). Velen zijn geobsedeerd door hun eetgedrag en plannen hun dagen eromheen.

Meisjes met eetstoornissen waren vaak heel braaf en luisterden goed naar wat de ouders zeiden. Ze waren vroeger vaak heel goed in alles wat ze deden, willen heel veel bereiken, zijn plichtsgetrouw en zijn vaak meegaande dochters die perfect willen zijn. De ouders hebben vaak hoge verwachtingen van het kind en het kind mag zijn negatieve gevoelens niet uitspreken. In deze gezinnen zijn de familieleden zeer afhankelijk van elkaar en is het moeilijk een eigen identiteit te ontwikkelen. Ze leren niet hun eigen gevoelens en wensen te identificeren en leren zodoende ook niet om met negatieve emoties om te gaan. Als zelfs lichamelijke sensaties, als honger, niet herkend worden kan dit leiden tot anorexia nervosa.

In de adolescentie ontwikkelen met name meisjes een eetstoornis als gevolg van scheidingsangst van de ouders en angst voor zelfstandigheid. Dit komt vooral voor bij gezinnen die te betrokken zijn, waar vooral meisjes weinig vrijheid wordt gegeven. Controle over het eten geeft ze het gevoel weer controle over hun leven te krijgen.

 

Behandelingen van eetstoornissen

Behandelingen voor anorexia nervosa
Mensen met anorexia nervosa willen vaak geen psychotherapie. Ze willen controle houden over hun gedragingen en kunnen moeilijk omgaan met de pogingen van een therapeut om gedragingen te veranderen. Ook willen ze hun gewicht en lichaam houden zoals het nu is, aankomen tot een gezond gewicht willen ze vaak niet. Het winnen van vertrouwen van de patiënt is dus heel belangrijk. De meeste anorexiepatiënten worden eerst gedwongen opgenomen in een ziekenhuis omdat ze zo veel ondergewicht hebben. Als daar therapie gegeven moet worden, is het vertrouwen winnen nog moeilijker, omdat de patiënt tegen haar wil aankomt.
Psychotherapie helpt, maar het is een lang proces. De patiënt moet eerst op een gezond gewicht komen en daarna moet het zelfbeeld omhoog. Helaas vallen veel mensen met deze stoornis, nadat ze genezen zijn, weer terug in oude gewoontes.

In individuele therapie wordt de nadruk gelegd op het leren herkennen van de eigen gevoelens en het vertrouwen hierop. Alleen dan kunnen ze juist reageren op hongergevoelens. Dit is meestal cognitieve gedragstherapie waarin de patiënt geconfronteerd met het de overvaluatie van het dun zijn. Ook moet de patiënt, natuurlijk, aankomen tot een gezond gewicht.
In gedragstherapie worden patiënten beloond als ze aankomen in lichaamsgewicht.
Omdat het innemen van voedsel vaak angst en spanningen oproept leren ze daarnaast ontspanningsoefeningen, die ze kunnen toepassen tijdens het eten.

Een andere veel gebruikte methode is de gezinstherapie. Hier worden de anorexia patiënt en zijn gezin als eenheid behandeld. Soms moeten ouders eerst gewezen worden op de ernst van de eetstoornis, omdat ze bewust of onbewust het eetgedrag hebben gestimuleerd. De therapeut zal de interactieproblemen binnen het gezin in kaart brengen en laten zien welke rol het anorectische gedrag heeft binnen het gezin. Vaak zijn de ouders overbeschermend, controlerend, hebben ze te hoge verwachtingen en mogen kinderen hun gevoelens niet uiten. De therapie duurt een halfjaar tot een jaar, met tien tot twintig sessies.

Psychotherapie is meestal een zeer lang proces. Meestal duurt het jaren voordat de anorexia-patiënt genezen is. Het komt vaak voor dat mensen na een goede periode weer terugvallen in oude gewoontes of in boulimia nervosa.

Therapie voor boulimia nervosa en binge-eating disorder
Cognitieve gedragstherapie
blijkt het meest effectief voor de behandeling van boulimia nervosa. Cognitieve gedragstherapie is gebaseerd op de aanname dat bezorgdheid over het figuur en lichaamsgewicht de centrale kenmerken zijn van de stoornis. Verkeerde cognities worden in kaart gebracht en de patiënt wordt daarmee geconfronteerd. Daarnaast wordt met behulp van gedragstherapeutische methodes gezonde eetpatronen aangeleerd. De patient moet drie gezonde maaltijden per dag eten. Hierbij moet ook het ‘verboden voedsel’ als brood ook terugkomen in het eetpatroon.

