Take the statement “I am my brain”. Would Descartes agree with this statement and why (not)?How do the views of empiricism and rationalism relate to thoe nature/nurture problem?Describe the fundamental difference between the medieval and the mechanicist outlook on knowledge.Consider the statement “true knowledge comes from introspection”. Would Francis Bacon agree with this stament? Why (not)?Consider the relationship between biology and psychology. Describe how a greedy reductionist and a sensible reductionist see this relationship differently.Describe how Descartes’ view on knowledge relates to that of Plato.Consider the research program of Buikhuisen and the protests against it. Do these fit into the cognition/emotion, mind/body, or the nature/nurture problem. Describe how.Consider materialism and dualism. Do these provide different perspectives on the cognition/emotion, mind/body, or the nature/nurture problem? Describe these different perspectives.Consider Damasio’s work (inspired by the tragic case study of Phineas Gage). Does this work inform the cognition/emotion, mind/body, or nature/nurture problem? Describe how.Describe the two things Hobbes’ considered to be the source of our behaviors. Descartes would disagree with the statement “I am my brain” due to his dualism. He argued that a human being is divided into two entities: the material body and the immaterial soul. While he ascribes even complex behavior to the body, he says thought is only due to the soul. Therefore, his popular statement “I think, therefore I am”...


Access options

      How do you get full online access and services on JoHo WorldSupporter.org?

      1 - Go to www JoHo.org, and join JoHo WorldSupporter by choosing a membership + online access
       
      2 - Return to WorldSupporter.org and create an account with the same email address
       
      3 - State your JoHo WorldSupporter Membership during the creation of your account, and you can start using the services
      • You have online access to all free + all exclusive summaries and study notes on WorldSupporter.org and JoHo.org
      • You can use all services on JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • You can make use of the tools for work abroad, long journeys, voluntary work, internships and study abroad on JoHo.org (Dutch service)
      Already an account?
      • If you already have a WorldSupporter account than you can change your account status from 'I am not a JoHo WorldSupporter Member' into 'I am a JoHo WorldSupporter Member with full online access
      • Please note: here too you must have used the same email address.
      Are you having trouble logging in or are you having problems logging in?

      Toegangsopties (NL)

      Hoe krijg je volledige toegang en online services op JoHo WorldSupporter.org?

      1 - Ga naar www JoHo.org, en sluit je aan bij JoHo WorldSupporter door een membership met online toegang te kiezen
      2 - Ga terug naar WorldSupporter.org, en maak een account aan met hetzelfde e-mailadres
      3 - Geef bij het account aanmaken je JoHo WorldSupporter membership aan, en je kunt je services direct gebruiken
      • Je hebt nu online toegang tot alle gratis en alle exclusieve samenvattingen en studiehulp op WorldSupporter.org en JoHo.org
      • Je kunt gebruik maken van alle diensten op JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • Op JoHo.org kun je gebruik maken van de tools voor werken in het buitenland, verre reizen, vrijwilligerswerk, stages en studeren in het buitenland
      Heb je al een WorldSupporter account?
      • Wanneer je al eerder een WorldSupporter account hebt aangemaakt dan kan je, nadat je bent aangesloten bij JoHo via je 'membership + online access ook je status op WorldSupporter.org aanpassen
      • Je kunt je status aanpassen van 'I am not a JoHo WorldSupporter Member' naar 'I am a JoHo WorldSupporter Member with 'full online access'.
      • Let op: ook hier moet je dan wel hetzelfde email adres gebruikt hebben
      Kom je er niet helemaal uit of heb je problemen met inloggen?

      Join JoHo WorldSupporter!

      What can you choose from?

