Sheetnote hoorcollege 1 staatsrecht II 2018/2019
Sheetnote hoorcollege 1 Het college gaat voornamelijk over drie begrippen; democratie, rechtsstaat en mensenrechten. Aan het einde zal duidelijk worden wat deze met elkaar te maken hebben en hoe deze met elkaar in verband staan. We beginnen als inleiding met het begrip staat. Bij staatsrecht I is hier al eens op ingegaan, maar bij staatsrecht II kijken we op een andere manier naar de staat. De kernvraag die we gaan behandelen is: waarom zouden je accepteren dat een overheid al het gezag heeft? Om deze vraag te beantwoorden, kijken we naar drie auteurs die daar iets over hebben gezegd. De eerste auteur is Jean Bodin. Hij schreef eind 16e eeuw een boek. De zestiende eeuw was een tijd van godsdiensttwisten. De vraag die in die tijd op kwam zetten was aan wie gezag ontleend moest worden, aan de vorst of aan de kerk. Bodin vond dat je gehoorzaam moest zijn aan een vorst. Ongeacht of deze hetzelfde geloof uitoefende. Bodin: het algemeen belang vergt dat je gehoorzaam bent aan een vorst, geloof speelt hierbij geen rol.De tweede auteur waar we naar kijken is Thomas Hobbes. Hobbes schreef halverwege de zeventiende eeuw een boek over zijn visie. De zeventiende eeuw was een tijd van burgeroorlogen, opstanden en machtsgrepen. Hobbes dacht na over de vraag waarom je gehoorzaam moest zijn aan een staat. Bij dit denken beredeneert hij voor het eerst van onder naar boven. Hij kwam met de theorie dat het gezag van een overheid iets is dat voortkomt uit een bevolking, hij dacht dus vanuit het individu. Hij deed een experiment en kwam tot de slotsom dat overheidsgezag voortvloeit uit een convenant, nu spreken we van een sociaal contract.Hobbes: het overheidsgezag vloeit voort uit een bevolking. Het gezag van de overheid wordt getolereerd omdat zij jou beschermen, het is een soort ruil. Een wederkerige relatie.De derde auteur is Jean Jacques Rousseau. In de achttiende eeuw gaf...
Add new contribution