
De ontwikkeling van testdiagnostiek kent grofweg vier perioden, namelijkde periode tot het verschijnen van de Binet-Simon-test,de periode tussen het verschijnen van de Binet-Simon-test en de Eerste Wereldoorlog (WOI),de periode tussen het begin van WOI tot de Tweede Wereldoorlog (WOII), ende periode tussen het begin van WOII tot heden. 1905 is een belangrijke mijlpaal voor de ontwikkeling van de testdiagnostiek; in dit jaar verscheen de eerste versie van de Binet-Simon-test – de eerste waardevolle intelligentietest. Uiteraard gingen hier een hoop ontwikkelingen aan vooraf, te beginnen met de ontwikkelingen binnen de psychiatrie in Frankrijk en Duitsland. In Frankrijk ontstond eind 18e eeuw een verhoogde interesse in de geestelijke abnormaliteit en zwakzinnigheid. Men begon krankzinnigheid en zwakzinnigheid van elkaar te onderscheiden, waarbij mensen als Esquirol, Séguin, Charcot, Janet en Binet zwakzinnigheid niet beschouwden als ziekte, maar als een gebrek aan intellectuele vaardigheden. Ook in Duitsland veranderde de visie op geestelijke abnormaliteit. In beide landen werd hier steeds meer onderzoek naar gedaan, waardoor er een behoefte ontstond aan methoden om verschillen tussen geesteszieken en verschillende niveaus in zwakzinnigheid te kunnen duiden.Naast de psychiatrie, ontstond ook binnen de experimentele...
Access options
The full content is only visible for JoHo WorldSupporter members.
- For information about international JoHo WorldSupporter memberships, read more here.
- Are you already a member?
- During the account creation you can select 'I am a JoHo WorldSupporter Member'.
- Became a member after you've created the account, then you can change the settings of your account on your WorldSupporter user page
- or fill out the contact form
For Dutch visitors
Toegang tot pagina of document:
Word JoHo donateur voor online toegang
- Om online toegang te krijgen kun je JoHo donateur worden
- Lees hieronder meer over JoHo donateur worden
Je bent al donateur, maar je hebt geen toegang?
- Log in, of maak een account aan als je dat nog niet eerder hebt gedaan op worldsupporter.org.
- Bij het aanmaken van je account kan je direct aangeven dat je JoHo WorldSupporter donateur bent, of je past dit later aan op de user page van je account
- Kom je er niet uit, neem dan even contact op! Of check de veel gestelde vragen
Kom je er niet helemaal uit of heb je problemen met inloggen?
- Lees de antwoorden op de meest gestelde vragen.
- Of laat je helpen door één van de JoHo medewerkers door het online contactformulier in te vullen
-----------------------------------------------
JoHo WorldSupporter donateur worden
JoHo membership zonder extra services (donateurschap) = €5 per kalenderjaar
- Voor steun aan de JoHo WorldSupporter en Smokey projecten en een bijdrage aan alle activiteiten op het gebied van internationale samenwerking en talentontwikkeling
- Voor gebruik van de basisfuncties van JoHo WorldSupporter.org
- Voor het gebruik van de kortingen en voordelen bij partners
- Voor gebruik van de voordelen bij verzekeringen en reisverzekeringen zonder assurantiebelasting
JoHo membership met extra services (abonnee services) = €10 per kalenderjaar
€10 per kalenderjaar : Online toegang Only
- Voor online toegang en gebruik van alle online boeksamenvattingen en studietools op WorldSupporter.org en JoHo.org
- voor online toegang tot de tools en services voor werk in het buitenland, lange reizen, vrijwilligerswerk, stages en studie in het buitenland
- voor online toegang tot de tools en services voor emigratie of lang verblijf in het buitenland
- voor online toegang tot de tools en services voor competentieverbetering en kwaliteitenonderzoek
- Voor extra steun aan JoHo, WorldSupporter en Smokey projecten
Steun JoHo en steun jezelf door JoHo WorldSupporter donateur te worden
Direct Donateur Worden
- for free to follow other supporters, see more content and use the tools
- for €10,- by becoming a member to see all content
Why create an account?