      JoHo WorldSupporter membership (= from €5 per calendar year):
      • To support the JoHo WorldSupporter and Smokey projects and to contribute to all activities in the field of international cooperation and talent development
      • To use the basic features of JoHo WorldSupporter.org
      JoHo WorldSupporter membership + online access (= from €10 per calendar year):
      • To support the JoHo WorldSupporter and Smokey projects and to contribute to all activities in the field of international cooperation and talent development
      • To use full services on JoHo WorldSupporter.org (EN/NL)
      • For access to the online book summaries and study notes on JoHo.org and Worldsupporter.org
      • To make use of the tools for work abroad, long journeys, voluntary work, internships and study abroad on JoHo.org (NL service)

      Sluit je aan bij JoHo WorldSupporter!  (NL)

      Waar kan je uit kiezen?

      JoHo membership zonder extra services (donateurschap) = €5 per kalenderjaar
      • Voor steun aan de JoHo WorldSupporter en Smokey projecten en een bijdrage aan alle activiteiten op het gebied van internationale samenwerking en talentontwikkeling
      • Voor gebruik van de basisfuncties van JoHo WorldSupporter.org
      • Voor het gebruik van de kortingen en voordelen bij partners
      • Voor gebruik van de voordelen bij verzekeringen en reisverzekeringen zonder assurantiebelasting
      JoHo membership met extra services (abonnee services):  Online toegang Only= €10 per kalenderjaar
      • Voor volledige online toegang en gebruik van alle online boeksamenvattingen en studietools op WorldSupporter.org en JoHo.org
      • voor online toegang tot de tools en services voor werk in het buitenland, lange reizen, vrijwilligerswerk, stages en studie in het buitenland
      • voor online toegang tot de tools en services voor emigratie of lang verblijf in het buitenland
      • voor online toegang tot de tools en services voor competentieverbetering en kwaliteitenonderzoek
      • Voor extra steun aan JoHo, WorldSupporter en Smokey projecten

      Meld je aan, wordt donateur en maak gebruik van de services

      Join World Supporter
      Join World Supporter
      Log in or create your free account

      Why create an account?

      • Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
      • Once you are logged in, you can:
        • Save pages to your favorites
        • Give feedback or share contributions
        • participate in discussions
        • share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
      Follow the author: Emy
      Promotions
      vacatures

      JoHo kan jouw hulp goed gebruiken! Check hier de diverse bijbanen die aansluiten bij je studie, je competenties verbeteren, je cv versterken en je een bijdrage laten leveren aan een mooiere wereld

      verzekering studeren in het buitenland

      Ga jij binnenkort studeren in het buitenland?
      Regel je zorg- en reisverzekering via JoHo!

      Access level of this page
      • Public
      • WorldSupporters only
      • JoHo members
      • Private
      Statistics
      [totalcount] 2
      Comments, Compliments & Kudos

      Add new contribution

      CAPTCHA
      This question is for testing whether or not you are a human visitor and to prevent automated spam submissions.
      Image CAPTCHA
      Enter the characters shown in the image.
      WorldSupporter Resources
      College-aantekeningen bij Geschiedenis van de Psychologie aan de Universiteit Leiden - 2018/2019

      College-aantekeningen bij Geschiedenis van de Psychologie aan de Universiteit Leiden - 2018/2019


      Week 1

      Inleiding & mechanicisme

      Leerdoelen:

      • Met de belangrijkste historische opvattingen in de psychologie van 1600 tot 1950 kennismaken.

      • Begrijpen dat psychologie als wetenschap en het psychologisch functioneren van mensen kan veranderen met de tijd.

      • Begrijpen dat onder andere door de ontwikkelingen in de maatschappij opvattingen over wat ‘wetenschappelijk’ is bepaald worden. .

      • Met de basisbegrippen uit de filosofie en de wereld kennismaken.

      Opvattingen over psychologie als wetenschap en het psychologisch functioneren van mensen verschillen door de tijd heen. De psychologie verandert altijd, momenteel gaat deze bijvoorbeeld richting de biologische kant. Ontwikkelingen in de wetenschap gaan gepaard met ontwikkelingen in de maatschappij. Thema’s die nu van belang zijn binnen de psychologie, hebben echter wel oorsprong in het verleden. Drie van zulke thema’s zijn:

      • cognitie vs. emotie

      • mind – body probleem

      • nature – nurture debat

       

      Cognitie vs Emotie

      Hierbij gaat het over ratio of emoties. Vroeger ging men uit van de ratio (het menselijk denkvermogen), in deze tijd meer van emoties.