Bij de interpersoonlijke therapie probeert de therapeut de interpersoonlijke problemen, die gerelateerd zijn aan het eetprobleem van de patiënt met boulimia, op te lossen.
Supportive-expressive therapie heeft hetzelfde doel als de interpersoonlijke therapie, maar bij deze therapie gaat de therapeut op een non-directieve manier met de patiënt om. De patient moet praten over de problemen die gerelateerd zijn aan de eetstoornis.
Er kan ook alleen gedragstherapie gegeven worden. Hierin wordt het eetpatroon aangepast, met voedsel dat gezonder is en een eetbui voorkomt.

Voor boulimia nervosa werkt cognitieve gedragstherapie het beste, omdat dit zowel de gedachten als het gedrag aanpakt. Ook voor binge-eating disorder is dit de beste aanpak voor de stoornis.

Omdat depressie vaak samenhangt met eetstoornissen zijn antidepressiva aan patiënten voorgeschreven. Door tricyclische antidepressiva nemen de eetbuien en het overgeven af en krijgen patiënten met boulimia nervosa meer controle over hun eetgedrag. Patiënten vallen echter weer terug in hun oude gedrag als de medicatie wordt stopgezet. Onderzoek naar de werking van SSRI’s laat eveneens een afname zien van de eetbuien en het overgeven maar niet een verandering in gedrag. Antidepressiva zijn niet effectief bij anorexia patiënten en SSRI’s kunnen bij anorexia patiënten pas helpen als ze hun normale gewicht bereikt hebben.

Access: 
Public

Image

Work for WorldSupporter

Image

JoHo can really use your help!  Check out the various student jobs here that match your studies, improve your competencies, strengthen your CV and contribute to a more tolerant world

Working for JoHo as a student in Leyden

Parttime werken voor JoHo

Comments, Compliments & Kudos:

Add new contribution

CAPTCHA
This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
Image CAPTCHA
Enter the characters shown in the image.
Check how to use summaries on WorldSupporter.org

Online access to all summaries, study notes en practice exams

How and why would you use WorldSupporter.org for your summaries and study assistance?

  • For free use of many of the summaries and study aids provided or collected by your fellow students.
  • For free use of many of the lecture and study group notes, exam questions and practice questions.
  • For use of all exclusive summaries and study assistance for those who are member with JoHo WorldSupporter with online access
  • For compiling your own materials and contributions with relevant study help
  • For sharing and finding relevant and interesting summaries, documents, notes, blogs, tips, videos, discussions, activities, recipes, side jobs and more.

Using and finding summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter

There are several ways to navigate the large amount of summaries, study notes en practice exams on JoHo WorldSupporter.

  1. Use the menu above every page to go to one of the main starting pages
    • Starting pages: for some fields of study and some university curricula editors have created (start) magazines where customised selections of summaries are put together to smoothen navigation. When you have found a magazine of your likings, add that page to your favorites so you can easily go to that starting point directly from your profile during future visits. Below you will find some start magazines per field of study
  2. Use the topics and taxonomy terms
    • The topics and taxonomy of the study and working fields gives you insight in the amount of summaries that are tagged by authors on specific subjects. This type of navigation can help find summaries that you could have missed when just using the search tools. Tags are organised per field of study and per study institution. Note: not all content is tagged thoroughly, so when this approach doesn't give the results you were looking for, please check the search tool as back up
  3. Check or follow your (study) organizations:
    • by checking or using your study organizations you are likely to discover all relevant study materials.
    • this option is only available trough partner organizations
  4. Check or follow authors or other WorldSupporters
    • by following individual users, authors  you are likely to discover more relevant study materials.
  5. Use the Search tools
    • 'Quick & Easy'- not very elegant but the fastest way to find a specific summary of a book or study assistance with a specific course or subject.
    • The search tool is also available at the bottom of most pages

Do you want to share your summaries with JoHo WorldSupporter and its visitors?

Quicklinks to fields of study for summaries and study assistance

Field of study

Access level of this page
  • Public
  • WorldSupporters only
  • JoHo members
  • Private
Statistics
1357