- Your WorldSupporter account gives you access to all functionalities of the platform
- Once you are logged in, you can:
- Save pages to your favorites
- Give feedback or share contributions
- participate in discussions
- share your own contributions through the 7 WorldSupporter tools
- 1 of 1374
- next ›
Bijlage bij de samenvatting Testtheorie: inleiding in de theorie van de psychologische test van Drenth et al
Samenvatting Testtheorie: inleiding in de theorie van de psychologische test van Drenth et al
BulletPointsamenvatting Testtheorie: inleiding in de theorie van de psychologische test van Drenth et al
- Hoofdstuk 1. Historische ontwikkelingen
- Hoofdstuk 2. Verschillende soorten tests
- Hoofdstuk 3. Classificatie van tests
- Hoofdstuk 4. Items
- Hoofdstuk 5. De afname en verwerking
- Hoofdstuk 6. Betrouwbaarheid
- Hoofdstuk 7. Nieuwe ontwikkelingen
- Hoofdstuk 8. Validiteit en betekenis
- Hoofdstuk 9. Het beslissingsproces
Hoofdstuk 1. Historische ontwikkelingen
- Eind 18e
eeuw ontstond binnen de psychiatrie in Frankrijk en de experimentele psychologie in Duitsland een sterke belangstelling voor psychische stoornissen. Hierdoor ontstond ook een behoefte aan methoden om verschillen tussen verschillende gradaties van zwakzinnigheid en geesteszieken vast te kunnen stellen. In het begin was de interesse vooral theoretisch van aard, onderzoek vond plaats in laboratoria en met onderzoeksresultaten werd weinig gedaan.
- Het werk van Binet luidde met zijn Binet-Simon-test een nieuwe periode in. Hij legde vooral nadruk op complexe mentale processen, zoals geheugen en verbeeldingskracht. Ook werkte hij vanuit een empirisch oogpunt en stelde hij voor het intelligentieniveau weer te geven aan de hand van een totaalscore. Van valideringsonderzoek was echter nog geen sprake.
- De uitbraak van WOI zorgde voor een versnelde testontwikkeling die zich in Europa –waar de individuele diagnostiek aan populariteit won – anders uitte dan in de VS – waar het accent vooral kwam te liggen op groepstests. De praktische toepassing van de test ging vaak vooraf aan de theorie.
- Vanaf WOII nam vooral in de VS het aantal beschikbare tests snel toe. Ook werden de methodologische grondslagen van het testgebruik kritisch onder de loep genomen. Communicatie over tests, testonderzoek en de psychometrie verliep nu via wetenschappelijke tijdschriften. Belangrijke invloeden op de testtheorie zijn afkomstig vanuit (hand)boeken zoals de Technical recommendations for psychological tests and diagnostic techniques, het onderwijskundig meten, en de schaaltheorie.
- In Europa kwam de ontwikkeling van de testtheorie en –constructie wat later (jaren ’60 en ‘70) op gang. Ook hier werden wetenschappelijke tijdschriften opgezet. In Nederland werd een belangrijk impuls aan wetenschappelijk verantwoord testgebruik gegeven door psychologen als Kouwer, Van de Geer en Van der Giessen. In 1959 werd een Test Research Commissie (tegenwoordig COTAN) opgericht. Ook in Nederland werden handboeken uitgegeven die veel invloed hebben gehad op de testontwikkeling.
Hoofdstuk 2. Verschillende soorten tests
- Een verantwoorde en gepubliceerde test bestaat doorgaans uit de volgende onderdelen; testmateriaal, testformulieren en een testhandleiding met daarin een duidelijke testinstructie, de verwerkingsprocedure, normtabellen en de wetenschappelijke kwaliteiten van de test.
- Gebruik van een psychologische test is pas gerechtvaardigd als het een juister beeld oplevert dan het voorwetenschappelijk oordeel, of als het kan dienen als een verbetering/aanvulling hierop en de kosten of ethische bezwaren geen beperking vormen.
- Een psychologische test heeft 6 voordelen boven een 'willekeurig' niet wetenschappelijk oordeel, namelijk; (1) efficiëntie, (2) standaardisatie, (3) normering, (4) objectiviteit, (5) betrouwbaarheid en (6) validiteit.
- Testscores kunnen worden gemeten op één van de volgende vier meetschalen; (1) de nominale schaal, (2) de ordinale schaal, (3) de intervalschaal, en (4) de ratioschaal. Binnen de psychologie worden de meeste testscores op intervalschaal gemeten. Eigenschappen kunnen zowel direct (operationale begrippen, zoals gewicht) als indirect (niet direct zichtbare eigenschappen, zoals intelligentie) gemeten worden.
- Met behulp van psychologische tests kunnen niet alleen individuen, maar ook groepen, situaties en methoden worden getoetst en beoordeeld.
Hoofdstuk 3. Classificatie van tests
- Er kan onderscheid gemaakt worden tussen tests gericht op prestatieniveau – enkelvoudige en veelvoudige algemene niveautests, speciale niveautests, en vorderingstests – en tests gericht op gedrag – observatietests, somato-fysiologische tests, zelfbeoordelingen, en kwalitatieve prestatietests.