      Descartes (1596 - 1650): “Ik denk, dus ik ben”. (Cognitie = denken). Met deze uitspraak wordt duidelijk dat Descates dualistisch was: hij scheidt de geest van het lichaam. Door middel van verschillende experimenten wordt het Descartes duidelijk dat hij er niet zeker van kan zijn dat hij een lichaam heeft, maar wel dat hij een geest heeft. Ook vindt Descartes dat de mens zich onderscheidt van de dieren door de ratio. Descartes stelt dat men letterlijk alles in twijfel moet trekken. Het moet echter wel, zelfs in al deze twijfel, duidelijk zijn dat men twijfelt en dus dat men denkt. Zo kwam hij bij de uitspraak “Cogito ergo sum”, oftewel “ik denk, dus ik ben”; men weet niet waar de geest zich bevindt, maar wel dat er een geest is. Eigenlijk spreekt Descartes zichzelf in deze stelling tegen. Hij stelt dat niets zeker is, maar als overal aan getwijfeld moet worden, hoe kan hij dan wel zeker zijn van het feit dat niets zeker is?

      Damasio (1944 – heden): “Ik voel, dus ik ben”. (Emotie = voelen). Damasio schreef het boek ‘Descartes Error: Emotion, Reason and The Human Brain’. Hierin schrijft hij over de fout van Descartes. Gedrag van mensen kan namelijk niet alleen vanuit cognitie verklaard worden maar ook vanuit emotie. De lichamelijke status die bekend is door eerdere ervaringen, wordt gekoppeld aan een emotie. Deze informatie is bepalend voor sociaal gedrag en het nemen van beslissingen. Voor zijn stelling gebruikt hij onder andere het geval van Phineas Gage (1848) als onderbouwing. Gage kreeg een ongeluk waarbij een 3 cm dikke puntige metalen staaf vanaf onder zijn linker jukbeen door het frontale gedeelte van zijn hersenen aan de bovenkant van zijn schedel weer uitstak.

      Nadat Gage verwondingen genezen waren, leek hij alles nog te kunnen. Hij kon praten, bewegen en ook zijn geheugen functioneerde normaal. Alleen zijn persoonlijkheid was drastisch veranderd. Hij was niet meer de trouwe, zorgzame man van voor het ongeluk. Hij werd een werkloze, vervelende alcoholist. Doordat het frontale gedeelte van Gage’ hersenen beschadigd was, miste Gage emotionele binding bij een besluit.

      Damasio kwam tot de conclusie dat als je geen emotie meer hebt, je niets meer bent dat jou, als mens, onderscheidt van een dier met dierlijke instincten. Zo ontstond “ik voel, dus ik ben”.

       

      Mind - Body probleem

      John Anderson schreef in 2007 een boek en won de Heinekenprijs. Hij stelde de vraag: how can the human mind occur in the physical universe?

      De kern van dit debat: “Wat is de relatie tussen lichaam en geest?”. Hierin zijn verschillende visies:

      1. Lichaam en geest bestaan uit compleet verschillende substanties, dus er bestaat een strikte scheiding tussen de twee. Het lichaam is gemaakt van tastbare en zichtbare materie, terwijl de geest een ontastbare, onzichtbare eenheid is. Deze denkwijze wordt Dualisme genoemt. Hierbij rijst echter wel de vraag hoe het mogelijk is voor lichaam en de geest om met elkaar in contact te kunnen staan.

      2. Lichaam en geest bestaan uit een en dezelfde substantie. Dit heet Monoisme. Monisme splits zich op in twee stromingen;

      • Realisme: Lichaam en geest bestaan allebei uit materie.