- Drie potentieel aanwezige factoren die het beoordelen van gedrag lastig maken, zijn sociaal wenselijk gedrag, de beoordelingsprocedure (gebrek aan objectief criterium), en veranderbaarheid van persoonlijkheidstrekken.
- Bij de afname en interpretatie van een test dient men altijd rekening te houden met bepaalde invloeden, zoals cultuurverschillen, gebrek aan bepaalde vaardigheden (zoals leesvaardigheid of het kunnen horen van instructies), en bekendheid met de test bij de onderzochte.
- De invloed van verschillen in vaardigheden kunnen op drie manieren worden gereduceerd: (1) het verkleinen van de vaardigheden-verschillen zelf, bijvoorbeeld door uitbreiding van de instructie, (2) enkel tests afnemen en testscores interpreteren bij dat deel van de populatie die beschikken over de vereiste vaardigheden, en (3) het ontwikkelen van skill reduced tests.
Hoofdstuk 4. Items
- Tests en vragenlijsten zijn opgebouwd uit items die in drie typen kunnen worden onderverdeeld; (1) de handeling die van de respondent wordt gevraagd (theoretische opdrachten, stellingen, vragen, praktijkopdrachten) ; (2) de vorm van het antwoord van de respondent (open versus gesloten vragen); en (3) de uiterlijke verschijning van het item (bijvoorbeeld meerkeuzevraag versus schaalvraag).
- Bij de constructie van een test wordt met behulp van vooronderzoek met een kleine steekproef eerst de kwaliteit van de items onderzocht. Vervolgens wordt tijdens het hoofdonderzoek een grote en representatieve steekproef gehouden. Dit hoofdonderzoek heeft als doel de kwaliteit (betrouwbaarheid, validiteit en normering) van de gehele test te bepalen.
Hoofdstuk 5. De afname en verwerking
- Bij afname van tests dient er met veel factoren rekening te worden gehouden, waaronder de objectieve testsituatie (waarbij standaardisatie van zowel de testsituatie als de situatie van de proefpersoon en proefleider belangrijk is), het gedrag van proefpersonen (motivatie, coöperatie, etc.), en het gedrag van de proefleiders (ervaring, training, etc.).
- Indien een proefpersoon slechts door middel van gokken een meerkeuzevraag goed scoort, kan de toevalscorrectie worden toegepast. Wanneer een proefpersoon bepaalde vragen niet heeft beantwoord, kan eventueel de correctieformule worden toegepast. Over het algemeen wordt geadviseerd geen correctieformules te gebruiken. Bij de Read more
Begrippenlijst Testtheorie: inleiding in de theorie van de psychologische test van Drenth et al
Hoofdstuk 2
Test | Systematisch onderzoek van gedrag met het doel inzicht te krijgen in een psychologisch kenmerk van degene die onderzocht wordt in vergelijking tot anderen, door middel van geselecteerde vragen. Er sprake van efficiëntie, standaardisatie, normering, objectiviteit, betrouwbaarheid en validiteit. |
Efficiëntie | Het niet afhankelijk zijn van het moment waarin het gedrag zich voordoet. |
Standaardisatie | Het mogelijk maken van vergelijkingen tussen testprestaties door middel van het standaardiseren van de condities en invloeden op die testprestatie; de onderzochten worden getest in maximaal gelijke omstandigheden. |
Normering | Het mogelijk maken van vergelijkingen tussen testprestaties door het vaststellen van een rangorde, bijvoorbeeld van zeer goed tot zeer slecht. |
Objectiviteit | Het resultaat hetzelfde moet zijn, ongeacht wie het onderzoek doet. Openheid en reproduceerbaarheid van de test en evaluatie moeten mogelijk zijn. |
Cohens Kappa | Maat voor overeenkomst tussen beoordelaars. |
Betrouwbaarheid | Als een test op verschillende moment dezelfde score oplevert, heeft deze een hoge betrouwbaarheid. |
Validiteit | De test meet wat het beoogt te meten. Alternatieve verklaringen zijn weerlegd. |
Nominale schaal | Het gebruik van getallen om categorieën te onderscheiden en objecten in te delen. Er zijn geen rekenkundige operaties mogelijk. |
Ordinale schaal | Er is sprake van een rangorde. Niet alle rekenkundige operaties kunnen toegepast worden, maar het is wel mogelijk om rangordes te vergelijken. |
Intervalschaal | Er is sprake van een rangorde, waarbij de afstanden tussen de verschillen een positieve betekenis hebben. Er is sprake van een arbitrair nulpunt en de verhouding van afstanden tussen meetwaarden blijft constant. |