      • Idealisme: De enige eenheid is de geest. Plato: de fysieke wereld die we ervaren is maar een afspiegeling van de realisteit. Alle zintuigelijke ervaringen die wij denken binnen te krijgen zijn verwerkt door de geest, die een beeld vormt van de realiteit om ons heen. Het is dus mogelijk dat de wereld die wij ervaren niet echt is. 

       

      Nature - Nurture debat

      Kern van dit debat: “Hoe komen we aan kennis?” en “Zijn er (aangeboren) verschillen tussen mensen?” Descartes legt de nadruk op aangeboren kennis.

      Binnen dit debat bestaan er verschillende visies:

      1. Kennis is aangeboren, dus voor iedereen gelijk (Plato, ca. 427 – 347 v.C.). Dit wordt ook wel rationalisme genoemd. Ratio= rede, het denken.

      2. Kennis komt door ervaring. Dit wordt ook wel empirisme genoemd. Empeiria = ervaring. Het idee hierachter is dat kinderen, wanneer ze geboren worden, volledig blank van kennis zijn. Dit wordt ook wel tabula rasa genoemd, oftewel, een blank pagina. Over verloop van tijd, verwerft de mens kennis en informatie door zintuigelijke ervaringen.

       

      De romantiek beïnvloedde de wetenschap omdat gevoelens belangrijk werden. Gedrag werd ook belangrijker in plaats van cognitie. Na 1950 keert cognitie weer terug als belangrijk thema. Belangrijke historische opvattingen over de psychologie:

      Vanaf 1600 ontstond er een nieuw soort wetenschap. Rond 1600 mechaniseerde het wereldbeeld.

      • Het beeld dat de aarde het middelpunt was van het heelal werd vervangen door de opvatting van Copernicus: de zon is het middelpunt van het heelal. Hij wilde weten hoe het heelal in beweging kwam en wat er mechanisch gebeurde.

      • De maatschappij op dat moment was een standenmaatschappij, er was een vaste sociale orde. Dit vond men toen goed want men had een natuurlijke plaats, het was traditie. Maar dit veranderde. Vanuit de veranderende maatschappij ontstonden ook andere ideeën over hoe de wereld in elkaar zat.

      • In de wetenschap heeft alles een natuurlijke plaats en men streeft hier ook naar. Dit gold ook voor de maatschappij. Maar dit verandert door het mechanicisme. Dingen gebeuren niet omdat het streeft naar de natuurlijke plaats, maar er zit een mechanisme achter.

      • Binnen de wetenschap was men niet langer geïnteresseerd in het waarom, maar in het hoe. De vraag “hoe werkt het” werd centraal.

      • De maatschappij ontwikkelde zich tot een marktmaatschappij. Markt is een zelfregulerend mechanisme. Een voorwaarde voor het marktmechanisme is balans tussen vraag en aanbod. De natuurlijke prijs is de waarde, en het ruilmiddel geld. (Relatie met de wetenschap: kwantificering, belang van wiskunde).

       

      Mechanicisme

      Descartes ziet het lichaam als een mechanisme, de geest niet. Mechanistische methode: analyseren en kijken hoe het werkt per onderdeel Kwantitatieve/mathematische verschillen, zoals vorm, afmeting en ligging, bepalen materie. Later in de tijd wordt de geest echter wel als een mechanisme gezien. Beweging is de basis van causaliteit. Bij Descartes stopt dit bij de geest, hij vond daarom de psychologie ook geen wetenschap.

      Binnen het mechanicisme bestaan twee stromingen:

      • Het rationalisme; wij komen aan kennis door na te denken, ideeën zijn aangeboren.

      • Het empirisme; wij kennen de werkelijkheid door onze zintuigen (perceptie) en wij leren door ervaring op te doen. Zonder ervaring is de geest een ongeschreven blad.

      Het rationalisme tegenover het empirisme in de 17e-18e eeuw: Descartes was ervan overtuigd dat nieuwe kennis afgeleid wordt uit aangeboren kennis (nature). De associatie psychologie was van mening dat kennis samengevoegd wordt door ervaringen (nurture).

      Het rationalisme tegenover het empirisme in de 20e-21e eeuw: de cognitieve psychologie zegt bijvoorbeeld dat taal aangeboren is (nature). In het behaviorisme leert men alle kennis van associaties (nurture).

       

      Week 2

      De wetenschap is een debat

      Verschillende stromingen staan over het algemeen regelrecht tegenover elkaar en spreken elkaar tegen;

      • het Rationalisme (= kennis uit rede, kennis is mogelijk)

      • het Empirisme (= kennis uit ervaring, kennis is mogelijk)

      • het Scepticisme (= kennis is fictie, bestaat niet).

       

      Descartes

      Descartes was een rationalist, mechanicist en een dualist. Hij was tegen het scepticisme en empirisme. Volgens hem komt kennis uit ratio = rede (het menselijk denkvermogen), en de beste manier om aan kennis te komen was introspectie. Dit betekent letterlijk 'naar binnen kijken'. Hoewel Descartes tegen het scepticisme was, nam hij wel èèn belangrijk punt over: de basis van alle kennis is ‘twijfel’. De enige kennis waar we 100% zeker van kunnen zijn is de kennis waar we niet aan kunnen twijfelen.

      Descartes schreef het boek ‘Discourse on method (Penguin)’. Dit boek gaat over de wetenschap zoals wij die nu nog gedeeltelijk gebruiken. Descartes hield zich ook bezig met de vertaling van figuren naar getallen, waarvan we in deze tijd veel gebruik maken.

      Descartes verdedigde zich als rationalist door middel van het Twijfel-experiment. Descartes was zelf heel sceptisch over alles wat hij geleerd had. Hij begint als scepticus maar hij wilde geen scepticus zijn.

       

      Het Twijfel experiment van Descartes heeft verschillende bedoelingen gehad:

      1. Scepticisme is onhoudbaar want: “Ik twijfel aan alles” kan niet. Dan moet je namelijk ook twijfelen aan de uitspraak “Ik twijfel aan alles”. Er zijn dus volgens Descartes uitspraken waar je nooit aan kan twijfelen, zoals 'ik denk dus ik ben'.

      2. Tegen empirisme door middel van deductie. Deductie is de basis voor rationalisme. (deductie is een fase uit de empirische cyclus waarin uit een algemene hypothese een toetsbare werkhypothese wordt afgeleid). Vanuit een paar axioma’s (premissen) worden alle stellingen uit de meetkunde bewezen door deductie.

      Voorbeeld deductie:

      Premissen: Alle mensen zijn sterfelijk. Socrates is een mens.

      Deductie: Socrates is sterfelijk.

      Probleem: zijn de premissen waar? Op dit punt spreekt Descartes zichzelf tegen. Aangezien er aan alles getwijfeld moet worden, is ook dit dubieus. Dus stelt Descartes zijn stelling bij. Aan “ik denk, dus ik ben” kan niet getwijfeld worden, dus dit is een ware premisse. Dit is de basis voor deductie en dus de basis voor rationalisme.

      1. Als maat voor waarheid tegenover het Empirisme. Descartes: “ik denk dus ik ben” (cogito ergo sum). Dit idee is helder en duidelijk. Elk idee met deze eigenschap is waar (daar heb je geen zintuigen/perceptie voor nodig)

      Het probleem met Descartes was dat hij elke keer in het begin grote stappen met een logische ondergrond maakte, en het daarna afraffelde met een onlogische conclusie. Hij spreekt zichzelf regelmatig tegen en deed aan 'wishful thinking'.

       

      Descartes als mechanist

      Vanuit het idee dat alles materie is, kwam voort uit het idee dat het lichaam niets meer is dan een machine. Aangezien het lichaam als machine beschouwd werd, kon deze wetenscappelijk onderzocht en verklaard worden. Dit was belangrijk omdat het de eerste stap was naar het zien van psychologie als een wetenschappelijke studie.