Verhoudingsschaal | Er is sprake van een rangorde met betekenis van de afstanden tussen de verschillen en een absoluut nulpunt. Alle rekenkundige bewerkingen zijn toegestaan. |
Operationalisme | Als een meting gelijk gesteld wordt aan de uitkomst van een test. Deze opvatting zorgde ervoor dat men minder aandacht ging besteden aan theorievorming en kennisvorming. |
Operationalisering | Het toelichten van de operaties die nodig zijn om de eigenschap te meten. Hiervoor moet gedrag worden vastgesteld dat typisch is voor een eigenschap en vervolgens moeten stimuli hierop afgesteld worden. |
Representational measurement | Er kan alleen sprake zijn van een meting als de relaties tussen testscores overeenkomen met de relaties in wetenschappelijk onderzoek over datgene waarover maatwaarden iets zeggen. |
Averechtse diagnostiek | Als een test een bepaalde correlatie heeft met een criterium, kan men dit gebruiken om voorspellingen te doen over de kansen op criteriumsucces, maar deze correlatie zegt ook heel veel over het criterium zelf |
Hoofdstuk 3
Tests voor prestatieniveau | Tests voor prestatieniveau gaan uit van de maximale prestatie van de onderzochte persoon; er is een duidelijk norm voor goed en fout. |
Test voor gedragswijze | Tests voor gedragswijze gaan over hoe iemand iets doet; er is geen duidelijk goed of fout. |
Enkelvoudige algemene niveautests | Leiden tot een enkele indicatie van intelligentie. Er zijn drie deelcategorieën: individuele ontwikkelingstests, individuele intelligentietests voor volwassenen en algemene collectieve intelligentietests. |
Individuele ontwikkelingstest | De intelligentiescore wordt vergeleken met die van leeftijdsgenoten. |
Individuele intelligentietests voor volwassenen | Deze test is gericht op het vaststellen van het intelligentieniveau als dit niveau niet meer toe- of afneemt. |
Collectieve algemene intelligentietest | Deze tests kunnen groepsgewijs worden afgenomen. |
Veelvoudige algemene niveautests | Zorgen voor een nadere differentiatie, en niet slecht voor een enkele indicatie. Er zien twee typen: testbatterijen voor intelligentiefactoren en testbatterijen voor geschiktheden. |
Testbatterijen voor intelligentiefactoren | Hebben als doel dat elke deeltest één dimensie van intelligentie meet, bijvoorbeeld 'word fluency' of 'reasoning'. |
Testbatterijen voor geschiktheden | Meet de vermogens die iemand in staat stellen om aan een maatschappelijk taak of schooleis te voldoen. Het gaat vooral om leergeschiktheid. |
Speciale niveautests | Toegespitst op een bepaald aspect van de begaafdheid. Er zijn drie typen: tests voor speciale intelligentiefactoren, tests voor speciale geschikheden en tests voor speciale niet-intelligentiefactoren |
Tests voor speciale intelligentiefactoren | Tests die uitsluitend eigenschappen als ruimtelijk inzicht, numerieke vaardigheid of woordkennis meten. |
Tests voor speciale geschiktheden | Tests voor leergeschiktheden, zoals geheugentests en concentratietests, en tests voor werkgeschikheden, zoals tests voor geschiktheid als piloot. |
Tests voor speciale niet-intelligentiefactoren | Gaat om capaciteiten of vaardigheden, waarvan de meting belangrijk kan zijn voor diagnose of functie in de maatschappij. Bijvoorbeeld: motoriektests of gehoortests. |
Vorderingentests | Meten in hoeverre de onderzochte het doel van een opleiding heeft bereikt. |
Observatietests | De informatie komt van een onafhankelijke beoordelaar die de onderzochte observeert; er is dus sprake van indirecte gegevens. Er zijn twee typen: individuele observatietests en groepsobservatietests. |
Individuele observatietests | Slecht één persoon wordt geobserveerd. |
Groepsobservatietests | De beoordeling van een groep mensen die gezamenlijk een opdracht uitvoeren. |
Somato-fysiologische |
Verwarring over de verschillende drukken van dit boek sanderP contributed on 08-11-2017 15:52
Er is op internet (op Bol.com en de site van de uitgever) verwarring en onduidelijkheid over de druk van dit boek. Ik heb het even uitgezocht, in 2006 is er de 4e herziene druk verschenen, hier is de bovenstaande samenvatting van. In 2012 is er een heroplage verschenen van de 4e herziene druk, dit is verkeerd aangegeven op enkele websites als zijnde de 4e herziene druk uit 2015, maar hierin is nagenoeg niets veranderd. Kortom, deze samenvatting sluit aan bij de meest recent verschenen editie.
Add new contribution