      Een belangrijke ontdekking in dit verband is de bloedsomloop (William Harvey, 1628). Harvey ontdekte de bloedsomloop doordat hij een schatting maakte van de hoeveelheid bloed die per half uur het hart passeerde. Hij kwam hierbij uit op ongeveer 20 pond bloed. Dit leidde ertoe dat het idee van het ontstaan van bloed niet waar kon zijn. Om 20 pond bloed per half uur het hart te laten passeren, moest er door de lever vanuit het ingenomen voedsel een zeer grote hoeveelheid bloed per dag gevormd worden. De hoeveelheid voedsel die een persoon hiervoor nodig heeft, was groter dan welk mens in werkelijkheid deed en kon. Zo kwam Harvey tot de conclusie dat er een circulatie moest bestaan. Dus: Hart is een pomp, dus lichaam is mechaniek.

      Descartes denkt dat zenuwen dunne buisjes zijn en daar moet dan een stof doorlopen die fijner is dan water. Dit noemt hij de amimal spirits. Als een mens met zijn hand iets heel heets aanraakt (bijvoorbeeld vuur) trekt hij deze meteen terug. Door het hete vuur wordt de vloeistof in beweging gezet, dit wordt naar de hersenen gestuurd en dan trekt de persoon zijn hand weg. Dit is een onwillekeurige beweging en een soort automatisme. Dus is het lichaam een machine.

      Descartes als dualist

      Descartes vond dat lichaam en geest strikt van elkaar gescheiden zouden zijn, als twee verschillende substanties. Het lichaam is een ruimtelijke, tastbare substantie. Substantie is wat onder alles staat, dus wat gemeenschappelijk is. Het lichaam was als een machine en dus analyseerbaar en mechanisch. Daartegenover is de geest de denkende substantie. De geest is niet analyseerbaar, niet tastbaar of zichtbaar, maar de geest stuurt wel het lichaam aan, dus er bestaat een soort interactiviteit tussen geest en lichaam. De geest regisseert het lichaam als het ware: interactionisme. Om te verklaren hoe deze twee substanties met elkaar kunnen communiceren, keek Descartes naar het brein. Volgens Descartes zat de geest in de pijnappelklier omdat deze niet symmetrisch deelbaar was (de rest van de hersenen had zowel een rechter en linkerhelft).

      • 1e probleem: een substantie staat op zich. Het heeft niets anders nodig en heeft eigen wetten. Hoe bestaat er dan interactie tussen lichaam en geest? Zo ontstond het mind - body probleem, genoemd in college 1. Bijvoorbeeld creativiteit is niet te ontvangen van mechanistische werken.

      • 2e probleem: de geest is niet analyseerbaar, onmeetbaar want deze is niet ruimtelijk en bestaat niet uit onderdelen. Dus psychologie is geen wetenschap want is niet mechanisch.

      Dit is dus een voorbeeld van Descartes' 'wishful thinking'. Hij grijpt een onlogische verklaring aan als uitleg om de rest plausibel te maken.

       

      Argumenten tegen Descartes:

      1. Hobbes: alles is materie (monisme)

      2. Empirisme: kennis door ervaring

      3. Associatiepsychologie: geest werkt wel mechanisch.

       

      Thomas Hobbes (1588 – 1679)

      Hobbes was monistisch. Dit betekent dat hij geen onderscheidt maakt tussen lichaam en geest, maar gelooft dat of alles uit materie bestaat, of alles uit geest. Hobbes meende dat alles materie is - dit heet materialist. In de filosofie van Hobbes staat de bloedcirculatie centraal, als onderbouwing van zijn bewering dat het lichaam slechts een machine is (Hobbes was dus ook een mechanist). Hobbes was ook determinist. Alles bestond volgens hem uit een oorzaak-gevolg relatie. Volgens Hobbes bestaat er geen vrije wil, er bestaat echter wel vrijheidMet vrijheid bedoelt Hobbes ‘leven zonder belemmeringen’, dit gaat niet alleen om doen wat je wilt, maar ook denken en zeggen wat je wilt. Dit kwam deels ook voort uit de tijd waarin hij leefde. Dit onderbouwt hij met de bloedcirculatie. Wanneer een mens opgesloten zit, kan hij zich niet vrij bewegen. Op dit moment bestaat er geen vrije bloedcirculatie, dus geen vrijheid.

      Vrije bloedcirculatie heeft twee grondmotieven:

      1. Genoegen (Pleasure): geen belemmeringen

      2. Ongenoegen (Pain): wel belemmeringen

      Vrijheid betekent dus streven naar genoegen en het vermijden van ongenoegen. Zo is de ‘pleasure – pain ethiek’ ontstaan: wat de mens genoegen doet is goed. Wat pijn doet is slecht. Deze ethiek werd bepalend in de maatschappij. De natuurstaat was verwoestend voor (bijna) iedereen. Het was een verzameling individuen die vanuit eigenbelang vecht. Hobbes introduceerde het sociale contract. (Dus niet: goddelijke ordening). Door het sociaal contract zou er een einde aan de natuurstaat komen. Het contract moet ook gehandhaafd worden. Volgens Hobbes moest dit gebeuren door een absoluut heerser, een soeverein. Waar hij echter geen oplossing voor had, was voor wat te doen als de absolute heerser misbruik van zijn macht maakt. De heerser moet zich wel aan het sociale contract houden.

       

      Metafysica-ontologie

      Metafysica heeft te maken met de vraag, wat is echt? Hoe kunnen we zeker weten dat wat wij denken dat er om ons heen gebeurt, zich ook echt afspeelt? Wie weet is het allemaal een hallucinatie, of een beeld dat ons brein aan ons voorspiegeld. probleem met deze denkstelling is wel dat men nooit 100% zeker het antwoord hier op kan weten.

      verschillende opvattingen:

      • Monisme: de werkelijkheid bestaat uit één substantie (meestal materie). Alles in de werkelijkheid is bepaald door dezelfde wetten. (Hobbes)

      • Dualisme: de werkelijkheid bestaat uit twee substanties (materie en geest). Iedere substantie heeft eigen wetten, geen uitwisseling mogelijk (Descartes)

       Volgens Hobbes is er geen mind-body probleem, lichaam en geest zijn namelijk hetzelfde. Volgens Descartes was de pijnappelklier de link tussen ziel en lichaam. Volgens het occasionalisme is er interactie tussen de ziel en het lichaam via God.

       

      Week 3

      De wetenschap is een debat. De hoofdvraag is ‘hoe komen wij aan kennis?’ Via empirisme, scepticisme of rationalisme? Deze drie invalshoeken staan lijnrecht tegenover elkaar.

      De empiristische tijdlijn:

      • 16e – begin 17e eeuw: Francis Bacon: we moeten meten, observeren, niet alleen nadenken, filosoferen.

      • 17e en 18e eeuw: associatiepsychologie

      • 18e eeuw: verlichting

      • 19e en 20e eeuw: positivisme

      • 20e eeuw: behaviorisme

      De basis van empirisme is dat kennis verworven wordt uit ervaring. Kennis wordt dus voor een groot deel bepaald door de omgeving. Zodoende zijn empiristen meestal ook realisten.

       

      Empiristen van de 17e en 18e eeuw:

      Deze filosofen hebben een begin gemaakt voor de psychologie die vooral voor de behavioristen belangrijk was; associatiepsychologie. De founding father van deze stroming was John Locke (1632-174). Locke dacht ook na over het mind – body probleem en had net als Descartes een dualistisch beeld van de mens. Hij, echter, geloofde niet in het concept van aangeboren ideeën.

      Hij vergeleek de geest met een blanco vel papier, dat aan de hand van het leven wordt ingevuld. Kennis doet de mens

      Read more